Roeselare ‘maait mei niet’ voor een duurzamere toekomst: ‘We moeten een historische achterstand inhalen’

© Stefaan Beel

Roeselare moet een wildere en klimaatadaptieve stad worden, zegt schepen Michèle Hostekint (Vooruit). En dus doet de stad voor de derde keer mee aan Maai Mei Niet. ‘We willen bovendien klimaatneutraal zijn in 2050. Daarvoor zitten we goed op schema.’

In mei interviewt Knack elke week een gemeentebestuurder die deelneemt aan Maai Mei Niet en inzet op het vergroenen van zijn gemeente en het vergroten van de biodiversiteit. Deze week is dat Michèle Hostekint, sinds 2013 schepen in Roeselare, onder andere voor Klimaat en Duurzaamheid. Een goed klimaatbeleid gekoppeld aan sociale vooruitgang, dat is voor iedereen essentieel, meent ze.

Waarom doet u mee aan Maai Mei Niet?

Michèle Hostekint: Roeselare zet sterk in op de biodiversiteit van de stad. Zo lanceerden we Wild #VANRSL, een hashtag die verwijst naar onze inspanningen om Roeselare ‘wilder’ te maken en te vergroenen. Maai Mei Niet past perfect in die strategie.

Is jullie aanpak veranderd sinds de vorige twee deelnames?

Hostekint: Ja, dit jaar zijn we ‘all the way’ gegaan, en hebben we ons niet meer beperkt tot een aantal vooraf geïnventariseerde zones. Niet maaien is nu de regel, maaien de uitzondering.  Bovendien leggen we waar mogelijk wilde bloemenweides aan, zoals op het De Coninckplein. Enkele jaren geleden is dat plein onthard en tot voor kort was het een grasplein, maar nu staat het vol bloemen.

We hebben onze aanpak niet alleen in mei veranderd. Waar mogelijk, maaien we slechts twee keer per jaar. In combinatie met andere vergroeningsprojecten heeft dat de biodiversiteit in de stad verhoogd. Het project leeft bij mensen en we willen ze echt meetrekken in het verhaal van Maai Mei Niet. Via infopanelen met een QR-code ontdekken ze hoe ze zelf hun tuin onder handen kunnen nemen.

Wat doen jullie nog voor meer biodiversiteit in de stad?

Hostekint: Er lopen heel wat projecten. Er is bijvoorbeeld de ontharding van de Moermanparking. Van een parking van 10.000 vierkante meter maken we een volledig nieuw park. Op centrale pleinen in de stad proberen we ook extra groen aan te brengen.

Of neem onze tuinrangers. Dat zijn vrijwilligers die burgers kunnen inhuren voor gratis advies over een meer natuurvriendelijke tuin. Vaak kun je met kleine ingrepen een tuin meer biodivers maken. Intussen heeft Roeselare vijf tuinrangers en zij hebben vorig jaar 19.000 vierkante meter tuin onder handen genomen.

Lopen er ook projecten voor gebieden buiten het stadsgedeelte?

Hostekint: Onze focus ligt op de binnenstad. Vooral daar zijn vergroening en ontharding nodig. Tijdens hete zomerdagen wil je echt niet te veel betonnen pleinen in een stad. Buiten het centrum zetten we in op de aanleg van wilgen en hagen.

Ons bomenproject zorgt voor vergroening binnen en buiten de stadskern. 100.000 extra bomen, dat was onze ambitie in 2019 en ondertussen zijn er al zo’n 85.000 geplant. Waar stadsvernieuwing plaatsvindt, worden ook nieuwe bomen aangeplant.

Dan zijn er nog de de liefdesbomen. Op Valentijn kunnen mensen gratis een boom cadeau doen aan hun partner, dat leverde dit jaar al 888 gelukkige koppels op. We hebben ook Boombonnen, een cadeautje van de stad voor mensen die trouwen, een kind krijgen of nieuw zijn in Roeselare. Met zo’n bon kunnen ze bij een lokale tuinhandelaar een boom kopen voor hun tuin.

Waarom zet Roeselare zo hard in op biodiversiteit en klimaat?

Hostekint: Als het over groen en biodiversiteit gaat, heeft Roeselare een historische achterstand. Daarom is dit voor ons ontzettend belangrijk. We willen de stad wapenen tegen lange periodes van hitte en droogte of zware regenval.

Het klimaatverhaal is een sociaal verhaal. Dat heeft de coronacrisis nog eens duidelijk getoond. Ook wie in een appartement woont of wie geen tuin heeft, moet verkoeling en zuurstof in een groene omgeving vinden. Dat kan in onze stad bijvoorbeeld in het nieuwe Moermanpark. We zagen het bij de overstromingen in Wallonië: de sociaal meest kwetsbare mensen waren de grootste slachtoffers.

Tot slot: Roeselare wil een klimaatneutrale stad worden in 2050. Hoe realistisch is dat?

Hostekint: De afgelopen jaren hebben we een enorme inhaalbeweging gemaakt en we zitten dus goed op schema. We zijn bijvoorbeeld pioniers met ons warmtenet: er is in de stad één grote grootschalige centrale verwarming, die verwarmd wordt door restwarmte van de verbranding van huishoudelijk afval.

De stad investeerde ook in zonnepanelen op haar eigen gebouwen en ondersteunde groepsaankopen door particulieren. Daarnaast is er nog het project rond de energetische renovatie van woningen. Dat willen we voor iedereen in Roeselare mogelijk maken, niet alleen voor de happy few. Mensen kunnen voor 50 euro instappen in het traject.

Nu mogen we vooral niet op onze lauweren rusten. We moeten de inspanningen van de afgelopen jaren voortzetten als we de doelstellingen van 2050 willen behalen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content