Jong Libertairen
Pleidooi voor overheidsvrije gemeenten
In plaats van kleine gemeenten te fusioneren, kunnen we ze ook overheidsvrij verklaren. Als antwoord op het falen van de overheid.
De Vlaamse werkgeversorganisatie VOKA pleit in haar memorandum voor de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober voor een nieuwe ronde gemeentefusies. Geen enkele gemeente – op de faciliteitengemeenten na – zou dan nog minder dan 20.000 inwoners mogen tellen.
Dat zou betekenen dat meer dan 70 procent van de gemeenten zou moeten versmelten. Volgens VOKA zou zo’n schaalvergroting tot een jaarlijkse besparing van zo’n 240 miljoen euro moeten leiden. De argumenten die VOKA aanhaalt zijn deugdelijk en correct.
Kleine gemeenten zitten steeds vaker krap bij kas en logischerwijs blijven ondernemers ook liever weg uit die gemeenten, waar alleen een verhoging van de belastingen een werkbare stap richting een gezonde balans lijkt. Maar in tegenstelling tot een schaalvergroting, wil ik een ander ballonnetje oplaten: dat van de Permanente Autonome Zones.
De Permanente Autonome Zones (hierna: PAZ) is gegroeid uit het idee van de Tijdelijke Autonome Zones (TAZ), zoals bedacht door de Amerikaanse schrijver Peter Lamborn Wilson. Een PAZ is een kleine gemeenschap die omwille van haar kleine oppervlakte en klein inwoneraantal overheidsvrij wordt verklaard.
Het misschien bekendste voorbeeld hiervan is de Vrijstad Christiania in Kopenhagen.
Christiania is een wijk die van de stad Kopenhagen en de Deense regering een semi-autonoom statuut heeft gekregen en dus buiten de jurisdictie van de overheid valt (of daar toch buiten zou moeten vallen). Ook al is er een permanente spanning tussen Christiania en de Deense politie (in Christiania mag namelijk vrijelijk marihuana verhandeld worden, binnen de regels die door de gemeenschap zijn afgesproken), de Vrijstad bezorgt de omwonenden geen overlast en vormt een oase van vrijheid binnen de sociaaldemocratische molochstaat die Denemarken is.
Een ander mooi voorbeeld van een PAZ is Slab City in Zuidoost-Californië. Vroeger was het gebied een militair kamp van de US Marine Corps. Sinds de sluiting van het kamp medio jaren ’80 is Slab City zo goed als volledig ontvolkt. In zo’n gevallen is in de wetgeving van de staat Californië voorzien dat de county onder wie zo’n ontvolkt dorp ressorteert “decommissioned” kan verklaren.
Dat komt erop neer dat zo’n decomissioned area niet meer onder de bevoegdheid van de county police en county jurisdiction valt. De staat California heeft de decommission bekrachtigd, dat wil zeggen dat Slab City ook buiten de jurisdictie van de staat en de federale overheid valt. Sinds de decommissioning is het inwoneraantal van Slab City aangegroeid tot 150 inwoners.
Wie wil kan zich vrijwillig aansluiten bij de dichtstbijzijnde gemeente, Niland, waardoor men opnieuw belastingplichtig wordt en van de gemeentelijke voorzieningen kan gebruik maken. Slechts een minderheid van de “slabbers” heeft zich aangesloten bij de gemeente Niland, voornamelijk om bij te kunnen dragen aan het pensioenfonds van de gemeente.
Ook in de Argentijnse pampa’s werden na het failliet van het land in 2001 vele kleine gemeenschappen vervallen verklaard van het gezag van Buenos Aires en de regionale centrumsteden.
Tot grote frustratie van de Argentijnse vakbonden en werkgeversorganisaties worden de bedrijven en boerderijen geleid én bemand door de werknemers zelf, die zich weigeren aan te sluiten bij een grote centrale vakbond. Tot groot ongenoegen van het Ministerie van Landbouw wordt de oogst niet verkocht in de rest van Argentinië, maar lokaal bedeeld onder de bevolking.
Zo ook kwam het Spaanse dorpje Marinaleda dit voorjaar in de media. Na het faillissement van de gemeente werd het bestuur bedankt voor bewezen diensten en zette men een interessant direct-democratisch project op het getouw dat alle aandacht verdient. Zowel decentralistisch-links als libertair-rechts kunnen van deze projecten leren. Dit is geen hippie-idealisme. Dit is een praktisch antwoord op het falen van de overheid.
In tegenstelling tot de oplossing van VOKA, namelijk het fusioneren van kleine gemeenten om zo “efficiënter” te kunnen werken, wil ik het voorstel lanceren om hele kleine deelgemeenten, met een populatie tot 500 inwoners, overheidsvrij te verklaren.
Zo wordt de kost van deze deelgemeenten herleid naar 0. Dit lijkt mij een veel “efficiënter” beleid dan een uitbreiding van de macht van grote, rijke gemeenten. Vlaanderen is een lappendeken van kleine gehuchten. Ondanks het feit dat Vlaanderen lijkt uit te deinen tot één grote stad, zijn er nog steeds kleine gemeenschappen die zeker in aanmerking kunnen komen voor de inrichting van een Permanente Autonome Zone.
Zo heeft het Vlaams-Brabantse Vaalbeek, Oud-Heverlee, slechts 400 inwoners. Om kosten te besparen zou Oud-Heverlee (10.000 inwoners) in de logica van VOKA moeten fusioneren met Leuven. Daarmee gaat niet alleen de eigenheid van de gemeente Oud-Heverlee verloren, het zwaartepunt van de beslissingen met betrekking tot Oud-Heverlee en haar deelgemeenten, zal bij de Leuvense kiezer liggen, aangezien de stad veel groter is en hun stemmen bijgevolg zwaarder door zullen wegen in de gemeenteraad.
Een gemeente die misschien nog meer geschikt is, is het Oost-Vlaamse Waterland-Oudeman, Sint-Laureins, met maar een kleine 500 inwoners. Deze gemeente ligt in een zeer dunbevolkt gebied en ligt enigszins fysiek afgescheiden van het verstedelijkte Vlaanderen door natuur- en landbouwgebied.
Ook kleine deelgemeenten als Mendonk (243 inwoners), Vlekkem (292 inwoners), Hoeke (143 inwoners), Lapscheure (365 inwoners), Dikkele (181 inwoners), Meilegem (344 inwoners) en Paulatem (146 inwoners) zijn hiervoor perfect geschikt.
En laat ons vooral niet de kleinste onafhankelijke gemeente van België vergeten: Herstappe, met haar 86 inwoners. De beste besparing denkbaar voor Herstappe zou een ontbinding van het gemeentebestuur zijn, zonder dat de gemeente aansluit bij Tongeren. De inwoners van Herstappe die dat wensen, kunnen zich vervolgens vrijwillig aansluiten bij de gemeente Tongeren, zonder dat zij daarvoor moeten verhuizen. De andere inwoners vallen niet onder de jurisdictie van de gemeente of de provincie. Het moet perfect mogelijk zijn om dit plan te integreren in de fusieplannen van VOKA.
Bij een decommissioning van een bepaalde wijk of deelgemeente – indien bijvoorbeeld twee derden van de inwoners daarvoor kiest – vervalt principieel de rechtsmacht over het gedecommissioneerde gebied.
Dit heeft tot gevolg dat de inwoners van het gebied geen aanspraak meer maken op de dienstverlening van de gemeente, zoals bijvoorbeeld maatschappelijke dienstverlening van het OCMW of gemeentelijke kinderopvang, tenzij zij de reële kostprijs van de dienst betalen. Deze inwoners zullen dus geen belastingen meer moeten betalen aan de gemeente (en bij homologatie door het Vlaamse gewest, aan Vlaanderen).
De inwoners van deze gedecommissioneerde gebieden die wel nog wensen deel uit te maken van de gemeente kunnen met de gemeente een convenant bedingen (individueel of collectief) waarin zij bepalen welke belastingen zij wél aan de gemeente zullen betalen voor welke dienstverlening. Bij een decommissioning kan een gemeente ook voorwaarden stellen, bijvoorbeeld dat de gedecommissioneerde bewoners wel nog bijdragen betalen voor bijvoorbeeld plantsoendiensten en het containerpark.
De gedecommissioneerde zone kan dan zelf bepalen of ze een eigen gemeentelijke overheid opstart of niet. Zij kan dan wel geen aanspraak maken op financiering van het Vlaams gewest of de ex-moedergemeente. De PAZ’s kunnen maatschappen of coöperatieven oprichten die akkoorden kunnen sluiten met bijvoorbeeld intercommunales of andere gemeenten.
In Christiania betalen de mensen nog altijd belastingen voor de staat Denemarken, dus ook voor bijvoorbeeld de wegeninfrastructuur en energie. In ons geval lijkt het mij het werkbaarst dat in de PAZ nog steeds de belastingen worden betaald voor het Vlaams gewest en de Belgische federale fiscus, met uitzondering van de onroerende voorheffing.
Het lijkt me dan ook opportuun dat het Vlaams gewest – naast de administratieve vereenvoudiging en gemeentefusies – werk maakt van een wettelijk kader om “decommissioning” van gemeenten en deelgemeenten vorm te geven. VOKA – en al wie het idee van de gemeentelijke fusies genegen is – moet inzien dat centralisering niet per definitie de oplossing is. Ook een radicale decentralisering moet tot de mogelijkheden behoren.
Wie kan een dorp immers beter besturen dan de inwoners van het dorp zelf, met hun eigen middelen? De kosten voor een gedecommissioneerde verlieslatende deelgemeente vervalt in dat geval volledig uit de boekhouding van een gemeente, waardoor de gemeente gezonder kan worden door haar middelen te poolen met andere gemeenten.
We moeten afstappen van het idee dat elke wijk of gehucht onder het gezag van een bepaalde gemeente móet vallen. Als we die stap kunnen zetten, opent zich een heel nieuwe wereld vol mogelijkheden om de financiën van onze gemeenten en ons gewest op orde te brengen. Laat ons onze 19e eeuwse administratieve structuren volledig herbekijken en nieuwe samenlevingsmodellen uitwerken. Laat ons theorie en praktijk dialectisch ontwikkelen.
In Vlaanderen zijn er nog genoeg dorpen om te experimenteren met directe democratie. Laten we deze kans niet aan ons voorbij gaan voor het te laat is.
Xavier Everaert is politiek secretaris van JongLibertairen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier