Publipart wil alleen nog ‘ethische investeringen’
De holding Publipart wil de in opspraak gekomen beleggingsfondsen onmiddellijk verkopen en zal aan de raad van bestuur voorstellen om alleen nog in ethische beleggingsfondsen te investeren.
“Publipart investeert nu niet en zal nooit rechtstreeks investeren in bedrijven die betrokken zijn in wapenhandel of productie van wapens”, meldt het in een persbericht. Publipart wil ook “alle vergoedingen voor de bestuurders op heden stop zetten”.
Eerder werd gemeld dat Publipart had belegd in een producent van chemische wapens, Rheinmetall.
“Publipart heeft in 2015 geïnvesteerd in 4 beleggingsfondsen via 2 erkende Belgische vermogensbeheerders”, aldus een mededeling van de holding. “Bij de instap in de beleggingsfondsen werd de samenstelling van de portefeuille door de 2 vermogensbeheerders gerapporteerd. Op dat ogenblik stak het omstreden aandeel in Rheinmetall absoluut niet in de portefeuille van het fonds. Tot onze verbazing stellen wij op heden inderdaad vast dat volgens de laatst beschikbare informatie dit aandeel voorkomt in de lijst van activa, weliswaar met een gering percentage (1,14 procent van het fonds)”, zegt de holding.
Vergoedingen stopzetten
Met het oog op de controverse rond de vergoedingen voor de bestuurders, zal de raad van bestuur ook voorgesteld worden om alle vergoedingen voor de bestuurders “op heden stop te zetten”. De raad van bestuur zal een voorstel voor de toekomst formuleren aan de algemene vergadering. Daarnaast zal de raad van bestuur de algemene vergadering mogelijk ook “adviseren over het optimale aantal bestuurders voor de vennootschap, rekening houdend met de belangen van de vennootschap zelf en met de desiderata van haar aandeelhouders”.
Publipart merkt ook op dat het bij de genoemde bedragen van de vergoedingen om “bruto bedragen” gaat. “Netto’s zullen circa de helft daarvan zijn”, klinkt het. Die vergoedingen dekken volgens Publipart niet enkel de formele vergaderingen van de raad van bestuur, maar ook “de voorbereidende vergaderingen, diverse werkgroepen ad hoc samengesteld uit vertegenwoordigers van de raad van bestuur en de intensieve onderhandelingen die de voorbije jaren gevoerd werden tussen de bestuurders voorgedragen door de diverse aandeelhouders”.