Guido Lauwaert
Rijk zijn is geen pretje
Het grote voordeel om te leven op de grens van arm en rijk – waar uw gewaardeerde medewerker een prominente plaats inneemt – is dat je veel armen kent maar ook veel rijken. Welnu, er is geen enkele arme luis die geen geldproblemen heeft. Maar, let op! Hetzelfde geldt voor de rijken. De Oom Dagoberts werken dubbele shifts per dag, hebben nauwelijks de tijd voor een deftig familieleven, en de weinige vrije tijd die ze hebben zitten ze op de fiets. Om weg te zijn van hun huis, waar een berg geklets met hun vrouw wacht over hun persoonlijke financiële problemen.
Wie meerdere huizen heeft en dubbel zoveel notarissen zit voortdurend te cijferen. Hier een nieuw dak, daar een huurder die niet naar je pijpen danst, je kinderen die met hun wagenpark niet willen onderdoen voor die van hun ouders, de tuinman die elke lente een pak duurder is, het zwembad dat lekt, een zoveelste dossier waarvoor je naar de juridisch deskundige moet, bevoegd om authentieke akten te verlijden. Het kost twee minuten om je handtekening te zetten, maar drie uur verplaatsing. Plus een honorarium van vier cijfers vóór en drie cijfers na de komma.
De lijst van problemen is eindeloos. Daarbovenop komen de schurkenstreken van de overheid, zoals de GAS-boetes. Dubbele ellende voor de rijken, want hoe meer men heeft hoe meer men doet, en hoe meer men doet hoe meer men misdoet, volgens de grote, boze burgerwacht. Befehl ist Befehl. Tel daarbij de rotstreken van de bedrijven waar je zelf aandelen bij hebt, zoals Electrabel, dat zijn winst door eigenaar GDF Suez wordt opgeëist, om de Belgische belastingsbetaler 255 euro per jaar te kunnen tillen. Denkt u nu werkelijk dat deze diefstal geen belediging is, geen pijn doet aan de rijken? Dan kent u ze niet goed.
Rijk zijn, geloof me, is geen pretje. Overal ter wereld zijn er rijken die hun fortuin weggeven, hun bedrijf in de etalage zetten, hun eigendommen verkopen om rustig te kunnen gaan leven in een hutje op de Franse of de Italiaanse hei. Weg jaarbalansen, zorgen van morgen en overmorgen, de blik van de thesaurier in hun kelders en kluizen. Heerlijk om opnieuw te leven met kleingeld, naar de plaatselijke markt te trekken en te trachten drie kreeften voor de prijs van twee te kopen. Boden ze vroeger tegen elkaar op, nu genieten ze volop van de kunst van het afbieden. Heerlijk om met een Chinees horloge rond te lopen dan met een Zwitsers.
Richt een hulpfonds voor de rijken op!
Guido Lauwaert
Een zeilboot hoeft niet meer, ze zijn al tevreden met een zwembroek, waar waarschijnlijk al iemand anders in gezeten heeft, gezien de verschoten kleur en de nageur van chloor. Een sopje en hop, klaar voor een jaar duinplezier onder een kaduke parasol, die in de bergruimte tussen de vodden belandde van de gehuurde villa, gevonden door hun vrouw en een vriendin die uren hebben zitten surfen tot ze er scheel van zagen, maar bovenmatig gelukkig zijn. Buiten het toeristenseizoen hebben ze voor een prikje een pracht van locatie gevonden. Een vakantiedomein dat het midden houdt tussen een fort en een fermette.
Zij die geen afstand willen doen van hun eigendommen, aandelen, bedrijven, oldtimers, minnaressen hebben het werkelijk moeilijk om de touwtjes aan mekaar te knopen. Een dun touwtje lukt redelijk, maar probeer het maar eens met een dik; een hels karwei. Tientallen keren heb ik rijke mensen aan de slag gezien om zich uit het kluwen van zorgen te wringen. Ik had oprecht met ze te doen. Er wordt wis en waarachtig te weinig rekening gehouden met de geldproblemen van de rijken. Alle aandacht gaat naar de armen. Ze stellen zich voor als slachtoffers. Welnu, de rijken zijn niet minder de dupe van het kapitalisme.
Dit pleidooi is, hand op het hart, werkelijk geschreven vanuit een zeer diepe bezorgdheid met de rijken. Om die reden pleit ik hier, als eerste in de geschiedenis van het kapitalisme, voor de oprichting van een hulpfonds voor de rijken. Een fonds dat ze niet enkel financieel steunt, maar ook moreel. Met digitale cursussen en congressen aan de kusten van Costa-Rica, en de Krim, waar er voldoende hostesses zijn om hen bij te staan bij erge dip of ferme kick. Rijke mensen moeten niet arm worden, maar rijk blijven. Zonder rijken geen armen. Want eens we zover zijn is het kapitalisme om zeep. En met het kapitalisme het klassenverschil. Dat mogen we de zwervers en de daklozen niet aandoen. De rijken hebben de plicht om rijk te blijven en de armen om arm te wezen, tot hun laatste cent. Dan pas zijn ze van enige betekenis in onze maatschappij.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier