Wouter De Vriendt (Groen)
‘Turkije is een NAVO-zweer die openbarst: tijd voor economische sancties’
‘Ik hoop dat al die diegenen die deze deal met Turkije zo vurig hebben verdedigd, nu beseffen hoe kwetsbaar ze Europa hebben gemaakt voor ordinaire chantage’, schrijft Kamerlid Wouter De Vriendt (Groen) over de situatie in Turkije.
De NAVO staat onder grote druk. De trans-Atlantische alliantie moet de ene slag na de andere incasseren en loopt achter de feiten aan. Symmetrische oorlogsvoering tussen landen maakt plaats voor hybride conflicten en terreur, en de NAVO zoekt zich nog altijd een weg in die nieuwe realiteit. Er zijn te grote verschillen tussen de lidstaten als het gaat over het delen van de lasten en het bijdragen aan militaire operaties.
Donald Trump stelt het nut van multilaterale organisaties zoals de NAVO openlijk in vraag. En op de koop toe wordt met lede ogen aanzien hoe een belangrijke lidstaat zoals Turkije de Koerden in Syrië aanvalt, en daarmee vooral de eigen belangen dient, en indirect ook die van Rusland. De humanitaire tol is dramatisch. 160.000 mensen zijn intussen al op de vlucht, er vallen burgerslachtoffers, en er is sprake van wilde executies. De veiligheidsrisico’s voor Europa zijn niet te overzien. De Koerden kunnen de bewaking van gevangen IS-strijders niet langer garanderen, en de restanten van IS boeken terreinwinst op het front.
Ook geopolitiek is de Turkse actie alleen maar nefast. De lichtzinnige terugtrekking van de Amerikanen creëert ruimte, letterlijk en figuurlijk, die nu gretig door het Syrische leger en Rusland ingenomen wordt. De chaos is daarmee compleet. Michael Clarke, een expert van het Royal United Services Institute (RUSI) stelde zaterdag dat Trump hiermee in de voetsporen stapt van Andrew Jackson. Deze voormalige Amerikaanse president (1829-1837) had een broertje dood aan multilateraal overleg, en dacht de Amerikaanse belangen het best te dienen door bilaterale deals.
Turkije is een NAVO-zweer die openbarst: tijd voor economische sancties.
Niet verwonderlijk dat de de bijeenkomst van het NAVO-parlement in Londen in een zeer gespannen sfeer verloopt. Alhoewel de Turkse inval in Syrië nergens officieel op de agenda staat, is ze omnipresent. In zowat elke sessie worden er vragen over gesteld. En de kritiek op NAVO-partner Turkije is meestal ongezouten. Maar het moet gezegd, de Turkse parlementsleden laten zich niet onbetuigd. Voor hen is het geen ‘invasie’, maar een reactie op ‘Koerdische terreur’. De inspanningen van Turkije tegen Daesh en voor de opvang van miljoenen Syrische vluchtelingen worden onderlijnd.
Toen ik dit weekend na alweer een woelige vergadering in de wandelgangen sprak met een lid van hun delegatie, vroeg hij expliciet om solidariteit vanwege de andere NAVO-landen. Want, ‘Turkije wordt aangevallen’. Een vraag om het bijstandsartikel 5 van het NAVO-verdrag te activeren als de situatie escaleert op Turks grondgebied, is niet helemààl uitgesloten. Als het zover komt, dan zit de NAVO in een catch-22. Turkije militair bijstaan komt neer op een bocht van 180 graden en betekent de facto steun aan de Turkse oorlog tegen de Koerden. Maar het verzoek van Turkije weigeren, is evenmin evident.
Dan geeft de NAVO immers het signaal dat art. 5 relatief is, als het haar zo beter uitkomt. En dat zal Moskou goed in de oren knopen.
En hoe reageren de NAVO-officials op het verbale steekspel in Londen? Zij ondergaan gelaten, drukken hun bezorgdheid uit, maar wijzen tegelijk op het belang van Turkije voor de alliantie. Enerzijds, anderzijds. In een van de documenten die het parlement heeft goedgekeurd, staat te lezen dat de NAVO een alliantie is ‘underpinned bij common values’ en ‘first and foremost a political organisation’. Hoe dit te rijmen valt met het Turkse offensief is een groot raadsel.
Als de NAVO niet reageert, degradeert zij zichzelf tot een simpele militaire gereedschapskist. Maar als gemeenschappelijke normen en waarden niet langer het hart zijn van de alliantie, dreigt ze alleen maar verder te worden uitgehold. Turkije zal dan niet het laatste land zijn dat de grenzen aftast.
Wat moet gebeuren, is dat de NAVO Turkije in duidelijke bewoordingen tot de orde roept, en de militaire samenwerking met het land opschort. Ze moet zich expliciet scharen achter sancties die op andere fora moeten worden uitgewerkt. De verwachting van de Amerikaanse delegatieleden in Londen is dat Washington vrij snel zal overgaan tot economische sancties – hoe paradoxaal ook gezien Trump groen licht gaf voor de Turkse militaire operatie.
En Europa? Vorige zomer vaardigde de Europese Unie al een pakket economische sancties uit naar aanleiding van illegale Turkse boringen in Cypriotisch territoriaal water. Dat pakket kan worden uitgebreid. Laat de EU-lidstaten ook afspreken dat er vanuit Europa geen enkel wapen nog aan Turkije verkocht wordt. Een Europees wapenembargo, als het ware. Enkel als Turkije haar militaire agressie staakt en als ze een humanitaire, veilige corridor creëert voor bijstand aan de bevolking, worden de sancties opgeheven. Commissievoorzitter Ursula von der Leyen wou een ‘geopolitieke Unie’? Het momentum is er om die belofte waar te maken. Vandaag komen de Europese ministers van buitenlandse zaken samen.
Hopelijk worden onze ministers niet verlamd door angst. De Turkse president Erdogan dreigt met het opblazen van de vluchtelingendeal en dus een instroom van vluchtelingen in Europa. Ik hoop dat al die diegenen die deze deal met Turkije zo vurig hebben verdedigd, nu beseffen hoe kwetsbaar ze Europa hebben gemaakt voor ordinaire chantage. Niet alleen humanitair, maar ook strategisch was het uitbesteden van het vluchtelingenbeleid een blunder van formaat. En daarvoor hebben de groenen in 2016 gewaarschuwd. Niettemin is het enige mogelijke antwoord op chantage om er niet aan toe te geven. Het is sterk te betwijfelen of Ankara er werkelijk voor zou kiezen om de laatste bruggen met Europa definitief op te blazen.
Er moet met andere woorden snel een omvattend antwoord komen op de Turkse agressie. Dat antwoord moet echter gradueel zijn. Want die kanttekening wil ik nog maken: het resultaat mag niet zijn dat Turkije definitief in de armen van Rusland wordt geduwd. Toen ik een paar jaar geleden met een delegatie parlementsleden Turkije bezocht, was dat hetgeen de oppositiekrachten ons op het hart drukten. Laat ons niet vallen als een baksteen. Steun ons. Het tijdperk van Erdogan loopt op zijn einde – en daar zijn de recente verkiezingen inderdaad een indicatie van. Turkije wordt autoritair bestuurd en de rechtsstaat is niet gegarandeerd, maar verkiezingen zijn er (gelukkig) nog altijd een motor van verandering. Turkije is en blijft een belangrijk land voor Europa.Urgentie is ook nodig op een ander vlak. IS-strijders die uit de gevangenissen in Koerdisch gebied ontsnappen en vogelvrij richting Europa trekken, kunnen we missen als kiespijn.
En de humanitaire situatie in de ellendige kampen waar ook Belgische IS-kinderen aan het wegkwijnen zijn zal er niet op verbeteren. Het is een pure schande hoe ons land al die tijd de andere kant bleef wegkijken. Schrik voor de publieke opinie is de enige verklaring voor dat schuldig verzuim. Die kinderen als de bliksem uit de kampen weghalen, dat moet gebeuren. Voor zover dat in de chaos van het oorlogsgewoel nu nog kan.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier