Gwendolyn Rutten (Open VLD)

‘Wie roken verbiedt op privéterrassen, duwt de problemen naar anderen’

Gwendolyn Rutten (Open VLD) Burgemeester van Aarschot

‘Leven en laten leven is ook belangrijk, zonder dat alles moet, verboden is of bestraft wordt’, schrijft Gwendolyn Rutten. Het uitgebreide rookverbod waar in het nieuwe regeerakkoord sprake van is, gaat volgens haar te ver.

Om te beginnen, klaar en duidelijk: roken is slecht voor de gezondheid. Gewoon slecht. Zelfs geen beetje oké. Tegelijk is roken zo oud als de mensheid zelf. Mensen zijn mensen. Ze doen niet noodzakelijk wat goed of juist is. Er spelen zoveel andere dingen mee. Het is niet altijd simpel om daarmee om te gaan, dat weten we allemaal. Als mensen robots waren, zou een verbod eenvoudig zijn. Even herprogrammeren.

Maar we zijn geen robots, en gelukkig maar.

Het verbod om binnen in publiek toegankelijke plaatsen te roken, was en is een goeie zaak. We kunnen ons nauwelijks nog inbeelden dat er vroeger gerookt werd op de trein of in het vliegtuig. Dat je door de walm een café of cinema binnenstapte. De vrijheid van de ene om te mogen roken, was schadelijk voor de gezondheid van de ander en dus was het afgelopen. Goed zo!

Binnen: bravo. Maar buiten, in de open lucht? Daar gaat die vergelijking mijns inziens niet op. Natuurlijk wil je niet in de wasem van andermans rook op een terras zitten. Met wat hoffelijkheid komen we een heel eind. Maar door roken te verbieden op privéterrassen, duw je de problemen naar anderen. Je mag dan niet meer roken op het terras, maar wel ernáást – op de stoep. Onder het raam van andere mensen die daar niet om gevraagd hebben.

De gevolgen zijn voor de gemeenschap: peuken, nachtlawaai en hinder, miserie en vuiligheid in hoekjes en steegjes. Denk ook aan die andere onbezonnen maatregelen: omdat er in cafés geen sigaretten meer verkocht mogen worden, halen rokers hun rookwaar in de nachtwinkels die overal in uitgaansbuurten opduiken. Gevolg: een geloop en gerij én – en passant – wordt er veel meer gekocht dan alleen sigaretten. Ook sterke drank gaat vlot mee. En dan liggen de straten vol flessen, glas én peuken.

De straat én de horeca zijn de risee. Waarna we dan weer camera’s – uiteraard met gezichtsherkenning – moeten plaatsen om menselijk gedrag te controleren. Harder, strenger, sneller. Vader staat heeft je gezien. (Van moeders/vrouwen is in deze regering nauwelijks sprake, maar dat is een andere discussie).

Het doet denken aan enkele zinloze coronamaatregelen, goed bedoeld maar los erover, zoals mondmaskers in open lucht. 

Het doet denken aan enkele zinloze coronamaatregelen, goed bedoeld maar los erover, zoals mondmaskers in open lucht. Niet meer mogen uitademen wat je wil, waar je wil en met respect voor elkaar. Neen, je hoest of niest niet in het gezicht van een ander. Net zoals je niet rookt als het iemand anders stoort.

Maar de manier waarop ons gezegd wordt wat we mogen en niet mogen, waarop de staat ons leven controleert: dat gaat me te ver.

Sinds 1 januari mogen bewoners van een rusthuis niet langer op een bank aan de ingang hun pijp of sigaartje roken. Ze moeten buiten, uit het zicht gaan zitten, waardoor ze zelf natuurlijk ook geen passage meer zien. Terwijl dat natuurlijk hun plezier was. Met de nieuwe maatregelen mogen ze ook binnen in de speciale rookkamer niet meer roken. Die moet weg. Waarom? vraag ik me dan af. Gaan we mensen op het einde van hun leven echt alles ontzeggen? Geen zout meer op de patatten. Zeker niet op de frieten, wat zeg ik: zelfs geen frieten meer! Op tijd het bed in, schermtijd is slecht voor de gezondheid. En met nog een paar maanden te leven: weg met de pijp, de overheid weet wat goed voor je is.

Waar zijn we mee bezig? Ja, we willen een generatie rookvrij. Ja, we vinden gezond zijn belangrijk. Ja, hou sigaretten weg waar er kinderen zijn. Want zien roken doet roken. Grijp dus in waar het zinvol is: van jongs af aan. Maar in bejaardetehuizen en nachtelijke café’s zijn er geen kinderen. Dus alstublief, als het even kan: leven en laten leven is ook belangrijk, zonder dat alles moet, verboden is of bestraft wordt.

‘Gelukkig’ staat er tegenover al die hardheid waar we de voorbije dagen zoveel over hoorden, ook een beetje plezier. Enfin, ik heb er toch al hard mee gelachen. Als u straks naar de frituur gaat, vergeet dan zeker niet het bonnetje te vragen. (Vlaanderen heeft de frietkoten trouwens niet voor niets erfgoed gemaakt. Nog een paar van dit soort maatregelen en ze zijn helemaal verdwenen).

Want die btw-bonnetjes, bijvoorbeeld die op restaurant? Wie weet worden die wel geld waard. In plaats van met vrienden van een terrasje te genieten, kan u thuis op de bank (al dan niet al rokend) naar de btw-lotterij kijken om te zien wat u gewonnen hebt. Een assenbak zal het niet zijn, en een gsm al zeker niet. Die zijn straks verboden onder 16 jaar.

Maar er moeten toch leuke prijzen te bedenken zijn die ook nog eens goed voor je zijn? Vraag het maar aan de… Italianen. Daar kennen ze zo’n bonnetjesloterij al lang.

Italië als voorbeeld in de strijd tegen fiscale fraude. Zeg dat eens hardop, het doet deugd om ermee te lachen, echt waar. Lachen is gratis en mag gelukkig nog steeds. Zeker met goeie Belgenmoppen zoals het Frank-verbod en de Jambon-bon.

Gwendolyn Rutten is burgemeester van Aarschot. Ze is oud-voorzitter van Open VLD.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content