Technische werkloosheid: hoe doet België het nu echt tegenover Duitsland en Frankrijk?

Archiefbeeld
Tex Van berlaer
Tex Van berlaer Journalist Knack

Ongeveer een vijfde van alle werknemers zit in een of andere vorm van technische werkloosheid. Meer dan in Duitsland, aanzienlijk minder dan in Frankrijk. ‘In België wordt er makkelijk overeenstemming gezocht tussen werknemers en werkgevers’, zegt arbeidseconoom Stijn Baert (UGent).

‘We zijn veel verder gegaan in het stilleggen van de economie dan de buurlanden. 22 procent van alle werknemers is technisch werkloos. In Duitsland is dat 6 procent, in Frankrijk 3 procent.’ De uitspraak van N-VA-voorzitter Bart De Wever op VTM Nieuws werd op verbazing onthaald in de Brusselse Hertogstraat. Op het kabinet van minister van Werk Nathalie Muylle (CD&V) hoorde men het maandag in Keulen donderen. Niet ten onrechte, zo bleek later.

De cijfers waarop De Wever zich baseerde waren afkomstig uit een publicatie van onder meer Stijn Baert en Gert Peersman. De onderzoekers van de UGent baseerden zich op hun beurt op het Europese onderzoeksteam Vox. De cijfers uit onze buurlanden waren echter gedateerd. Een fout die later door zowel de onderzoekers als door de N-VA werd rechtgezet, onder meer via sociale media.

Volgens het kabinet van minister van Werk Nathalie Muylle (CD&V) zijn er volgens de laatste cijfers zo’n 1,3 miljoen aanvragen voor technische werkloosheid ingediend. Er wordt wel benadrukt dat het om brutocijfers gaat. Dat wil zeggen: gebaseerd op de aanvragen van bedrijven. Het aantal daadwerkelijke tijdelijk werklozen schommelt rond de 900.000, zo schat de minister.

Een volgende update van de cijfers wordt volgende week verwacht. Volgens het kabinet zou iets minder dan 20 procent van alle werknemers in meer of mindere mate in het systeem zitten.

Belangrijk detail: niet al die werknemers zijn volledig technisch werkloos. ‘Ook mensen die een dag per week thuiszitten worden daarbij meegeteld’, luidt het.

In Frankrijk wordt er daarentegen fors meer gebruik gemaakt van de technische werkloosheid. De Franse minister van Werk Muriel Pénicaud deelde woensdag mee dat er al meer dan 10 miljoen mensen tijdelijk werkloos zijn. Dat gaat om meer dan 50 procent van de werknemers in de privésector.

En hoe zit het in Duitsland? Gevraagd naar een reactie bij de bevoegde autoriteit Zentrale der Bundesagentur für Arbeit wijst men erop dat er nog geen officiële statistieken bestaan over het percentage van het aantal technisch werklozen. Wel zijn er cijfers over het aantal bedrijven dat een aanvraag heeft ingediend. Nu maakt zowat een derde van de ruim twee miljoen bedrijven die een beroep kunnen doen op de maatregelen gebruik van tijdelijke werkloosheid.

Volgens het aan vakbonden gelieerde onderzoeksinstituut Hans Böckler komt dat neer op zo’n 4 miljoen werknemers, of minstens 10 procent van de Duitse werknemers.

Blijft de vraag waarom Duitsland veel lagere cijfers noteert. Volgens Stijn Baert ligt dat opvallend genoeg aan de administratieve soepelheid in ons land. ‘Normaal is de berekening van de uitkering bij technische werkloosheid een hele klus’, zegt hij. ‘Nu besloot de regering om er een vaste vork op te plakken. In Duitsland zit je met een klassieke aanmeldprocedure, die langer duurt.’ Dat is volgens de arbeidseconoom een belangrijke verklaring waarom de cijfers in de Gentse paper, die dateerden van 1 april, op 20 april al hopeloos verouderd waren.

Daarnaast is het systeem vrij genereus in België, zegt Baert. Zo bestaan er naast de federale toelagen nog sectorale en regionale tegemoetkomingen, zoals de energiepremie. Ook op het niveau van bedrijven wordt soms nog een toelage uitgekeerd. ‘Als het vervangingsinkomen ruimer is, wordt er makkelijk overeenstemming gezocht tussen werknemers en werkgevers om over te gaan tot dat systeem.’ Al voegt Baert eraan toe dat het vervangingsinkomen voor een grote groep mensen allesbehalve gunstig is.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content