Christophe Van Gheluwe
‘Twee jaar wachten op de publicatie van mandatenlijst politici, kan dat niet wat sneller?’
In Frankrijk en Italië zijn vermogensaangiftes van politici vrij beschikbaar. ‘Voyeurisme? Helemaal niet’, schrijft Christophe Van Gheluwe van Cumuleo. ‘Het is een maatregel genomen met gezond verstand om de strijd tegen corruptie te versterken. In België worden anticorruptie-middelen harder aangepakt dan corruptie zelf.’
In 1995 nam België een wet aan die publieke mandatarissen verplicht om de mandaten, functies en beroepen die ze uitoefenen, zowel in de publieke als in de private sector, alsook hun vermogen, aan te geven. De eerste aangifte is gericht is op de strijd tegen belangenconflicten, de tweede op de corruptie door het blootleggen van onwettige verrijking.
Twee jaar wachten op de publicatie van mandatenlijst politici, kan dat niet wat sneller?
Pas tien jaar later, in 2005, werd de wet voor het eerst toegepast. Sindsdien publiceert de Rekenkamer jaarlijks de lijsten van mandaten en de namen van de personen die een overtreding begingen in het staatsblad. In 2009 werd Cumuleo gelanceerd om het gebrek aan zichtbaarheid van deze informatie voor de burger te compenseren.
Bijna vijfentwintig jaar na de stemming van de wet en dertien jaar na de eerste toepassing ervan, werkt de federale wetgever aan een aanpassing van de aangiftes. Kunnen we eindelijk echte vooruitgang verwachten of wordt deze hervorming een gemiste kans?
Zwaardere sancties
De volgende verklaringen omvatten de ontvangen vergoedingen voor openbare, afgeleide en privémandaten. Hoewel de zaken Publifin en SamuSocial zeker hebben bijgedragen aan deze vooruitgang, was het in de allereerste plaats een aanbeveling die de Groep van Staten tegen Corruptie (GRECO) – een orgaan van de Raad van Europa – al in 2014 uitsprak voor ons land. Sindsdien heeft GRECO tweemaal gewezen op het ‘globaal ontoereikende’ niveau van uitvoering van haar aanbevelingen door de Belgische autoriteiten.
Op grond ook van de aanbevelingen van de GRECO voorziet de nieuwe wet in de versterking van het sanctiemechanisme voor volmachten die weigeren hun transparantieverplichtingen na te leven. De Rekenkamer zal voortaan de bevoegdheid hebben om administratieve sancties op te leggen en in geval van recidive wordt een onverkiesbaarheid van vijf jaar mogelijk gemaakt. Momenteel is het parket van Brussel verantwoordelijk voor het vervolgen van overtreders. De balans is onherroepelijk: op meer dan 7100 ontbrekende verklaringen sinds 2005, werd slechts een veertigtal mandatarissen op het matje geroepen.
Van ruim 7000 ontbrekende verklaringen sinds 2005, werd slechts een veertigtal mandatarissen op het matje geroepen.
Als gevolg van deze onverschilligheid van de rechterlijke macht en van de meeste politieke partijen stapelen sommige verkozenen de misdrijven op: 8, 9, 10, en zelfs tot 11 jaar inbreuken voor een Vlaamse verkozene. Wat een palmares. Laten we hopen dat de Rekenkamer deze nieuwe rol serieus aanneemt en de voorziene sancties oplegt.
Meer betrokken mandatarissen
De verplichtingen van verklaringen worden uitgebreid naar meer categorieën van mandatarissen. Het gaat bijvoorbeeld over de leden van de ministeriële kabinetten. Gezien hun taak erin bestaat raad te geven aan de ministers en dus de beslissing van de regering te beïnvloeden, maakt dat van de kabinetten gevoelige plaatsen inzake risico op belangenconflicten. Kennis van de ondersteunende functies die cabinettards uitoefenen, soms in de privésector, is daarom essentieel.
Er zijn andere ontwikkelingen die te lang zijn om hier gedetailleerd te worden, en de wet die voorbereid wordt is niet vrij van negatieve punten.
Tegenwoordig worden de aangiftes half augustus gepubliceerd en betreffen ze het voorafgaande jaar. De volgende aangiftes worden elk jaar in februari bekend gemaakt en zullen over de mandaten van twee jaar geleden gaan (de in 2018 uitgeoefende mandaten worden dus pas in februari 2020 bekend gemaakt).
De reden die aangehaald wordt voor dit uitstel? De mandatarissen toelaten om hun aangifte op te maken op basis van hun fiscale fiches.
Het uitstel van de publicatie is betreurenswaardig. De termijn van twee jaar is buitensporig.
Ook al ben ik verheugd dat de verklaringen in overeenstemming zijn met de aanbevelingen van de GRECO, is het uitstel van hun publicatie betreurenswaardig. Aangezien de eerste rol van de aangiftes van mandaten de strijd is tegen belangenconflicten, is deze termijn van twee jaar tussen het begin van de uitoefening van een mandaat en de aangifte ervan buitensporig.
Vermogensverklaringen: het grootste struikelblok
Er is een onderwerp dat leden hebben verworpen. En toch maakt het ook deel uit van de aanbevelingen van GRECO om corruptie te bestrijden. Het gaat om de publicatie van vermogensverklaringen.
Momenteel worden deze verklaringen in een verzegelde omslag aan de Rekenkamer overgemaakt en kan alleen een magistraat om opening verzoeken. Ter vergelijking: Frankrijk heeft na de Cahuzac-affaire vermogensaangiftes bekend gemaakt van ministers, volksvertegenwoordigers, burgemeesters… In Italië is deze informatie beschikbaar onder het tabblad ‘Transparantie van de administratie’ op de websites van de gemeenten.
Poging van voyeurisme? Natuurlijk niet. Het is een maatregel genomen met gezond verstand om de strijd tegen corruptie te versterken. Het zou bijvoorbeeld legitiem zijn om vraagtekens te zetten bij het onroerend erfgoed dat sommige lokale verkozenen opstapelen. Temeer wanneer deze goederen aan hen worden verkocht door promotors die profiteren van overheidsopdrachten verleend door de gemeentelijke overheid van de verkozene.
De weigering om de transparantie van het vermogen van de verkozenen te versterken komt niet als een verrassing. De strijd tegen corruptie is effectief vastgelopen in België. Erger nog, sinds tientallen jaren worden anticorruptie-middelen harder aangepakt dan corruptie zelf. Denk maar aan het vroegere hoog comité van toezicht (Agusta-zaak), de cel Polfin… En de overblijvende instrumenten zoals de OCRC of de onderzoeksrechters die belast zijn met deze zaken, missen zowel financiële als personele middelen.
Kunnen we hopen dat het parlement in staat zal zijn zijn conservatisme te overstijgen om een ambitieuze juridische benadering van transparantie en de strijd tegen belangenconflicten en corruptie te ontwikkelen? De schijnvertoning van de vederlichte aanbevelingen van de recente Kazakhgate-commissie, doet me het tegenovergestelde vrezen.
Is dit een uitgemaakte zaak? Zeker niet. Maar deze visie motiveert in elk geval mijn streven naar transparantie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier