Klimaatjournaliste Tine Hens: ‘De échte klimaatontkenner is een uitstervende soort’
Vlaanderen moet nadenken over een exitplan voor industrieën die zwaar afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen, zoals de petrochemie in de Antwerpse haven. Dat zegt klimaatjournaliste Tine Hens, die een nieuw boek uitbrengt over de klimaatverandering.
De weerstand in Vlaanderen tegen alles wat met het klimaat te maken heeft, blijft voelbaar. Dat ondervond klimaatjournaliste en Knack-medewerkster Tine Hens toen ze in 2019 in het Canvasprogramma De Afspraak mocht aanzitten. Ze greep de vele haatberichten die ze daarna ontving aan om een boek te schrijven waarin ze alle dwarsliggers en hun stromannen van repliek dient.
Want Hens was echt geschrokken van die reacties. ‘Voor mijn mentaal welzijn kijk ik niet meer vaak op sociale media. De échte klimaatontkenner is wel een uitstervende soort. Alleen Vlaams Belangers als Sam Van Rooy gedragen zich nog zo. Vandaag zien we vooral een vervorming van die ontkenning; mensen en politici die het probleem minimaliseren of relativeren. Dat zorgt er mee voor dat we vastzitten in Vlaanderen. De meeste van onze buurlanden staan al veel verder.’
U rekent ook de klimaatfatalisten tot de dwarsliggers. Hebben zij geen recht van spreken?
Tine Hens: Fatalisme is gewoon onzin, en zeker niet te verwarren met alarmisme. We moeten aan de alarmbel trekken, want het is al heel laat om in actie te schieten. Maar het is nooit te laat. We hebben ook geen andere keuze. Fatalisme is een luxepositie, voor mensen die eigenlijk niets te verliezen hebben. De grootste klimaatslachtoffers, die meestal in landen wonen die amper hebben bijgedragen aan de opwarming, hebben daar geen boodschap aan.
Het is geweldig dat we met Zuhal Demir nu een minister hebben die voor en niet tegen de natuur is.
U schrijft in uw boek dat alle plannen en ambities die vandaag voorliggen, zorgen voor een opwarming van 2,1 graden. De laatste goede voornemens van de Amerikaanse president Joe Biden zitten daar nog niet bij. Dat klinkt eigenlijk niet zo dramatisch.
Hens: Vergis u niet: er is een heel groot verschil tussen 1,5 graden en iets meer dan 2 graden. Dat zou wel degelijk dramatische gevolgen hebben. Het gaat hier ook om plannen die nog geen beleid zijn. Met wat er nu al echt is beslist, stevenen we af op een opwarming van 3 tot 4 graden. In 2018 publiceerde het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) onderzoek om de opwarming te beperken tot 1,5 graden: in 2030 moet de uitstoot daarvoor wereldwijd halveren, in 2050 moet ze netto nul zijn. Het is goed dat dat ook de Europese doelstellingen zijn vandaag, maar gezien onze historische verantwoordelijkheid in de uitstoot zouden we eigenlijk nog meer moeten doen.
U legt ook uit waarom overbevolking absoluut niet de oorzaak zal zijn van de klimaatopwarming: vandaag zijn de 10 procent rijkste aardbewoners verantwoordelijk voor 50 procent van de uitstoot. Zit de Knack-lezer daar ook tussen?
Hens: Het grootste deel van de westerse wereld hoort daarbij, ja. (lachje) Het is wel maar een gemiddelde: ik sprak voor mijn boek met mensen in armoede die zelfs niet in staat waren hun ecologische voetafdruk te meten, daarvoor bezaten ze te weinig. De bevolkingsgroei is inderdaad al een hele tijd aan het vertragen. Belangrijker is eigenlijk dat de mens steeds langer leeft.
Leven die Vlamingen boven hun stand?
Hens: Ik ga geen slogans van ex-vicepremier Kris Peeters (CD&V) herhalen. (lacht) Ik benadruk juist altijd dat dit een probleem is dat we collectief moeten oplossen. Het zijn ook honderd bedrijven die verantwoordelijk zijn voor 70 procent van de uitstoot. We moeten ons dus niet laten aanpraten dat wij hiervoor verantwoordelijk zijn. Wanneer wijst de politiek die bedrijven eens op hun verantwoordelijkheid?
De politiek moet de grote beslissingen nemen, maar die zullen toch ook ons leven veranderen, en versoberen?
Hens: Mensen vragen zich inderdaad snel af wat ze zullen verliezen. Terwijl ik net veel zie wat we te winnen hebben. Ik geloof dat de mens gelukkiger wordt als er minder luchtvervuiling is, als we gezonder eten en als we ons niet meer de hele tijd schuldig hoeven te voelen over onze immense impact op onze leefomgeving. Het voorbije jaar hebben we bewezen dat we in staat zijn om heel snel te veranderen. Als we de urgentie zien, doen we blijkbaar wel wat nodig is.
Gaan we echt anders leven? Zou het niet al goed zijn als we groene stroom gebruiken in plaats van minder stroom?
Hens: Dat is inderdaad belangrijk. De zon straalt op één uur ook meer energie uit dan de hele mensheid in één jaar gebruikt, dus er is voldoende energie. Maar is dit geen goed moment om ons eens af te vragen wat we echt nodig hebben? Kijk naar al die reclameschermen in de metro, daar is ontzettend veel energie voor nodig. Dat maakt ons leven echt niet beter, en zo zijn er nog veel zaken.
De groene beweging krijgt zo wel het verwijt dat ze de klimaatverandering aangrijpt om haar levensvisie door te duwen.
Hens: Dit gaat echt niet over een romantisch idee van dichter bij de natuur leven. Ik schrijf het in mijn boek: we kunnen deze planeet ook klimaatneutraal naar de knoppen helpen. Wij zijn als mens nu eenmaal deel van de levende wereld om ons heen. We zijn afhankelijk van bestuivers voor onze voedselvoorziening, maar evengoed van het bodemleven waar we nog veel te weinig over weten. Ook daar botsen we op onze grenzen, dat bewijst de crisis in de biodiversiteit. De schoonheid van de natuur maakt voor mij persoonlijk het leven de moeite waard, maar we hebben die ook gewoon nodig om te overleven.
Vlaanderen doet het slecht, hoewel Zuhal Demir (N-VA) ondertussen als minister van Omgeving wel heel wat dossiers aanpakte. Wat vindt u van haar?
Hens: Het is geweldig dat we een minister hebben die voor en niet tegen de natuur is. Haar voorganger Joke Schauvliege (CD&V) was heel erg afhankelijk van de Boerenbond, iets waar Demir geen last van heeft. Zij kan daardoor makkelijker doorpakken in landbouwdossiers, zoals dat over stikstof. Demir is als N-VA’ster wel afhankelijker van de Vlaamse werkgevers: in het Ineos-dossier in de Antwerpse haven gedraagt ze zich als haar voorgangster. Dat is een van de redenen waarom Vlaanderen achterop hinkt, en zichzelf ook economisch in de voet zal schieten. We proberen industrieën in leven te houden waarvoor we eigenlijk een exitplan nodig hebben, zoals dat met de mijnen ook is gebeurd.
Welke industrieën?
Hens: Kijk naar de petrochemie in de Antwerpse haven. Sectoren die gebaseerd zijn op fossiele brandstoffen moeten zich in ieder geval héél grondig aanpassen. Denk daar over na en je begrijpt waarom het verzet tegen klimaatbeleid zo groot is. Dat is een gigantisch maatschappelijk conflict, en het bewijst alleen dat klimaatbeleid ook sociaal rechtvaardig moet zijn. Je moet de mensen meekrijgen die in die sectoren werken en daar hun trots uit halen. In Duitsland en Spanje worden vandaag mijnen voor steen- en bruinkool gesloten. Dat gebeurt gelukkig met een duidelijk sociaal plan.
Een verplichte slotvraag nog: doet u mee aan Maai Mei Niet?
Hens: Al mijn hele leven. Ik ben dan ook de luiste tuinier. (lacht)
Tine Hens
– 1974: geboren in Leuven
– Studeerde geschiedenis
– Werkt sinds 1994 als journalist voor onder meer Knack en Knack Focus en schrijft voor MO* over klimaat en biodiversiteit
– Auteur van Het klein verzet (2015) en Het is allemaal de schuld van de Chinezen! (2021)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier