Topman federale politie: ‘We gaan camera’s met gezichtsherkenning inzetten in Zaventem’
De federale politie is zo wanhopig op zoek naar nieuwe agenten dat commissaris-generaal Marc De Mesmaeker aan de volgende regering vraagt om de toelatingsvoorwaarden te versoepelen. ‘Het water staat ons aan de lippen.’
Toen hij precies een jaar geleden Catherine De Bolle opvolgde als commissaris-generaal van de federale politie, erfde hij volgens velen een organisatie in crisis. Dat was grotendeels een gevolg van de vele opeenvolgende hervormingen en besparingen. Het is inderdaad de hoogste tijd, zegt Marc De Mesmaeker, dat er opnieuw in de politie wordt geïnvesteerd. ‘Het water staat ons aan de lippen. In ons memorandum voor de nieuwe regering schreef ik letterlijk “dat de verloedering van onze infrastructuur monumentale vormen aanneemt”, wat wordt bevestigd in een recente audit van de Inspectie van Financiën.’
Kunt u daar enkele voorbeelden van geven?
Marc De Mesmaeker: Ga eens kijken in onze kazerne in Etterbeek, waar onze speciale eenheden zitten. Sommige gebouwen kun je niet meer veilig betreden. Muren brokkelen af, struiken groeien door de muren en dakgoten. In Eupen is de Computer Crime Unit gehuisvest in een echte barak. Het lab van de federale gerechtelijke politie in Antwerpen zou ik niet meer met een buitenlandse delegatie durven te bezoeken: ze zou denken dat ik hen in het ootje neem. Ons wagenpark is compleet verouderd. Eigenlijk zou een groot deel ervan in één keer vernieuwd en vergroend moeten worden.
Mogen uw politieauto’s nog binnen in de lage-emissiezone in Antwerpen?
De Mesmaeker: Veel auto’s niet, maar wat moeten we doen? De zone niet binnenrijden en het milieu beschermen, of ze wel binnenrijden en een mens in nood helpen?
De cocaïne vindt massaler dan ooit zijn weg naar Europa. Meer dan proberen om het probleem in te dijken kunnen we niet.
Dus u overtreedt de wet en u rijdt ze toch binnen?
De Mesmaeker: Uiteraard. We hebben wel een reglementaire vrijstelling gekregen, zodat we geen boetes hoeven te betalen. Maar in een behoorlijk functionerende samenleving zou zoiets niet mogen.
Met die samenleving gaat het anders nog niet zo slecht: uit de jongste Veiligheidsmonitor, het eerste grootschalige onderzoek bij de bevolking sinds 2008, blijkt dat de Belg zich nooit eerder zo veilig heeft gevoeld.
De Mesmaeker: Slechts 5 procent van de bevolking heeft nog een onveiligheidsgevoel. 75 procent voelt zich zelden of nooit onveilig. In 2008 zei nog 8 procent van de ondervraagden zich vaak onveilig te voelen en in 2000 zelfs 12 procent. Er is ook een duidelijk verschil tussen mannen en vrouwen: 6,7 procent van de vrouwen geeft aan zich vaak of altijd onveilig te voelen, tegenover 4,7 procent van de mannen.
Bent u verrast door die cijfers?
De Mesmaeker: Ja, zeker als je denkt aan de terreur die we de voorbije jaren hebben meegemaakt. Ook verrassend vind ik dat het onveiligheidsgevoel groter is bij jongeren.
Je zou net het omgekeerde verwachten.
De Mesmaeker: Een van de verklaringen zou kunnen zijn dat jongeren via sociale media sneller en vaker geconfronteerd worden met onheilstijdingen en misdaadnieuws. Ze delen dat soort berichten ook heel snel onder elkaar.
De daling van het aantal criminele feiten, die tien jaar geleden was ingezet, is wel gestopt.
De Mesmaeker: Ik maak me vooral zorgen over de aanhoudende stijging van de cybercriminaliteit. Dat is een prioriteit voor ons.
Wat verstaat u onder cybercrime?
De Mesmaeker: Phishing, hacking, het blokkeren van websites en het opeisen van een geldsom, digitale oplichting, maar ook pesten via sociale media. Eigenlijk gaat het om alle vormen van misdaad, maar nu digitaal. Criminelen zijn daar héél creatief in.
Wapenfabrikant Asco was enkele weken geleden het slachtoffer van hacking. De fabriek lag weken stil. Volgt u wat daar is gebeurd?
De Mesmaeker: Zeker. Het ging om een bijzonder zware aanval, waarover ik verder niets mag zeggen. Het bevestigt wel dat dit soort criminaliteit verergert en dat we onze voorzorgen moeten nemen.
Hoe wilt u dat doen?
De Mesmaeker: Door nog meer in te zetten op preventie maar ook, zoals gezegd, door mensen aan te moedigen om altijd aangifte te doen. Daarnaast moeten we zo snel mogelijk hoogopgeleide specialisten aannemen die zulke zaken kunnen detecteren en ontcijferen. Met de generalistische politieman en -vrouw alleen gaan we er niet komen. We moeten gespecialiseerde profielen van hogescholen en universiteiten plukken en ze meteen on the job brengen, zonder ze eerst een lange politieopleiding te laten volgen.
U zoekt burgerpersoneel, ingenieurs zonder uniform?
De Mesmaeker: Inderdaad, al zullen ze wel een beperkte politiebevoegdheid hebben. Daarom moet de wet aangepast worden en daar hebben we een regering voor nodig.
Wat hebt u hen te bieden? In de privésector kunnen ze toch veel meer verdienen?
De Mesmaeker: Als het economisch goed gaat, zoals nu, heeft de publieke sector het altijd moeilijker om de beste mensen aan te trekken. Maar er is meer dan geld alleen. Ik hoop toch dat er nog genoeg jongeren met burgerzin zijn.
Is de politie op dit ogenblik voldoende uitgerust om de strijd aan te gaan met de cybercriminelen?
De Mesmaeker: We boeken toch geregeld successen met de middelen en mensen die we hebben.
Hoe belangrijk zijn de duizenden ANPR-camera’s – met automatische nummerplaatherkenning – die overal in de publieke ruimte hangen?
De Mesmaeker: Die hebben ons al verschillende malen geholpen om misdrijven snel op te helderen, denk maar aan de moord op Julie Van Espen. Burgers beseffen dat en hebben leren leven met de aanwezigheid van die camera’s, al heeft onze privacy ook haar rechten. In vergelijking met sommige landen zijn we nog redelijk voorzichtig met het plaatsen van die camera’s.
Ze zijn ook uitgerust voor gezichtsherkenning. Wanneer zou u die functie willen activeren?
De Mesmaeker: Op sommige plaatsen zo snel mogelijk. Ik ben net terug uit Brazilië en Colombia. Ik zag op de luchthaven van Sao Paulo dat de douane er toezicht houdt met camera’s met gezichtsherkenning. De resultaten zijn indrukwekkend. Het systeem pikt er mensen met een ‘verleden’ uit. Dan hoef je daar bij wijze van spreken niet met honderd agenten te staan om willekeurig mensen uit een rij te halen en te onderzoeken. Wij gaan die technologie straks inzetten op de luchthaven van Zaventem. We hebben daarover een akkoord met de exploitant van de luchthaven en de vakbonden. Een wetswijziging is daarvoor niet nodig.
Waarom plaatst u die camera’s dan ook niet aan snelwegen bij grensovergangen?
De Mesmaeker: Ik zou gezichtsherkenning toch niet overal gebruiken. Dat ligt in ons land nog vrij gevoelig. Het is wel degelijk een kwestie van een goed overwogen evenwicht.
Wat vindt u van het voorstel van minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) om een databank te bouwen met de vingerafdrukken van alle Belgen?
De Mesmaeker: Persoonlijk heb ik daar geen probleem mee, maar ik begrijp dat anderen het daar moeilijk mee hebben. Het is, nogmaals, zoeken naar het juiste evenwicht. Voor de politiewerking en de waarheidsvinding is het natuurlijk een belangrijk hulpmiddel.
De politie slaagt er maar niet in om haar Mercurius-databank te activeren. Daarmee kunnen politiemensen bij wegcontroles in real time checken of een bestuurder een rijverbod heeft. Het project bestaat al vier jaar, maar het werkt nog niet.
De Mesmaeker: U gaat te kort door de bocht. Een deel van dat project is wel al klaar, maar onze informatici zijn bezig met een gigantisch aantal ICT-projecten. Dan moet je prioriteiten stellen.
We moeten gespecialiseerde profielen van hogescholen en universiteiten plukken en ze meteen on the job brengen.
Begrijpt u de verontwaardiging over die vertraging?
De Mesmaeker: Volkomen. Vroeger bouwde elke dienst zijn eigen informatiearchitectuur op. Die tijd is voorbij. Er moeten bruggen gebouwd worden tussen alle betrokkenen in de veiligheidsketen.
Van samenwerking gesproken. Wij horen dat de samenwerking tussen de federale en de lokale politie niet altijd even vlot verloopt.
De Mesmaeker: Ah ja, waar hoort u dat?
Onder meer in Antwerpen, waar de zogenoemde ‘war on drugs’ sputtert vanwege die gebrekkige samenwerking.
De Mesmaeker: Dat valt nogal mee. Binnen de geïntegreerde politie kent iedereen zijn taak. Maar om die behoorlijk uit te voeren, heb je voldoende financiële middelen nodig. Het model werkt, de auto functioneert, maar je moet ook genoeg benzine hebben. Ik stel vast dat de dotaties voor de lokale politie flink zijn gestegen, terwijl op de reguliere werking van de federale politie fors is bespaard. We hebben liefst een derde van onze werkingsmiddelen moeten inleveren: 42 miljoen euro per jaar. Dat creëert spanningen tussen de lokale en federale component.
U vindt dat de federale politie niet verder kan besparen?
De Mesmaeker: Mijn boodschap is dat men opnieuw moet investeren. Ik sta daarin niet alleen. Ook burgemeesters, korpschefs van de lokale politie, gouverneurs, ministers, magistraten, de parlementaire onderzoekscommissie en de federale politieraad bepleiten dat unisono. Hoeveel signalen kan men nog negeren?
Volksvertegenwoordiger Sabien Lahaye-Battheu (Open VLD) berekende onlangs dat er 3700 vacatures zijn bij de politie.
De Mesmaeker: Op basis van een volledig ingevuld personeelskader van ongeveer 50.000 agenten, klopt dat. Federaal hebben we 13.000 agenten van de nodige 14.400.
Wat zijn de gevolgen daarvan?
De Mesmaeker: We blijven doen wat we moeten doen, maar met minder volk. Dat betekent onder meer dat mensen langer moeten wachten als ze politiehulp vragen.
Vakbondsman Vincent Houssin (VSOA) zegt dat er ook minder patrouilles zijn?
De Mesmaeker: Dat kan niet anders als je maar één ploeg hebt in plaats van twee. We moeten prioriteiten stellen. Dat doen we samen met de parketmagistraten: welk dossier pakken we in de diepte aan en welke dossiers laten we voorlopig liggen? Op dit ogenblik wordt de laatste hand gelegd aan de evaluatie van de federale politie na de laatste reorganisatie, en daaruit blijkt dat ze haar werk behoorlijk goed doet.
U vindt diversiteit in het korps heel belangrijk. Slaagt u daar voldoende in?
De Mesmaeker: De geïntegreerde politie telt ongeveer een derde vrouwen. In mijn begintijd viel een vrouw nog op in de politieschool. Nu totaal niet meer, de verhouding in de politiescholen is bijna fiftyfifty. Ik heb drie directeurs-generaal, van wie één vrouw, en mijn kabinetschef is een jonge vrouw. Maar er is zeker nog werk aan de winkel in de topfuncties. Er loopt nu een sessie voor promotie tot hoofdcommissaris met een derde vrouwelijke kandidaten. Dat zijn de toekomstige korpschefs. Het glazen plafond verdwijnt stilaan.
Met repressie alleen kun je dat drugsfenomeen niet oplossen.
Hoe zit het met politiemensen met allochtone roots?
De Mesmaeker: Daarvan hebben we geen cijfers om de simpele reden dat elke politieman of vrouw Belg moet zijn. Wat hun roots waren, registreren we niet: iedereen is Belg bij ons. Maar de politie moet een spiegel van de samenleving zijn en dat lukt nog onvoldoende. We doen inspanningen om specifieke groepen voor te bereiden op het politie-examen, maar we moeten ook onze kwaliteitsnormen bewaken.
Is iemand met een beperkt strafblad welkom?
De Mesmaeker: Tja, wat is beperkt?
Een veroordeling voor een snelheidsovertreding?
De Mesmaeker: In de media was een tijdje geleden nogal wat te doen over zeven kandidaten met een strafblad die door de selectie zouden zijn geraakt. Ik heb die zeven dossier scrupuleus onderzocht en uiteindelijk bleek dat ik voor één kandidaat eerder ‘nee’ dan ‘ja’ zou hebben beslist. Onze selectie werkt dus op dat vlak goed. Maar als we alleen mannen en vrouwen mogen aanwerven die zich hun hele leven compleet onberispelijk hebben gedragen, dan is er dus ook geen plaats meer voor wie ooit een jeugdzonde beging. Bonne chance…
Waar ligt de grens?
De Mesmaeker: We gaan de volgende regering voorstellen om regels vast te leggen, zodat je vanaf een bepaalde strafmaat niet meer in aanmerking komt als kandidaat. Welke feiten en welke straffen wel of niet kunnen, moet dan precies worden bekeken.
Nog een personeelsprobleem: het ziekteverzuim ligt dubbel zo hoog als bij federale ambtenaren.
De Mesmaeker: Het is hoog, maar zeker niet het dubbele. In 2018 hadden we 7,8 procent afwezigheden. Het ziekteverzuim is zeker hoger dan in andere sectoren, maar het is dan ook geen gewone kantoorjob.
Is het loon aantrekkelijk genoeg om nieuwe mensen aan te trekken?
De Mesmaeker: Een aantal loonschalen is net opgetrokken, na lastige onderhandelingen. Dus zelfs in moeilijke tijden gebeuren hier positieve dingen. Ik vind het logisch dat mensen die in overheidsdienst een moeilijk en risicovol beroep hebben, daar degelijk voor betaald worden.
Hoeveel verdient u zelf?
De Mesmaeker: 5500 euro netto per maand, all-in. Dat is geen geheim.
Dat is niet buitensporig voor de baas van 15.000 personeelsleden. U verdient minder dan een beginnend parlementslid.
De Mesmaeker: Ik vergelijk mezelf daar niet mee. Als u kijkt naar de verantwoordelijkheden van de job en dan vergelijkt met andere lonen, ook van sommige federale ambtenaren, dan weet u wel dat ik het niet voor het geld doe. Neemt niet weg dat de verhouding verantwoordelijkheden-verloning niet klopt.
Het ziekteverzuim is zeker hoger dan in andere sectoren, maar het is dan ook geen gewone kantoorjob.
Iets anders: hoe staat u tegenover de wereldwijde trend om cannabis te legaliseren?
De Mesmaeker: (lange stilte) Ik moet politiek neutraal zijn. Wij voeren het beleid uit dat de overheid uitstippelt. Mijn opdracht aan de federale gerechtelijke politie in Antwerpen is om volledig samen te werken met alle betrokkenen zoals parket, inspectiediensten, lokale politie en douane. Maar ook, en dat benadruk ik, met de privésector. Met repressie alleen kun je dat drugsfenomeen niet oplossen. Dan maak je de mensen iets wijs.
De ‘war on drugs’ kun je met andere woorden nooit winnen?
De Mesmaeker: In Colombia zitten ze op een witte berg cocaïne. Dat is de tol die wij mondiaal – en dus ook in Antwerpen – betalen voor het vredesakkoord met de voormalige rebellengroep FARC. In afwachting van de uitvoering van het definitieve vredesakkoord hebben de Colombiaanse boeren de aanplanting van coca verveelvoudigd en is bestrijding van die plantages vanuit de lucht wettelijk verboden. Het gevolg is een gigantische productie van cocaïne, die massaler dan ooit zijn weg naar Europa vindt.
Het blijft dweilen met de kraan open?
De Mesmaeker: Meer dan proberen om het probleem in te dijken kunnen we niet. We hebben verleden jaar vijftig ton cocaïne in beslag genomen in de haven van Antwerpen. Dat kan een teken zijn dat we goed bezig zijn.
Slotvraag: uw voorgangster Catherine De Bolle kreeg als vrouw uitentreuren de vraag hoe ze haar baan met haar gezinsleven combineerde. Hoe zit dat bij u?
De Mesmaeker: Ik heb twee dochters van 30 en 28 en drie kleinkinderen. De weinige tijd die naast mijn werk overblijft, vul ik heel selectief in en die gaat voornamelijk naar mijn familie. Ik ben dus beschikbaar als opa.
Marc De Mesmaeker
– Geboren in Ukkel in 1961
– 1980: Koninklijke Militaire School
– 1983: Master in de criminologie (UGent)
– 1991: Master in de rechten (VUB)
– 2001: Directeur juridische dienst van de federale politie
– Veiligheidsadviseur van zes opeenvolgende ministers van Binnenlandse Zaken
– 2018: Volgt Catherine De Bolle op als commissaris-generaal van de federale politie
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier