Peter Mertens (PVDA)
‘Panama Papers: stop het pamperen van fiscale extremisten’
De Panama Papers tonen aan dat er een radicalisering van een financiële toplaag in de samenleving bezig is, schrijft PVDA-voorzitter Peter Mertens. ‘Het wordt tijd dat het pamperen of vergoeilijken van dit soort fiscaal extremisme stopt, en dat er echt een zero-tolerantie wordt ingevoerd tegen de lobby die miljarden onbelast geld uit ons land versluist.’
Er zijn mensen die braaf hun belastingen betalen. En er is een kleine groep die dat niet doet. Vaak veelplegers. Recidivisten die in verschillende dossiers telkens opnieuw opduiken. De schade die ze aan de samenleving berokkenen is enorm.
‘Panama Papers: stop het pamperen van fiscale extremisten’
De nieuwe onthullingen van het internationaal consortium van onderzoeksjournalisten ICIJ slaan in als een bom. De gelekte data beslaan bijna vier decennia Panamese financiële geschiedenis van 1977 tot en met 2015: eigenaars van bankrekeningen, mogelijke postbusbedrijven, e-mails, financiële spreadsheets, bedrijfsdocumenten en identiteitsgegevens.
Het is geen vrolijk gezelschap dat daar bij elkaar zit. Het gaat om een geradicaliseerde financiële toplaag in de samenleving die steeds meer instrumenten inzet om de belastingen te ontduiken of te ontwijken. De overheden verliezen miljarden euro’s aan inkomsten die dan door een eindeloze reeks taksen en belastingen bij de gewone burger worden opgehaald. Het wordt tijd dat het pamperen of vergoeilijken van dit soort fiscaal extremisme stopt.
Panama-Papers bevestigen wat onze studiedienst in 2013 uitbracht
Normaal zou de regering in opperste staat van alertheid moeten zijn na de onthullingen over dit soort fiscaal extremisme. Vooral omdat er in de Panama-connectie heel wat Belgen opduiken. De gelekte financiële documenten van het zeer machtige Panamese advocatenkantoor Mossack Fonseca bevestigen wat de studiedienst van de PVDA reeds drie jaar geleden, op 22 maart 2013, onthulde.
Onder de titel “Panama geliefd belastingparadijs voor rijke Belgen” schreef De Standaard toen: “Panama is een geliefd belastingparadijs voor gefortuneerde Belgen. Dat blijkt uit het bedrijfsregister van het Midden-Amerikaanse land, dat door hackers online is gezet. De Partij Van De Arbeid (PVDA) heeft de database uitgespit op zoek naar Belgische namen en vond enkele tientallen bedrijven met een Belgische connective.”
Met de informatie die onze studiedienst toen aan het licht bracht, gebeurde echter niets. En alles wijst er op dat er ook vandaag geen sprake zal zijn van zero-tolerantie tegenover fiscale fraude en een harde aanpak van belastingontwijking. Minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) beweert vandaag dan wel dat hij ‘absolute prioriteit’ wil geven aan het onderzoek naar de Panama-papers, maar dat zei hij ook al bij de SwissLeaks– en LuxLeaks-affaires.
Absolute prioriteit aan het pamperen van de oververmogenden
‘Michel gaf tot vandaag absolute prioriteit aan het pamperen van de oververmogenden in ons land’
De waarheid is dat deze regering tot vandaag absolute prioriteit heeft gegeven aan het pamperen van de oververmogenden in ons land. Het anti-fraude plan van minister Van Overtveldt loopt voor geen meter. Er wordt een permanente fiscale amnestie georganiseerd, en de Diamant Taks creëert een gebrek aan transparantie in de diamantsector. Daarenboven is de regering precies vandaag ook nog eens in beroep gegaan tegen de Europese veroordeling voor de Excess Profit Rulings.
De waarheid is dat ons land vandaag bij de slechtste leerlingen zit op Europees niveau, met een hard-core liberaal als minister van Financiën die zich niet beperkt tot het opstapelen van rekenfouten over de begroting, maar ook nog eens openlijk een Europese fiscale concurrentie promoot. Iedereen weet nochtans dat dit soort concurrentie, die de belastingsystemen van een land tegen dat van een ander uitspeelt, vooral in de kaart speelt van de fiscale constructies voor oververmogenden en multinationals.
Niet de gewone burgers, maar de toplaag van de één procent allerrijksten
In de zogenaamde Panama Papers worden 732 Belgen, of mensen die in België wonen, genoemd. De Panama Papers onthullen hoe de allerrijksten hun vermogen organiseren om belastingen te vermijden. De informatie zou van die orde zijn dat ze de hele top 5 van rijkste Belgen in verlegenheid zou kunnen brengen. Dat de gemeente Ukkel, waar een aantal van de hipste wijken liggen, helemaal vooraan staat in het klassement, toont dat de onthullingen niet gaan over gewone burgers, maar dat het echt gaat om de toplaag van de één procent allerrijksten.
Het lijkt wel, zo merkt Le Soir op, het Ancien Régime. Aan de ene kant de horigen, aan de andere de vrije rijkaards. Aan de ene kant zij die breken onder de belastingslast, aan de andere kant zij die van iedere solidariteit vrijgesteld zijn. Dat is een onhoudbare situatie.
Miljardairsfamilies zoals de Spoelberch, De Clerck, Boël en de Croÿ
Voor de grote Belgische fortuinen lijkt internationale belastingontwijking eerder de regel dan de uitzondering te zijn.
De familie de Spoelberch werd eerder al genoemd in de SwissLeaks-, de Luxleaks-, en de BelLeaks-affaires. Daaruit bleek dat de groep AB Inbev toen 32 filialen bezat in belastingparadijzen (de Bahama’s, Belize, Bermuda, de Kaaimaneilanden, Hong Kong, de Britse Maagdeneilanden, Jersey, Luxemburg, Panama, de Dominicaanse Republiek, Singapore).
De familie De Clerck (Beaulieu) werd genoemd in de Swissleaks-affaire.
De financiële aristrocraten van de familie Boël (Sofina) waren er ook bij toen Swissleaks uitkwam.
En ook Prins Henri de Croÿ, lid van één van de acht prinselijke families die ons land rijk is, kreeg een weinig eervolle vermelding in Swissleaks en BelLeaks.
Nogmaals: het gaat hier dus niet om kleine vissen. Voor het overgrote deel zijn het de oververmogenden die profiteren van dit soort achterpoortjes, net zoals van de hele fiscale wetgeving (notionele interesten, vrijstelling van de meerwaarden op aandelen…) en allerlei andere paralegale rulingtechnieken.
De fiscus moet zich nu prioritair richten op de Top 200 van de Belgische fortuinen
Aan de ene kant worden miljarden onbelast uit het land weggesluisd. Aan de andere kant voert de regering een dogmatisch besparingsbeleid op kap van de werkenden en de uitkeringstrekkers. ‘Er is geen alternatief’, zo zeggen Bart de Wever en Johan Van Overtveldt nu al drie jaar aan een stuk.
En voor de volgende 8 miljard euro die ze willen vinden kijken ze opnieuw naar de sociale zekerheid, en naar de langdurig zieken die (een groot deel) van hun uitkering zouden verliezen. Dat is de kramp in de nek van de regering: halsstarrig naar onder kijken, naar diegenen die weinig of geen geld hebben. Niet naar boven, waar miljarden euro’s blijven plakken.
Er is wel een alternatief: dat de fiscus zich nu specifiek richt op de top 200 Belgische fortuinen
Er is wel degelijk een alternatief. Met name dat de fiscus zich nu specifiek richt op de top 200 van de Belgische fortuinen – samen goed voor een totale rijkdom van 118 miljard euro. De Bijzondere Belastinginspectie (BBI) is hier al mee begonnen voor de familie de Spoelberch, nu moet ze op die weg verder gaan. Want halfslachtige maatregelen van een vergoeilijkingslobby tegenover dit fiscaal extremisme werken niet.
Tot slot vraagt een mens zich af hoeveel argumenten er nog moeten aangereikt worden om eindelijk een echte vermogensbelasting, of miljonairstaks, in te voeren. Dat is een belasting op het deel van de fortuinen boven de één miljoen euro. Een belasting die zich richt op diezelfde één procent allerrijksten. Dat is een veel socialer én democratischer alternatief dan alweer de loontrekkenden of de langdurig zieken aan te pakken.
Het Schaduwparlement van Knack.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier