Grete Remen (N-VA)
‘Regeert de middenstand het land? Consumptie krijgt de bovenhand, zelfs in de politiek’
‘Het inperken van de vrije tijd van ondernemers om de consument tevreden te houden dreigt straks de norm te worden’, vreest ondernemer en Vlaams parlementslid Grete Remen (N-VA). Afgelopen weekend lanceerden Kamerleden Valerie Van Peel en Werner Janssen (beiden N-VA) een voorstel om komaf te maken met de verplichten sluitingsdag voor handelaars.
Als kind wordt ons al aangeleerd dat iedereen recht heeft op rust na een lange werkdag. Zeker op de laatste dag van de week, zondag, is een gezonde portie vrije tijd een must. Tijd om te bezinnen, tijd om je hobby uit te oefenen, of gewoon tijd vrijmaken voor familie en vrienden. Maar de consumptieverslaving die vandaag steeds verder om zich heen grijpt, verplicht de kleinhandel echter om steeds langer en zelf op zondag open te zijn. Het inperken van de vrije tijd van ondernemers om de consument tevreden te houden dreigt straks de norm te worden.
De illusie van werkbaar werk
De kleinhandelaar en zijn werknemers kunnen straks hun kostbaar privéleven vaarwel zeggen. De huidige openingsuren van winkels, de talloze koopzondagen, de uitzonderingen voor toeristische centra en de openingen tijdens feestdagen zijn blijkbaar onvoldoende om de hedendaagse consument te bevredigen. Politici laten de lokale handelaars dan maar opdraven. Consumptie krijgt de bovenhand, zelfs in de politiek. Werkbaar werk en een gezond gezinsleven tellen blijkbaar alleen voor tweeverdienende werknemers.
Al denken sommige politici dat het voorstel om winkels elke dag tot 21u open te houden en tevens zondag te openen, ondernemers net meer tijd met hun gezin zal geven. Ik vraag me dan luidop af: ‘Hoe!?’
Regeert de middenstand het land? Consumptie krijgt de bovenhand, zelfs in de politiek.
Door ’s ochtends later open te doen en de echtgenoot en de kinderen nog snel snel te zien voor ze naar het werk en de school vertrekken? Of door samen met de meewerkende partner en/of kinderen te piekeren over hoe je voldoende personeel zal vinden om de winkel later en op zondag open te houden, over wie er zijn zondag opoffert om de winkel te runnen, over hoe je die extra werkuren in godsnaam gaat betalen, of over hoe je je kinderen ooit nog gaat zien als de laatste klant pas om 20.55u afrekent?
Een bevriend ondernemer met drie vestigingen en bijna 150 medewerkers zit met de handen in het haar: ‘Dat een politicus aan mijn personeel eens komt vragen om op zondag te komen werken voor hetzelfde loon. Eens zien of hij ze kan overtuigen. Ik alvast niet en ik geef ze geen ongelijk.’
David tegen Goliat
Grote ketens en baanwinkels zullen geen probleem hebben met flexibele openingsuren. Zij beschikken over voldoende personeel en budget om dat te bolwerken. De handelaar om de hoek vindt op de krappe arbeidsmarkt echter onvoldoende personeel dat gewillig tussen 12u-21u en op vier zondagen in de maand wilt komen werken. Laat staan dat het voor zelfstandigen van de ene op de andere maand mogelijk is om die extra uren te betalen.
De vrije keuze voor handelaars om deel te nemen aan deze koopverschuiving, een euro wordt immers slechts één keer uitgegeven, is de waarheid geweld aandoen. De sociale druk om op een zondag open te doen, wanneer een keten op het grondgebied reeds heeft toegezegd, is enorm. Wie toch gesloten blijft, ervaart al snel de economische druk: de consument vindt wel een concurrent. Ten tijde van leegstand en de nood aan kernversterking kan dat tellen. Je mag als handelaar tegenwoordig al hopen dat klanten voor hun gemak niet stoppen bij de ketens aan de periferie. De voorspelde meerwaarde in omzet zal grotendeels voor de ketens zijn en zal onvoldoende zijn om de extra kosten te compenseren.
Open doen betekent het verlies van kostbare familietijd. Dicht blijven zorgt dan weer voor een financieel risico. Kiezen tussen de pest en de cholera dus. En neen, voor een zelfstandige geldt er na weekendwerk geen récup.
Iedereen gelijk voor de wet
Als we die vierentwintigureneconomie dan toch zo graag binnenhalen, waarom dan niet hetzelfde prediken voor diensten van de overheid zoals de post, de gemeentebesturen, de scholen of de banken? Want dat zou pas makkelijk zijn, ook voor de zelfstandige winkelier, om daar ook op zondag terecht te kunnen. En moet de belastingbetaler misschien geen waar voor zijn geld krijgen?
Het hoeft natuurlijk niet zo’n vaart te lopen. De 24-uurseconomie is toch niet meer van deze tijd. Predik dus geen ‘vrijheid blijheid’, maar bedenk dat onze vrijheid grenst aan de vrijheid van onze medemens. Stel jezelf dus eens de vraag: ‘Hoe zwaar wil ik de vrijheid van onze handelaars beperken, opdat ik meer vrijheid heb?’
Dam tegen e-commerce
Intussen bereiken de cijfers over leegstaande handelspanden opnieuw een recordhoogte. Gelukkig is er op het internet geen leegstand. Daar kunnen we dag en nacht bestellen, zonder openings- of sluitingsuren. De nieuwste dam tegen e-commerce is dan maar om onze winkels langer open te houden. Dat is natuurlijk lachwekkend: langere openingsuren ‘als schild tegen winkels die nooit gaan slapen’.
Als we zien dat de doorgeslagen flexibiliteit toch de bovenhand zou halen, en onze zelfstandigen uiteindelijke twenty four seven moeten opdraven, waarom worden er dan niet wat meer regels opgelegd aan het internet? Zelfstandigen worden al belast van zodra ze het licht aandoen, internetbedrijven hebben daarentegen amper gehoord van BTW. De oplossing is simpel, voor zij die de moed hebben om de problemen die we vandaag kennen bij de wortel aan te pakken.
Een gewezen politicus verwoordde het ooit simpel: ‘Zondag dient om vlaai te eten bij de familie.’ Ik deel zijn mening. En als dat van mij ‘iemand van de oude stempel’ maakt, wel, dan is dat maar zo.
Grete Remen is Vlaams volksvertegenwoordiger voor N-VA, CEO van Damhert Nutrition nv, en moeder van vijf kinderen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier