Oppositie stuurt pandemiewet opnieuw naar de Raad van State
De plenaire vergadering van de Kamer heeft zich woensdagmiddag opnieuw niet kunnen uitspreken over de pandemiewet. De oppositie vroeg zoals vooraf aangekondigd nog eens het advies van de Raad van State op een aantal amendementen.
De meerderheid vreest dat dat scenario zich nog wel een paar keer zou kunnen herhalen. ‘Het kan niet de bedoeling zijn dat een minderheid een democratische meerderheid het stemmen van een wettekst belet’, waarschuwde Open Vld-Kamerlid Patrick Dewael. Minister Verlinden roept intussen op om ‘het parlementair proces niet langer te blokkeren.’
De pandemiewet van minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) – voluit het wetsontwerp betreffende de maatregelen van bestuurlijke politie tijdens een epidemische noodsituatie – ligt nu al enkele weken ter stemming klaar in het parlement. Met het ontwerp was enige haast gemoeid sinds verschillende rechters de huidige wettelijke basis van de coronamaatregelen als onvoldoende beoordeelden: de pandemiewet moet die wettelijke basis verstevigen. De oppositie drong er destijds bij Verlinden op aan om snel naar het parlement te komen met een tekst.
Maar dat wetsontwerp geraakt maar niet gestemd. Nadat de goedkeuring in Commissie eerder dit jaar al heel wat voeten in de aarde had, loopt nu ook de plenaire stemming vast. Vanmiddag/woensdagmiddag stond ze een derde keer geagendeerd op een extra plenaire vergadering in de Kamer, maar oppositiepartijen N-VA, cdH en PVDA dienden nieuwe amendementen in en vroegen daarop het advies van de Raad van State. Het Vlaams Belang steunde die vraag, en dus was het vereiste aantal van vijftig Kamerleden bereikt. Alleen het kleine DéFI stemde dit keer niet mee met de adviesvraag. De partij is nog altijd tegen het wetsontwerp gekant, maar vindt het nu tijd voor het inhoudelijke debat, legde voorzitter François De Smet uit. Kamervoorzitster Eliane Tillieux zal de Raad van State om een dringende behandeling vragen, maar het rechtscollege heeft op zijn minst vijf werkdagen nodig, waardoor een plenaire behandeling volgende week nog onzeker lijkt.
Volgens N-VA-fractieleider Peter De Roover zijn er niet alleen blijvende inhoudelijke bezwaren, maar wil zijn fractie vooral verzekeren dat het wetsontwerp juridisch standhoudt. De amendementen waarvoor ze het advies van de Raad van State vraagt, zijn louter daarop gericht, zei hij. ‘De meerderheid mag de oppositie dankbaar zijn dat ze het tempo op verschillende momenten heeft getemperd, op die manier zijn er nog veel aanpassingen gestemd, ook van de meerderheid zelf’, wierp De Roover nog op. ‘Niets belet de minister trouwens om zelf voorstellen daarrond neer te leggen in de Kamer.’
Ook cdH-politica Vanessa Matz benadrukte dat haar fractie geen misbruik wil maken van de adviserende rol van de Raad van State. ‘We doen gewoon onze taak als oppositie. Misschien is deze hele situatie wel een teken dat de meerderheid maar beter rond de tafel gaat zitten met de oppositie, om het evenwicht in de tekst samen te herstellen.’ Net als De Roover vindt Matz dat het wetsontwerp de macht te veel bij de regering legt in het geval van een pandemie, ten nadele van het parlement.
Repetitief spel
De meerderheid is echter niet helemaal overtuigd van die nobele doelstellingen, te meer omdat de oppositie in theorie tot in de eeuwigheid amendementen kan indienen om er het advies van de Raad van State op te vragen. ‘Je kunt je de vraag stellen hoe ver dit repetitieve spel ons nog kan leiden’, zei Open Vld-Kamerlid Patrick Dewael. ‘In een parlement moet je zorgvuldig omgaan met een minderheid, ik zal de laatste zijn om dat te bestrijden, maar het kan niet de bedoeling zijn dat die een democratische meerderheid het stemmen van een wettekst belet. In dat geval zou je kunnen spreken van een tirannie van de minderheid of van proceduremisbruik.’
CD&V-fractieleider Servais Verherstraeten sloot zich daarbij aan. ‘Het zijn die collega’s die de afgelopen maanden schreeuwden dat er absoluut een pandemiewet moest komen, die nu alle middelen gebruiken om ervoor te zorgen dat het debat niet kan plaatsvinden en dat de wet waar ze zelf om hebben gevraagd niet tot stand kan komen’, sneerde hij. De Raad van State moet zich nu al voor de vierde keer over de pandemiewet buigen, benadrukte Verherstraeten.
Politiek gekrakeel
Ahmed Laaouej verweet de oppositie dan weer de rol van de Raad van State te devalueren. ‘Dat rechtscollege is een fundamenteel onderdeel van onze democratische en rechterlijke orde en we moeten daar niet het instrument van politiek gekrakeel van maken, hoe nobel de bedoelingen ook zijn en hoe belangrijk het onderwerp ook is.’ De PS-fractieleider riep de oppositie op om het inhoudelijke debat eindelijk te voeren. ‘Wij zijn daar niet bang voor.’ Ook Ecolo-Kamerlid Gilles Vanden Burre vroeg de oppositie om zich te concentreren op het inhoudelijke debat, en ‘niet mee te gaan in een carrousel van blokkering en filibuster.’
Dewael is nu van plan om de kwestie aan te kaarten op de conferentie van voorzitters van de Kamer, waar de werkzaamheden worden geregeld. ‘Na inspraak, en daar vallen ook die adviezen van de Raad van State onder, moet een instelling op een bepaald ogenblik toch kunnen komen tot een uitspraak. Ik denk dat een wetswijziging zich opdringt.’
Minister Verlinden verspreidde woensdagavond nog een persbericht waarin ze de parlementsleden oproept om de pandemiewet eindelijk te laten stemmen. ‘Vandaag ging het de federale oppositie niet om het voeren van een inhoudelijk democratisch debat, maar wel om het parlementair proces te vertragen. De stemming van de pandemiewet uitstellen door aan de Raad van State voor een vierde keer te vragen zich uit te spreken over de tekst, is niet constructief’, is ze duidelijk. ‘Ik roep iedereen op het parlement zijn werk te laten doen en het parlementair proces niet langer te blokkeren.’