Scheidsrechter als knelpuntberoep: tekort aan refs wordt onhoudbaar
Als voetbal de nationale volkssport nummer één is, dan staat vloeken op de scheids ongetwijfeld op twee. De arbiters hebben er genoeg van: in vergelijking met tien jaar geleden zijn er meer dan 1000 minder. ‘Voor ons is het ook maar een hobby.’
‘Jeugdmatchen onder de vijftien jaar worden al lang niet meer door officiële scheidsrechters geleid. De volgende stap was dat grensrechters zeldzaam werden. En nu vind ik voor derde of vierde provinciale zelfs niet altijd meer een hoofdarbiter. Er móét iets gebeuren, en snel.’ Luc Matthys, voorzitter van de provinciale scheidsrechterscommissie West-Vlaanderen, weet het even niet meer. In zijn provincie zijn er 220 refs te weinig, zonder uitzicht op beterschap. ‘Onze werking behoort tot de beste van het land, volgend seizoen starten in West-Vlaanderen zestig nieuwe scheidsrechters. Maar zelfs zo’n uitzonderlijk goede instroom volstaat niet om de achteruitgang te stoppen. En het is bang afwachten hoeveel van die nieuwe refs zullen volhouden zodra ze beseffen wat de stiel inhoudt.’
De clubs hebben het scheidsrechterstekort zelf veroorzaakt. Als er geen respect is voor wat wij doen, wie wil er dan nog aan beginnen?
Vandaag fluiten 5094 Belgische scheidsrechters volwaardige wedstrijden van 11 tegen 11 spelers. In 2008 waren dat er nog 6198. De terugval houdt gestaag aan. Dat is natuurlijk verontrustend: zonder scheidsrechter geen voetbal. Daar staat tegenover dat het aantal clubs fel is toegenomen, en dus ook het aantal matchen. Het één hangt samen met het ander: clubs schrijven hun B-elftal in als aparte club om te kunnen beschikken over scheidsrechters, aangezien er voor wedstrijden met reserveteams nog zelden spelleiders worden toegewezen. Tweevoudig Scheidsrechter van het Jaar Johan Verbist, nu sectiehoofd van de arbitrage in 1A en 1B, trekt aan de alarmbel. ‘De clubs moeten één ding beseffen: ze hebben het scheidsrechterstekort zelf veroorzaakt. Als er geen respect is voor wat wij doen, wie wil er dan nog aan beginnen? Zullen de ogen pas opengaan wanneer we geen competitievoetbal meer kunnen organiseren?’
In Vlaams-Brabant staan ze daar niet ver van af: één match op de vijf wordt gespeeld zonder officiële scheids-rechter. ‘Iedere speeldag is een puzzel met te weinig stukjes’, vertelt Luc Rems van de provinciale scheidsrechterscommissie. ‘De eerste weken van het seizoen lukt het nog, maar zodra scheidsrechters een weekend vrij willen, wordt het moeilijk. Als er arbiters ziek uitvallen, zit ik met de handen in het haar.’
Bij de volgende telling van de scheidsrechters komt er een knik naar boven, maar dat is bedrieglijk. Het liefhebbersvoetbal fuseerde met de nationale competities van de Koninklijke Belgische Voetbalbond en de regionale reeksen van Voetbal Vlaanderen. Dat levert ruim 300 bijkomende scheidsrechters op, maar omdat er ook meer wedstrijden zijn, wordt het tekort alleen maar groter. ‘De arbiters uit het liefhebbersvoetbal zijn doorgaans ook ouder’, zegt Kris Bellon van Voetbal Vlaanderen. ‘De vergrijzing van ons korps is een probleem: veel refs zijn boven de 60. Er bestaat geen leeftijdsgrens, maar het is duidelijk dat zo’n fysiek veeleisende hobby niet tot in de eeuwigheid kan worden beoefend. Als de oudste generaties afhaken, dreigt de situatie te ontsporen.’
Iedereen Ronaldo
De verklaring voor de terugloop is even simpel als schrijnend: de stuitende boertigheid waarmee de referee haast wekelijks te maken krijgt. Het VRT-programma Koppen voerde in 2007 een enquête uit onder scheidsrechters: één op de zes werd ooit fysiek belaagd. Recentere cijfers zijn er niet, maar bij de Voetbalbond heeft men de indruk dat het aantal gevallen van fysieke agressie afneemt. Vroeger maakte een ref meer kans op klappen of een kapotgestoken band. Mogelijk is het een gevolg van een wet uit 2012 die geweld tegen een scheidsrechter benoemt als een verzwarende omstandigheid. ‘Ik heb de indruk dat de agressie tegen de refs een cyclus is die telkens opnieuw naar een kookpunt stijgt’, zegt Luc Matthys. ‘Het escaleert en escaleert, tot één schandalig voorval breed in de media komt en de situatie weer ontspant. In 2015 werd een arme ref van 18 jaar het ziekenhuis ingeslagen, maar de rest van het seizoen ging het er op de velden opvallend rustiger toe. Dat was de eerste escalatie na 2012, toen onze West-Vlaamse scheidsrechters staakten na twee gevallen van buitensporig geweld. De kern van de kwestie? Respect voor gezag is overal een moeilijk verhaal geworden. Je ziet het in het onderwijs, bij de politie enzovoort. Iedereen die gezag moet uitstralen, kent grote problemen.’
In mei 2018 ontspoorde een jeugdtoernooi in Denderleeuw. Het ging om een wedstrijd zonder inzet, tussen spelertjes van 7 en 8 jaar. Een vader stormde het veld op na een drieste tackle. Ouders gingen met elkaar op de vuist, hun kinderen dropen huilend af. ‘Ouders hebben enorme verwachtingen van hun voetballende kind. Men beseft niet langer dat het om een spel gaat’, meent Kris Bellon. ‘Natuurlijk mogen vaders – heeft iemand zich al afgevraagd waarom de moeders zelden over de schreef gaan? – vurig supporteren, maar overdreven intensiteit is nergens goed voor. Veel papa’s denken dat hun zoon Cristiano Ronaldo is. Hij mag álles, de gemeenste fout wordt goedgepraat. Maar waag het niet om hém aan te raken, anders is het kot te klein. Het heeft niets met de sport op zich te maken, maar je kunt er niet naast kijken dat dit alléén in het voetbal voorkomt. Mijn zoon speelt rugby. Respect voor de scheidsrechter is daar doodnormaal. Net als in hockey, tennis of judo. Baldadigheden zoals in Denderleeuw zijn gelukkig ook in het voetbal uitzonderlijk, maar verbale agressie is wekelijkse kost. In een overvol stadion kan een professionele en ervaren scheidsrechter zich daar makkelijk boven zetten – vaak hoort hij het niet eens -maar op zo’n klein veldje komt elke belediging binnen.’ De ouders van het ontaarde jeugdtoernooi in Denderleeuw kregen een opvallende straf. Ze moeten een ‘fair play-evenement’ organiseren, bijvoorbeeld door zelf een match van hun zonen te fluiten.
Alleen in het voetbal
De Voetbalbond vangt het scheidsrechterstekort creatief op. Zoals priesters meerdere parochies bedienen, fluiten scheidsrechters noodgedwongen verscheidene matchen per weekend. Johan Verbist: ‘Ik ken er die van vrijdagavond tot zondagmiddag vijf keer op het veld staan. Dat is niet ideaal, maar we moeten die diehards dankbaar zijn. Zonder hen zouden we er niet komen.’ Het aantal niet-officiële kampioenschappen werd uitgebreid, waardoor een officiële ref niet altijd meer nodig is. Men doet pogingen om het scheidsrechterskorps te verjongen. Zoals het hele verenigingsleven kampt ook de arbitrage met een sterke uitval in de leeftijdsgroep tussen de 25 en de 45 jaar. ‘Iedereen werkt hard en heeft het druk, druk, druk’, zegt Luc Matthys van de West-Vlaamse scheidsrechterscommissie. ‘De oudere generaties hadden meer vrije tijd of konden zich makkelijker onttrekken aan familiale plichten. En de vergoeding van 22 euro per match is peanuts naar hedendaagse maatstaven. Er gaan stemmen op dat we meer moeten betalen, maar geld zal het niet oplossen. De mensen hebben simpelweg geen tijd. De voetbalclubs komen evengoed handen te kort. Het aantal advertenties in het bondsblad Sportleven met de boodschap “jeugdtrainers gezocht” valt niet te tellen.’
Clubs moeten intern scheidsrechters vinden voor de niet-officiële jeugdkampioenschappen onder de 12 jaar. Vaak worden die gefloten door jeugdspelers uit een oudere categorie. ‘Dat verlaagt de drempel: bij de thuismatchen van zijn eigen club wordt een beginnende ref niet aangepakt’, zegt Kris Bellon. ‘Vanaf 15 jaar komen die jonge arbiters in aanmerking om officieel scheidsrechter te worden. We bieden de opleiding Ref in One Day aan: een stoomcursus waarbij jonge spelleiders op het einde van de dag hun vergunning krijgen. Onder andere Anderlecht, AA Gent en Sint-Truiden zijn met een referee academy begonnen, zodat hun eigen clubscheidsrechters van het hoogste niveau zijn.’
Die piepjonge refs worden snel doorgeschoven naar het volwassenenvoetbal, maar niet iedereen op het terrein is daarvoor gewonnen. ‘Tieners die volwassenen terechtwijzen: het wordt moeilijk aanvaard, want autoriteit komt met de jaren’, zegt Luc Matthys. ‘Sommige jongeren doen het uitstekend, maar niet iedereen bezit op die leeftijd al natuurlijk gezag. De uitval bij die jonge refs is bijzonder groot.’ Matthys vertelt een anekdote die we ook in Oost-Vlaanderen en in Antwerpen hoorden – het fenomeen komt kennelijk vaak voor. Een vijftienjarige fluit zijn eerste match. Zijn trotse ouders kijken vanuit de tribune toe hoe hun zoon het doet. De beledigingen rollen van de tribunes, zoonlief wordt uitgescholden voor rotte vis. Het slaat over naar het veld, de match loopt helemaal uit de hand. ‘Tijdens de rust zoekt mama haar huilende zoon op in de kleedkamer en zegt: “Pak je spullen, jong, we zoeken een leukere hobby.” Kun je die moeder ongelijk geven? We begeleiden jonge refs zo goed als we kunnen, maar we kunnen niet overal zijn.’
Ik hoor analisten enorme bokken schieten, maar zij noemen de ref onbekwaam. Ik heb al vaak willen mailen naar Extra Time
In geen enkele andere vrije-tijdsbesteding zou het aanvaard worden, maar men leert beginnende arbiters omgaan met beledigingen. ‘We zeggen dat in de cursus zonder omwegen: je moet beseffen dat men op jou zal schelden’, vertelt Kris Bellon. ‘De rekruten vallen dan niet bepaald van hun stoel: ze komen uit het voetbal en weten hoe het er langs de lijn toegaat. Voortdurend gevloek is deel van het spel geworden, maar dat maakt het niet minder schandalig. En vergeet niet: voor de meeste scheidsrechters is het ook maar een hobby.’
Dat voetbal samengaat met scheldpartijen is geen natuurwet. Bij de grootste Belgische clubs gebeurt het bijvoorbeeld niet. Wie een voetballend kind heeft bij Anderlecht, Standard of Club Brugge weet dat hij het beleefd moet houden, anders zit zijn kind de volgende keer op de bank, als het al niet helemaal mag beschikken. Bellon: ‘Moeten we die regel veralgemenen? Graag, maar dat is vandaag niet realistisch. Al was het maar omdat we de mankracht missen om schelders te identificeren en te bestraffen. In de opleiding hebben we extra aandacht voor de mentale weerbaarheid van onze scheidsrechters, en in elke provincie is er een cel Mentale Begeleiding voor scheidsrechters die aangeven dat ze hulp nodig hebben. We hebben referee ambassadors aangeduid, om binnen de amateurclubs randgedrag van supporters te ontraden. En recent richtten we een Jeugdraad Arbitrage op, om innovatief te rekruteren en de vriendenkringen te steunen waar scheidsrechters een luisterend oor aangeboden krijgen.’
Zonder fair play
‘Ik wil het nog wel positief bekijken: misschien fungeren voetbalscheidsrechters als ventiel voor een hoop maatschappelijke frustratie’, zegt Johan Verbist. ‘Maar dat gebrek aan mededogen begrijp ik niet. Hoe moet een jonge ref leren fluiten als men zo tegen hem staat te roepen? Een spits die een kans mist, stop je toch ook niet onder de grond? Supporters zijn supporters, ze mogen reageren, maar als de fout niet flagrant is, hou je dan toch een beetje in. De verjonging van het scheidsrechterskorps steun ik, maar ze heeft wel consequenties. Ik floot op mijn achttiende de miniemen en de kadetten. Zij staan in tweede provinciale, waar de belangen tegenwoordig ook groot zijn. Deze jonge refs kunnen niet traag groeien, zoals mijn generatie. Ze hebben per definitie minder levenservaring. Je kunt alleen maar vaststellen dat zij het, naar de omstandigheden, fantastisch doen.’
De verjonging zet zich door naar eerste klasse: de 24-jarige Lothar D’hondt debuteert er dit jaar, als jongste scheidsrechter ooit (zie kader). Het profvoetbal krijgt een nieuwe kans om zijn voorbeeldfunctie op te nemen – en precies daar zit het scheef. ‘Als ik zie hoe scheidsrechters in het Belgische profvoetbal worden aangevallen, dan denk ik: beseft men niet wat ze die arbiter aandoen?’ zegt Johan Verbist. ‘Die man moet maandag ook naar zijn werk. Dat voortdurende gekap op de arbiter zal de eersteklasseclubs nog zuur opbreken. Het verlaagt de aantrekkelijkheid van onze hobby. En als de vijver waaruit wij vissen kleiner wordt, dan komt dat de kwaliteit van de profscheidsrechters niet ten goede. 1A onderschat zijn voorbeeldfunctie. De laatste vijf jaar wordt élke beslissing gecontesteerd, of de scheids nu gelijk had of niet. De hele ploeg verzamelt zich dreigend rond de arbiter, en vaak zweept de trainer de boel nog op. Ik hoor dat zulke taferelen nu ook in de lagere reeksen schering en inslag zijn: “Het mag in eerste klasse, waarom wij dan niet?”‘
Luc Rems van de provinciale scheidsrechterscommissie Vlaams-Brabant stelt vast dat velen het reglement niet kennen, ook in eerste nationale. ‘Ik hoor profvoetballers en analisten bokken schieten die niet te begrijpen vallen. Professionals die hun brood verdienen in het voetbal en er totaal naast zitten, maar wél de ref onbekwaam noemen… Ik heb me al dikwijls moeten inhouden om niet naar Extra Time te mailen.’
Het kan nog malicieuzer. Twee speeldagen voor het einde van Play-off I insinueerde Bart Verhaeghe, voorzitter van Club Brugge en ondervoorzitter van de Voetbalbond, dat de vaderlandse scheidsrechters corrupt waren. Na betwistbare fases in Club Brugge-Anderlecht zei hij: ‘Ofwel is de ref onprofessioneel, ofwel is er meer aan de hand. Ik hoop van niet, maar ik moet daar wel aan denken. Het is niet aan mij om hier bewijs voor te leveren.’ Scheidsrechtersbaas Johan Verbist reageert scherp: ‘Zulke uitspraken ondergraven onze hele werking. Als je pech hebt met scheidsrechterlijke beslissingen is het menselijk om te denken dat de wereld tegen je is. Maar vaststellen dat de arbiter fout was of zijn integriteit in twijfel trekken, dat zijn twee verschillende dingen. Deze uithaal is bijzonder schadelijk. Ik heb dit voorval aangekaart bij de Pro League.’
Een grensrechter die vlagt in eerste klasse pleit voor sancties. ‘In de Champions League zou Verhaeghe dit nooit gedurfd hebben. De ref ondermijnen wordt daar zwaar bestraft. De Belgische Voetbalbond, waar mensen als Verhaeghe de dienst uitmaken, blijft in gebreke. Mag ik even de olifant in de kamer benoemen? Voorzitters of trainers die uithalen naar de arbitrage willen de aandacht wegtrekken van de flauwe prestatie van hun eigen team – een kille strategie. En de refs, die zitten met de gebakken peren.’
Een scheids kan het niet altijd goed hebben gezien, zeker omdat de heren voetballers almaar doortrapter worden in het valsspelen en het misleiden van de arbiter. Denk maar aan de flagrante fopduiken van Neymar, of het ergerlijke tijdrekken van Kylian Mbappé tijdens de Wereldbeker. De Belgische spelleiders houden hun hart vast, want zulk gedrag sijpelt door. Verbist: ‘Van eerste nationale tot in het arbeidersvoetbal zal dat nieuwe voetbal zonder fair play opgang maken. Elke vuile truc zal worden ingezet, net als op het WK. Niets is te laag. Die instelling is totaal fout: sport kan niet zonder sportiviteit. De normen en waarden bewaken: ook dat lijkt meer dan ooit de taak van de scheidsrechter.’
‘EEN REF IS NOOIT POPULAIR’ p>
p>
Ook in eerste klasse worden de scheidsrechters priller. Dit seizoen debuteert de amper 24-jarige Lothar D’hondt in 1A, als jongste ooit. De autoverkoper uit Evergem rolde er toevallig in toen een scheidsrechter afbelde, nu negen jaren geleden. ‘Ik viel in, en dat beviel. Daarvoor floot ik bij de duiveltjes en de preminiemen, maar die ene toevallige match maakte de ambitie wakker om het ook op hoger niveau te proberen.’ p>
p>
Wat is er zo leuk aan scheidsrechter zijn? p>
Lothar D’hondt: Leiding geven. Je neemt een beslissing en 22 spelers accepteren die. De eerste voorwaarde is dat je het spel zo vaak als je maar kunt correct inschat. Zo bouw je krediet op voor de keren dat je je vergist, wat onvermijdelijk weleens zal gebeuren. Já, het kan een ondankbare stiel zijn. Ook wanneer je een terechte strafschop fluit, vloekt het hele stadion op de arbiter. Ik snap de teleurstelling bij de supporters, en ik aanvaard dat ik het mikpunt van hun boosheid word. Een ref zal nooit populair zijn, maar die ene dankbare persoon raakt me meer dan duizend mensen die me uitjouwen. p>
p>
Als beginnende scheidsrechter kon ik wakker liggen van de kritiek: had ik het nu echt zo slecht gedaan? Vandaag gaan beledigingen het ene oor in en het andere weer uit. Ik zou weleens willen zien hoe die roepers het ervan afbrengen als ze zelf een fluitje vasthebben. p>
p>
Respecteren voetballers een arbiter van 24 jaar? p>
D’hondt: (lacht) Ze testen je sowieso. Ik zou in hun plaats ook aftasten of die jonge gast wel weet waar hij mee bezig is. Mijn lichaamstaal schijnt nogal expressief te zijn. Dat helpt om beslissingen te verkopen. Maar aan de andere kant: het grootste compliment dat een scheids kan krijgen, is dat hij niet opviel. p>
Beluister Knack
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier