Thomas Bellinck maakte van de migratiecrisis een musical: ‘Alles is beter dan politiek toneel’
Onderzoek voeren en dan theater maken: dat is het handelsmerk van Thomas Bellinck. Voor zijn nieuwe productie, een musical, monsterde hij de westerse migratiemachine. ‘Ik heb weinig migratiebeambten ontmoet die een persoonlijke verantwoordelijkheid voelen. Mag ik dat levensgevaarlijk vinden?’
‘Keep Calm & Validate‘: dat staat te lezen op een cynisch motivatiebordje in het hoofdkantoor van het Europese grensagentschap Frontex in Warschau. Thomas Bellinck (34) ontleende er de titel van zijn nieuwe voorstelling aan. ‘Dat is wat in Warschau gebeurt: mensen, herleid tot data, valideren’, zegt hij. ‘Boten met migranten volgen tot die aan wal komen, gered worden of zinken, de informatie checken en de bol op de kaart een andere kleur geven.’
De voorbije twee jaar pendelde Bellinck tussen Brussel en de buitengrenzen van Europa, en dompelde zich onder in agentschappen als Frontex. ‘Ik was het moe om aan de zijlijn te roepen over iets wat ik niet helemaal begreep. En wie vandaag migratie beter wil begrijpen, moet niet alleen praten met de mensen die onderweg zijn van A naar B, maar ook met de mensen die hun bewegingen tracken.’
De theatermaker is niet aan zijn proefstuk toe. In 2013 maakte hij de bejubelde expo Domo de Eu?ropa Historio en Ekzilo (‘Huis van de Europese Geschiedenis in Ballingschap’). De bezoeker kon er vanuit 2063 terugkijken op de implosie van de Europese Unie, begin eenentwintigste eeuw – tot dit voorjaar trok Bellinck ermee door Europa. In 2015 was er Man vs Machine,een ’theatraal essay’ over ‘migratiespitstechnologie’ en het eerste luik van Simple As ABC. Keep Calm & Validate, gespeeld door Marjan De Schutter en Jeroen Van der Ven, is luik nummer twee.
Mijn vertrek bij KVS heeft iedereen meer zuurstof gegeven, mezelf incluis
Simple As ABC is een project van lange adem, klinkt het. ‘Ik wil niet meer van idee naar idee springen, maar doorgraven. Met Keep Calm & Validate zoom ik in op de institutionele kant van migratie.’ En dus op het almaar bekendere Frontex, maar ook op het nog anonieme eu-LISA, dat de grootschalige grensdatabanken van de EU beheert – van vingerafdrukken tot informatie over visa. ‘Dat agentschap heeft zijn hoofdkantoor in Tallinn en een geheime back-upsite in een uitgeholde Oostenrijkse berg. Het zal een belangrijke speler worden. Momenteel rolt het een nieuwe databank uit, Entry/Exit System genaamd. Die moet grenscontroles van niet-EU-burgers versnellen, maar ook, botweg, deportatie vergemakkelijken.’
Is Keep Calm & Validate een aanval op die agentschappen?
Thomas Bellinck: Ik wil vooral de verbeelding losweken en een gesprek op gang krijgen. Maar Keep Calm & Validate houdt ook een waarschuwing in: we doen in Europa niet meer aan migratiepolitiek maar aan migratie-management – de instroom enigszins beheersen – en zo outsourcen we onze verantwoordelijkheid. We steken de kop in het zand, alsof we zelf geen hand hebben in de bewegingen van niet-Europeanen.
Het geijkte zinnetje binnen de agentschappen luidt: ‘We have to tackle the root causes – in de landen van oorsprong.’ Ik sprak er onlangs nog over met een EU-medewerker. ‘Maar denkt u er ook aan om de oorzaken in het land van aankomst aan te pakken?’ vroeg ik. Een simpel voorbeeld: door verdragen tussen de EU en Senegal heeft Europa zijn viswateren kunnen uitbreiden tot in Senegalees territorium. Daardoor verloren hele vissersdorpen hun bron van inkomsten, wat een migratiestroom op gang bracht. ‘Als je het zo bekijkt,’ zei die medewerker, ‘lijkt veel van wat wij doen behoorlijk belachelijk.’ Tja.
U wilde uitzoeken waar de werkelijke macht huist in het kluwen van instellingen en agentschappen. Is dat gelukt?
Bellinck: Nee. Ik mis ook diepgravend onderzoek op dat vlak. Vorige maand was ik bijvoorbeeld in Sicilië met een delegatie buitenlandse journalisten: velen van hen vroegen de agentschappen louter naar percentages, ‘grensspektakel’ en humaninterestverhalen. ‘Klopt het dat er gisteren een prematuurtje op een boot is geboren?’ De stevig uitgebouwde pr-machine houdt van zulke vragen: met ‘Wat?’ en ‘Hoe?’ ga je niet tot de kern. Het levert hooguit een gefragmenteerd, haast anekdotisch beeld op.
Wat is de fundamentele vraag dan wél?
Bellinck:Waarom doen we dit? Maar als ik die vraag stel, valt het gesprek stil. Dan zeggen ze: ‘Wij zijn een operationeel agentschap. We zetten geen beleidslijnen uit.’ Dat doet dan weer een andere vraag rijzen: hoelang kun je je daar als migratiebeambte achter verstoppen? Waar begint de persoonlijke verantwoordelijkheid? We creëren vandaag een hoogtechnologisch, pan-Europees surveillance- en registratiesysteem, maar wat als er morgen politieke verschuivingen plaatsvinden en je dat systeem combineert met anti-Europese parlementen en extreemnationalistische leiders in de lidstaten? ‘Dat zal nooit zo snel gebeuren’, zeggen de meeste mensen schouderophalend. Dezelfde reactie kreeg ik in 2013 van politici, toen ik hun voor Domo de Eu?ropa vroeg: ‘Wat als Europa implodeert?’
Pas op, ik zeg niet dat die dingen zullen gebeuren. Maar weigeren er nog maar over na te denken? Dat vind ik zorgwekkend. Even zorgwekkend als de vaststelling dat niemand schijnt te weten waar de macht zich exact bevindt. Ze bleven me maar doorverwijzen. Politiek en macht groeien almaar verder uit elkaar, en ik heb weinig mensen ontmoet die in hun job een persoonlijke verantwoordelijkheid voelen. Iedereen ‘implementeert’ gewoon. Mag ik dat levensgevaarlijk vinden?
Zegt u nu: ‘implementeren’ is newspeak voor ‘Befehl ist Befehl’?
Bellinck: Dat is de kern, ja. Al bedoel ik het genuanceerder. Laat ik zeggen dat ik iemand als Hannah Arendt (de Duits-Amerikaanse filosofe die zich verdiepte in totalitaire regimes, nvdr.) altijd beschouwd heb als een interessante stem uit het verleden, maar dat ik dezer dagen almaar vaker naar haar moet teruggrijpen.
Uw onderzoek focust ook op de beeldvorming rond migratie. Wat valt u daarin op?
Bellinck: Er bestaat een hele beeldeconomie die aan de lopende band beelden van ‘de migrant’ kopieert en recirculeert. Zo spreken we ook al dertig jaar van een ‘migratiecrisis’. Na de toetreding van Spanje tot de Schengenzone (in 1995, nvdr.) zijn er archetypes gecreëerd die nog altijd bepalen hoe we tegen migratie aankijken. Enerzijds heb je die beelden van hulpeloze vluchtelingen: overvolle bootjes met kletsnatte slachtoffers, families vaak, die hun armen uitsteken naar de blanke redders. Anderzijds de beelden van invasieve en agressieve migranten, groepen van jonge mannen die over een prikkeldraad kruipen of door een hek breken. De hapklare opdeling tussen ‘echte vluchtelingen’, die we tijdelijk moeten opvangen, en ‘gelukszoekers’, die zogezegd uit zijn op onze jobs en sociale zekerheid: uiteraard strookt die niet met de onoverzichtelijke, onvoorspelbare realiteit van zo veel verschillende mensen met zo veel verschillende beweegredenen en zo veel verschillende migratieparcours.
Ook de kaarten van Frontex suggereren een invasie. Rode en purperen pijlen die dun en uitgespreid beginnen en dan samenlopen in één intimiderende dikke pijl die tegen de Europese grens beukt: dat noem ik een blitzkriegkaart, punt. Het zal wel niet bewust zijn, maar in een machtspositie zoals die van het grensagentschap is het je plicht om de beladenheid van zulke beelden in te zien. Kunnen we vandaag werkelijk niets anders verzinnen dan een negentiende-eeuws aandoende vlakke landkaart die ‘Dijkbreuk!’ schreeuwt?
In februari beweerde Frontex dat bepaalde ngo’s met mensensmokkelaars samenwerkten door te dicht bij de Libische kust te varen: was toen de ‘pr-machine’ van het agentschap, zoals u die noemt, aan het werk? Wilde het de aandacht afleiden van de humanitaire crisis?
Bellinck: Ik denk het niet. Fabrice Leggeri, de Franse directeur van Frontex, was vrij genuanceerd, maar anderen hebben gretig op zijn woorden ingespeeld. Wat mij meer stoort, is – opnieuw – dat Frontex het telkens heeft over ‘de smokkelaars aanpakken’ zonder naar het grotere plaatje te kijken. Dan bestrijd je een oppervlaktefenomeen, het gevolg van een illegaliseringsbeleid. Kijk naar de war on drugs: illegalisering heeft daar ook niets opgelost. Voor elke bende die wordt opgerold, komt er een andere in de plaats.
We doen niet meer aan migratiepolitiek maar aan migratiemanagement
Hoe ziet u de oplossing dan?
Bellinck: Op Sicilië sprak ik met een professor die voorstelde om gratis ferryboten in te zetten tussen Afrika en Europa. Zo kan iedereen permanent heen en weer. Dat kost klauwen vol geld, maar dan moet je niet langer miljoenen pompen in de strijd tegen mensensmokkel en in reddingsoperaties. Gedaan met het managen van oppervlakteproblemen. Een heel provocatief idee, maar het schept op zijn minst het beeld van een mogelijke andere wereld.
Migratiemanagement is een zwaar en omvangrijk thema. Hebt u het daarom, met Keep Calm & Validate, in musicalvorm gegoten?
Bellinck: Zeker. Niet dat het daardoor gratuit of louter licht verteerbaar wordt. Ik blijf zo trouw mogelijk aan de woorden van mijn gesprekspartners, maar door flarden interview op muziek te zetten, komen we meer tot de essentie. Het musicalformat maakt alles opmerkelijk genoeg minder oppervlakkig: het is zo spectaculair en ongeloofwaardig dat het publiek op een andere, intensere manier naar de woorden luistert. Tegelijk is het een strak keurslijf, dat de acteurs weinig speling laat: exact het gevoel dat ik kreeg bij sommige grensmanagers. En voor mij is het natuurlijk een interessant genre, want laten we wel wezen: ik werk rond hoogst onsexy thema’s.
Frontex: de musical: het schuurt al bij al een beetje.
Bellinck:(lacht) Doe maar Migratiemanagement: de musical. Sexy, niet?
Keep Calm & Validate is niet de eerste voorstelling over Frontex. Er zijn er al gemaakt, maar die blijven toch vaak steken in ‘de ontmaskering’: een schimmig agentschap wordt voorgesteld, waarna ‘het ware gelaat’ wordt getoond. Ik vertik het om zo te denken, de wereld zit complexer in elkaar. Het gaat bovendien niet over schuld, maar over gedeelde verantwoordelijkheid. Een agentschap als Frontex is het resultaat van tendensen waarin wij als burger en consument allemaal de hand hebben. Door ons alleen met schuldvragen bezig te houden, outsourcen we onze verantwoordelijkheid weer. Schuld kun je alleen dragen, verantwoordelijkheid kun je nemen.
Al sinds u afgestudeerd bent, vertrekt u telkens weer van uitgebreid onderzoek, en kneedt de vorm naar de inhoud. Repertoiretheater laat u koud?
Bellinck: Tenzij ik ooit op een stuk bots dat exact vertelt wat ik op dat moment kwijt wil. Maar dat lijkt me sterk. Neem bijvoorbeeld De getemde feeks van Shakespeare: dat is in zekere zin een aanklacht tegen de elizabethaanse huwelijkscontracten in de zeventiende eeuw. Maar je kunt die tekst toch niet laten debiteren door acteurs in joggingbroek en doen alsof het over 2017 gaat? We moeten durven toe te geven dat sommige vertelvormen gecreëerd zijn voor een bepaalde periode. Migratiemanagement, het transnationale, sterk vertakte netwerk daaromheen, de complexe processen die tot geweld leiden: dat kun je nooit in een klassiek verhaaltje vatten.
In 2015 was u kandidaat-artistiek leider bij KVS, maar die functie ging uiteindelijk naar Michael De Cock, waarna u er vertrok. Hebt u de ambitie om een groot huis te leiden, of was het u specifiek om KVS te doen?
Bellinck: Zomaar meedraaien in een grote instelling, kritiekloos, zonder het discours mee vorm te geven, dat kan ik niet meer. Mijn vertrek bij KVS heeft iedereen meer zuurstof gegeven, mezelf incluis.
Het musicalformat maakt alles minder oppervlakkig: het publiek luistert op een intensere manier naar de woorden
Wie één keer een gooi naar artistiek leiderschap doet, wordt meteen verdacht van brandende ambitie. Maar het was KVS of niets: ik voel me Brusselaar en wilde verantwoordelijkheid nemen voor de stad die mijn werk vormgeeft. Macht om de macht interesseert me niet. We moeten zo snel mogelijk af van dat groeimodel: beginnen als maker met een kleine voorstelling; als je braaf en goed bent, doorgroeien naar de grote vloer; en daarna een tent overnemen of een eigen gezelschap oprichten. Dat is niet meer van deze tijd. Je krijgt zo mensen die te lang in een positie blijven en hun macht niet meer willen afgeven. Er wordt geklaagd dat jonge mensen niets meer voor de grote scene maken, maar laten we wel wezen: vaak krijgen ze de kans gewoon niet.
U bent de uitzondering die de regel bevestigt?
Bellinck: Ik heb inderdaad alle ruimte gekregen – een godsgeschenk. Maar ik geloof in de juiste schaal voor het juiste project. En het juiste medium, of dat nu theater, musical, film of documentaire is.
Domo de Eu?ropa, Simple As ABC, voorstellingen rond de doodstraf, theater met gedetineerden en psychiatrische patiënten: er spreekt veel engagement uit uw werk. Waar komt dat vandaan?
Bellinck: Ik heb een enorme drive om de wereld rondom mij inzichtelijk te maken. Als jij dat ‘engagement’ wilt noemen, kan ik daarmee leven – alles is beter dan ‘politiek toneel’.
Het is me ook met de paplepel ingegoten: na de val van Ceausescu in 1989 hebben mijn ouders razendsnel een humanitaire organisatie in Roemenië opgezet. En de beelden van ‘partieel recupereerbare’ kinderen, extreem verwaarloosde kinderen van mijn leeftijd die konden praten noch stappen omdat niemand hun dat ooit geleerd had, krijg ik natuurlijk nooit meer uit mijn hoofd. Mijn ouders deden ook meer dan kledij uitdelen: ze werkten vooral structureel. Want je kunt wel een weeshuis oprichten, maar dan heb je ook opleidingen voor personeel nodig. En laat dat nu misschien net de kern van mijn werk zijn: de focus op dieperliggende structuren en mechanismen, eerder dan op symptomen.
Dat gezegd zijnde: mijn ouders hebben het lijden van anderen wellicht directer verlicht dan ik ooit zal doen met mijn toneelstukjes. Maar ik geloof rotsvast dat je ook door verbeelding los te weken een steentje in de rivier kunt verleggen.
Tot slot: toen u in 2013 Domo de Eu?ropa voor het eerst in Brussel installeerde, blikte die expo terug op de implosie van de EU in 2018. Uw doemdagklok loopt dus bijna af.
Bellinck: Ondertussen situeer ik die ondergang in 2025. (lacht) Speculeren over alternatieve scenario’s: daar gaat het me vooral om. In 2013 was nadenken over een einde van de EU een taboe, alsof ik het over het einde van het Romeinse Rijk had.
Ik ben ook veranderd, merk ik. Vier jaar geleden dacht ik dat we op een kruispunt stonden en nog alle kanten uit konden. Vandaag geloof ik eerder in de quote van de Italiaanse schrijver Antonio Gramsci: ‘Een crisis is een moment waarop het oude stervende is, en het nieuwe nog niet geboren kan worden. En in die periode manifesteren zich een aantal morbide symptomen.’ Domo de Europa zie ik steeds meer als een mausoleum voor het oude, waar we nog even waardig afscheid kunnen nemen, zodat er alsjeblieft iets nieuws kan ontstaan.
U gelooft er niet meer in?
Bellinck: Als structuur kan de EU nog lang overleven, hoor. Het Romeinse Rijk heeft tenslotte ook nog een poos verdienstelijk aangemodderd.
Simple As ABC #2: Keep Calm & Validate van Thomas Bellinck gaat op woensdag 10 mei in première in NONA, Mechelen, in het kader van het stadsfestival OP.RECHT.MECHELEN. Later ook in het Kaaitheater, Brussel en op Holland Festival, Amsterdam.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier