Senaat toneel voor vijfde editie Jeugdparlement

(Belga) De Senaat was deze krokusvakantie opnieuw het toneel van het Jeugdparlement. Ruim honderd jongeren tussen achttien en 25 jaar kropen in de huid van ministers en parlementsleden en debatteerden er een week lang over vier wetsontwerpen. Het initiatief, dat nog tot morgen duurt, is aan zijn vijfde uitgave toe.

Het concept van een jeugdparlement is niet nieuw. Het idee komt uit het Canadese Québec, waar al in 1949 het “Parlement Jeunesse de Québec” het levenslicht zag. In ons land sprongen in 1997 enkele jongeren uit de Franse gemeenschap op de kar en eind 2008 vond in de Senaat de eerste federale simulatie plaats onder de naam “Jeugd Parlement Jeunesse”. Sinds dinsdagmorgen begeven honderd jongeren uit het noorden en het zuiden van het land zich opnieuw op het politieke toneel. Onder de deelnemers bevinden zich vier ministers, die elk een wetsontwerp moeten verdedigen en door de Hoge Vergadering loodsen. De parlementsleden zijn onderverdeeld in vijf (tweetalige) partijen: socialisten, liberalen, de centrumpartij, extreemlinks en ultraconservatief. Het plan om een separatistische partij te laten deelnemen, haalde het uiteindelijk niet.Er wordt niet echt gewerkt met meerderheid en oppositie. De ministers lichten hun wetteksten toe in de plenaire vergadering, waarna een bespreking volgt in commissie en nadien een stemming in de plenaire. Bedoeling is dat de onderwerpen van de wetsontwerpen aansluiten bij de actualiteit, leggen Zanna Vanrenterghem en Pauline Delgrange uit. Dit jaar waren dat draagmoederschap, burgerparticipatie, ontwikkelingssamenwerking en de toetreding van Turkije tot de Europese Unie. Opvallend: de afschaffing van de opkomstplicht bij verkiezingen bleek maar weinig draagvlak bij de jongeren te hebben. Zowel in commissie als in plenaire werd het idee weggestemd. (DLA)