Security for Sale: waar zijn de miljarden van het Europees veiligheidsonderzoek naartoe?
Maken de onderzoeken waar Europa zoveel geld inpompt ons echt veiliger? Knack zocht het een jaar lang uit, samen met acht mediapartners uit Europese landen.
De Europese Unie investeert miljarden in veiligheidsonderzoek. Maar levert al dat onderzoek ook nuttige technologie op die Europa veiliger maakt? Knack trok een jaar lang op onderzoek uit, in samenwerking met acht mediapartners: De Correspondent en VPRO Tegenlicht (Nederland), ARD en Die Zeit (Duitsland), L’Espresso (Italië), Svenska Dagbladet (Zweden), Dagbladed Information (Denemarken) en Longplay (Finland).
We onderzochten databanken, vroegen informatie op via de wet op de openbaarheid van bestuur en interviewden een honderdtal academici, onderzoekers, bedrijfsleiders, lobbyisten en politici. In het dossier Security For Sale publiceren we de resultaten.
Drie miljard euro voor veiligheidsonderzoek
De afgelopen tien jaar pompte Europa ruim 1,7 miljard euro in veiligheidsonderzoek via de kaderprogramma’s FP7 (2007-2013) en Horizon 2020 (2014-2020). Tegen 2020 zal dat bedrag oplopen tot zowat 3 miljard euro. Het is de bedoeling ‘innovatieve technologieën, prognose-instrumenten en kennis’ te ontwikkelen als antwoord op ‘allerhande bedreigingen en uitdagingen voor de veiligheid, zoals misdaad, terrorisme en grootschalige noodsituaties’.
Het onderzoek richt zich onder meer op de beveiliging van infrastructuur en nutsvoorzieningen, de opsporing van explosieven, de verbetering van de communicatie tussen veiligheidsdiensten, de koppeling van datastromen en de inzet van drones, biometrie en sensoren om steden en buurten te beveiligen.
Projecten met Belgische deelnamen leveren vooral… papier op
458 veiligheidsprojecten werden intussen door de Europese Commissie gefinancierd. Aan 161 daarvan namen Belgische bedrijven, universiteiten, onderzoekscentra en overheden deel. Daarvoor kregen ze in totaal 73 miljoen euro. Cruciale vraag is: wat levert het onderzoek op?
38 van de 161 projecten zijn in het kader van Horizon 2020 opgestart en lopen nog. Bijgevolg is het nog te vroeg om over de resultaten te oordelen.
De meeste van de 123 FP7-projecten met Belgische deelname zijn intussen wél afgerond. Uit ons onderzoek blijkt dat bijna de helft daarvan helemaal níét gericht was op de ontwikkeling van nieuwe technologie om Europa veiliger te maken. Het ging om aanbevelingen, case studies, catalogi, concepten, conferenties, handboeken, expertise-netwerken, gegevensbanken, methodologieën, onderzoeksagenda’s, procedures, rapporten, richtlijnen, risicoanalyses, roadmaps, rondetafeldiscussies, taxonomieën, vergelijkende studies, workshops en websites. Zonder afbreuk te willen doen aan het wetenschappelijke belang daarvan: tastbare eindresultaten leverden al die miljoenen euro’s geïnvesteerd belastinggeld niet op. Veel papier, dat wel. Maar zelfs wat wetenschappelijke publicaties betreft, scoort het Europese veiligheidsonderzoek niet grandioos.
De doodsvallei
De andere helft van de 123 FP7-veiligheidsonderzoeken met Belgische deelname was wél gericht op de ontwikkeling van allerhande nieuwe technologieën. Enkele voorbeelden: een zoekmachine voor videosurveillance-archieven, een systeem voor de automatische detectie van cyberdreigingen, sensoren voor drugdetectie, een forensisch lab, een watermonitoringssysteem, surveillance-algoritmes, een screeningsysteem voor postdiensten, enzovoort.
Het goede nieuws is dat een hele reeks projecten wel nieuwe veiligheidstechnologie opleverde die vandaag wordt gebruikt om Europa veiliger te maken. Maar in andere gevallen werd de ontwikkelde technologie niet op de markt gebracht. Tussen de beschikbaarheid van een technologische oplossing en de commercialisering ervan als concreet product gaapt vaak een grote kloof. In het kleine wereldje van het Europese veiligheidsonderzoek hebben ze er zelfs een term voor bedacht: de doodsvallei.
Security for Sale
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier