‘N-VA neemt eigenlijk een deel van het PS-model over’
‘De radicale socio-economische voorstellen van N-VA zullen snel botsen met de realiteit’, stelt Bruno Colmant, professor economie aan de UCL en oud-kabinetschef van Didier Reynders (MR).
Hoewel N-VA-voorzitter Bart De Wever de Vlamingen voor de keuze stelt: ‘het PS-model of het N-VA-model’, zijn er volgens Bruno Colmant, professor economie aan de UCL, geen twee verschillende modellen. “Het zijn twee modellen die naast elkaar moeten staan”, zegt hij. “Als N-VA toegang krijgt tot de federale macht, zal de partij de verschillen nu eenmaal moeten respecteren.”
Bij de start van de kiescampagne stelt N-VA haar socio-economisch model tegenover dat van de PS. Een duidelijke stellingname?
Bruno Colmant: “Het is vooral interessant, want daarmee aanvaardt de partij het federale model terwijl ze een Vlaams-nationalistische partij wil zijn. Dat is paradoxaal en zelfs schizofreen. Kris Peeters heeft dat trouwens perfect begrepen door eraan te herinneren dat de Vlaamse kiezer zich eerst en vooral moet uitspreken over de programma’s van de Vlaamse partijen.”
“Ik merk echter één ding op als ik het programma van de N-VA lees : in tegenstelling tot dat federale feit dat de partij duidelijk inspireert, is het specifiek gericht op het Vlaamse Gewest.”
Anders gezegd ?
Colmant: “Het verschil in typologie tussen Vlaanderen en Wallonië is uiterst diep. Door zijn historische, geografische en industriële eigenschappen moet Wallonië een gemengd economisch model hanteren om zich te redden. Wallonië heeft nood aan een veel sterkere samenwerking tussen de private en publieke sector dan Vlaanderen waar de economie meer contractueel en individualistischer is. Bovendien is Vlaanderen door zijn ligging meer op de buitenwereld gericht dankzij de aanwezigheid van de zee en van de haven van Antwerpen.”
“Er is dus geen model dat tegenover een ander moet staan. Er zijn twee modellen die naast elkaar moeten bestaan. Als N-VA de PS-staat hekelt, vergeet ze dat ze de Waalse realiteit niet van de ene op de andere dag kan wegvegen.”
In haar programma verbindt N-VA het begrip confederalisme met de noodzaak van zeer sterke structurele hervormingen op socio-economisch vlak. Een nationalistische en neoliberale benadering?
Colmant: “Ik denk niet dat N-VA een neoliberaal model verdedigt. Het is een model dat het individueel ondernemerschap bevordert om in de smaak te vallen bij bepaalde Vlaamse klassen. Tegelijkertijd wil de de partij voldoende sociale verankering behouden om de kansarmere klassen te overtuigen. De Vlaams-nationalisten overstijgen dat antagonisme door te zeggen dat ze geen PS-model willen terwijl ze in werkelijkheid een deeltje van het PS-model overnemen. Door een vijand aan te wijzen verbergen ze het feit dat ze zeer breed stemmen ronselen.”
Hun socio-economische aanpak gaat gepaard met een eis van maximale autonomie.
Colmant: “Ik vind dat die autonomie al zeer ver gaat. Op fiscaal niveau kunnen de percentages variëren ook al blijft de basis federaal. Een volledige versnippering zou een gigantisch probleem vormen voor het beheer van de openbare schuld en de kost van de pensioenen.”
“Het feit dat de N-VA in haar programma de vijand meer aanvalt dan dat ze probeert de uitdagingen het hoofd te bieden, is redelijk buitengewoon.”
De partij ontwikkelt nochtans een duidelijke aanpak : het gewicht van de staat moet verminderd worden, de fiscaliteit moet drastisch naar beneden om het ondernemerschap aan te moedigen, de sociale activatie van degenen die niet werken moet versterkt worden, de werkloosheid moet in tijd beperkt worden, de indexering van de lonen moet afgeschaft worden…
Colmant: “Dat is weinig realistisch. Neem nu de indexering. Vandaag erkent iedereen de verdienste van het behoud van de koopkracht van de middenklasse tijdens de crisis. We hebben bovendien die indexering geamendeerd om die terug tot de elementaire goederen te brengen. Het is een uiterst sociaal systeem. Ik ben niet zeker dat de afschaffing van de index, een strijd is die tot het einde kan gevoerd worden. De middenklasse en de kansarmen, die voor De Wever stemmen, zouden er de grote slachtoffers van zijn.”
De middenklasse en kansarme, die voor De Wever, zouden de grootste slachtoffers zijn van de afschaffing van de index
Bruno Colmant
Het is dus paradoxaal dat de partij die standpunten verdedigt?
Colmant: “Absoluut. Maar het is een discours dat vooral het model dat we niet willen voorop stelt, door op een karikaturale manier de nadruk te leggen op al zijn attributen, eerder dan op de werkelijkheid van het gewenste model. Dat is gevaarlijk.”
“Ik denk eerlijk gezegd dat de ploeg van Di Rupo uitstekend werk geleverd heeft. En ik ben er niet van overtuigd dat we reeds de draagwijdte van de besliste regionalisatie beseffen. De arbeidskosten blijven hoog, maar we zijn die beginnen verlagen door de loslating van de koppeling van de lonen aan de index. De flexibiliteit van het werk werd sterk verbeterd door de invoering van het eenheidsstatuut. België heeft een totaal verschillende competitieve houding dan drie jaar geleden.”
“Toen ik in 2007 met Didier Reynders in Hertoginnedal was, waren de Vlaamse eisen inzake economische autonomie ver beneden wat verwezenlijkt werd. Ik heb niet de indruk dat er veel te winnen is bij een extra flexibilisering of een decontractualiering van de arbeidsbanden.”
N-VA hekelt het feit dat we het enige land in Europa zijn waar de werkloosheidsuitkeringen niet na een bepaalde tijd afgeschaft worden. Is dat een postuur?
Colmant: “Eerst en vooral blijft het Vlaamse model een compromismodel. Er zijn toch mensen van 50 jaar op brugpensioen gezet bij de sluiting van Ford Genk. Als we het bovendien hebben over werkloosheidsuitkeringen, gaat het over het niet meer toekennen van sociale bijstand of basishulp aan mensen die al het slachtoffer zijn van de economische context. Er is een zeer grote marge tussen het postulaat, het beeld en de realiteit van wat het in een reële economie zou geven.”
Bart De Wever zal in Antwerpen de Kamerlijst trekken. Hij vindt dat de grote socio-economische keuzes opgesloten blijven in het federale niveau, ook al wil hij ze op termijn terugbrengen op het Vlaamse niveau.
Colmant: “Laten we aanvaarden dat dat zijn denkwijze is. Maar als we hem volgen kan Vlaanderen geconfronteerd worden met een solidariteitsbreuk inzake sociale zekerheid. Hetzelfde geldt voor de staatsschuld die meer op Vlaanderen zou terecht gekomen dan op Wallonië.”
N-VA wil net een beperkte confederale structuur behouden die de staatsschuld zou moeten wegwerken.
Colmant: “Dat is tegenstrijdig en gevaarlijk. Op dit moment is de schuld federaal en moet iedereen die dragen. Ik wil er graag aan herinneren dat dat er bovenop de huidige schuld, ons ook nog een schuld in de toekomst staat te wachten. Globaal gezien spreken we over 1.600 miljard euro als we de pensioenen eraan toevoegen. Als die schuld op federaal niveau blijft, is het normaal dat de fiscaliteit- en sociale zekerheidinstrumenten federaal blijven. We kunnen dus geen staat hebben die alleen verantwoordelijk is voor de belasting van de schuld en van instrumenten die zich op gewestelijk niveau bevinden. Dat zou rampzalig zijn aangezien het krediet van de Belgische staat potentieel zou afhangen van twee machten die kunnen weigeren die te voeden. Zodra de dienst van de schuld zou afhangen van een aanbesteding, zou de spread op de financiële markten als een raket omhoog schieten. Die staatsschuld en de duurdere sociale uitgaven voor Vlaanderen inzake pensioenen vormen een bindende kracht die essentieel is voor dit land.”
De visie van N-VA is dus theoretisch en zou in werkelijkheid niet stand houden?
Colmant: “Het is in elk geval een onvoltooide denkoefening. Als we het land willen splitsen, zullen we moeten bepalen welk percentage van de schuld of de verouderingskost van de bevolking zal worden toegekend aan de twee Gewesten. Dat is puur mechanisch, los van elke ideologie.”
Laten we het hebben over minder staat. Vandaag vertegenwoordigen de overheidsuitgaven 53% van het Bruto Binnenlands Product, zegt N-VA, een cijfer dat hoger ligt dan in veel andere landen?
Colmant: “Het gewicht van de staat in het Bruto Binnenlands Product is inderdaad zeer zwaar. Er is in dit land een ongeziene vergelijking: de fiscaliteit is zeer zwaar, de staat is zeer belangrijk en we hebben de facto die belangrijke rol van de staat aanvaard. We dulden dit systeem omdat er een solidariteitssysteem is, maar ook omdat de burgers eerder individueel rijk zijn.”
“N-VA heeft gelijk als ze zegt dat het gewicht van de staat te groot is. Alle andere partijen zijn zich daar trouwens ook van bewust.”
“Er zijn echter twee kanttekeningen. Ten eerste leidt de huidige zwakke economische groei onverbiddelijk tot de verzwaring van het gewicht van de staat in de economie. We zien dat bij de schuldenlast van de staat: vorig jaar bedroeg die 94% op Europees niveau, dit jaar 95% en 96% in de voorspellingen van volgend jaar. We moeten meer en meer rijkdommen collectief maken. Bovendien is in Wallonië minder staat nog niet mogelijk. Als we in één keer de rol van de openbare overheden verminderen, zouden we in een zeer delicate situatie belanden. Ik herhaal het: het N-VA- en het PS-model tegenover elkaar stellen heeft geen zin aangezien die twee modellen verschillend moeten zijn.”
De N-VA stelt dat de sociale zekerheid niet meer sociaal is omdat sommigen er misbruik van maken.
Colmant: “Je kan inderdaad van mening zijn dat sommigen er generatie na generatie behagen in scheppen. Er zijn er. De sleutel is geen kwestie van sociale zekerheid, maar van opvoeding en opleiding. Het probleem van de sociale zekerheid is dat de inzetbaarheid van de mensen onvoldoende is. We kunnen misschien het ‘profiteur-aspect’ van de sociale zekerheid wegwerken door de opvoeding te verbeteren. Ongeveer de helft van de Waalse werklozen heeft geen diploma middelbaar onderwijs. Dat is de realiteit.”
“Het is waar dat je de mensen op een individuele manier verantwoordelijkheidsgevoel kan bijbrengen, maar zeggen dat de sociale zekerheid niet helemaal sociaal is, is overdreven. België heeft sinds 2008 beter standgehouden in de economische crisis dankzij zijn systeem van sociale zekerheid dat de homogeniteit van de bevolking kon behouden. In andere landen zijn de rijken rijker geworden en de armen armer. België heeft bovendien sinds de crisis de beste groeicijfers van Europa, gedeeltelijk voortgetrokken door de Duitse groei, dat is waar. En deels dankzij Vlaanderen, dat is even juist. Maar ik ben minder kritisch: we zijn in dit land niet in een Grieks verval beland, het is belangrijk dat te benadrukken.”
Wordt de fiscaliteit de prioriteit van de volgende legislatuur ?
Colmant: “Dat is de grote inzet. Maar het wordt een ingewikkeld debat. Iedereen zegt dat de fiscaliteit op arbeid te groot is. We gaan daar allemaal akkoord mee. Maar wat gaan we doen? Ik ben kabinetschef van Didier Reynders geweest. In die periode waren er mensen die van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat riepen: ‘De fiscaliteit moet naar beneden.’ Zeer goed, maar je moet dan wel nog weten wat je ter compensatie verhoogt. Sinds de ondertekening van het Europees budgettair pact moeten we een budgettair evenwicht vinden. Dat is geen kwestie van zin maar van verplichting. En de schuld moet vergeleken met het BBP met 5% per jaar verminderen.”
Er wordt vaak over een terugverdieneffect gesproken in geval van verlaging van de fiscaliteit. Dat zou onvoldoende zijn?
Colmant: “Macro-economisch, wordt dat terugverdieneffect op 40 % geraamd. Maar we weten niet wie daarvan geniet, noch op welke termijn. Wat kunnen we in de plaats verhogen? De milieufiscaliteit biedt beperkte mogelijkheden. De onrechtstreekse fiscaliteit is nu al zeer zwaar: we hebben een van de hoogste BTW tarieven van Europa. We zouden die misschien met één procent kunnen verhogen, maar dat zou slechts neerkomen op 1 of 1,2 miljard jaarlijkse inkomsten met alle substitutie-effecten die in het buitenland kunnen plaats vinden. We zullen dus de vraag van de belasting van de inkomsten uit het kapitaal stellen.”
“Koen Geens, de minister van Financiën (CD&V) heeft niets anders gezegd. Ik ben niet zeker dat dat deel van de vergelijking bij iedereen in Vlaanderen in de smaak valt. We zullen de verlaging van de arbeidsbelasting niet kunnen compenseren door de overheidsuitgaven te verminderen. Dat is des te meer een leugen gezien de overheidsfunctie een rol van sociaal vangnet in crisisperiode speelt.”
Gaat het hier nogmaals over een slogan?
Colmant: “Inderdaad. Om een eenvoudig voorbeeld te nemen, we hadden de vrijstelling van de onroerende voorheffing op de spaarboekjes zeer goed kunnen afschaffen. Die spaarboekjes brengen uiteindelijk zo weinig op. Maar we hebben het niet gedaan omdat we het spaargeld van de mensen willen beschermen. We willen ook het vastgoed beschermen, we willen geen kadastrale gelijkstelling op onroerende goederen. Er zijn heel veel taboes. Die crisis zal van ons eisen dat we met een groot gewicht van de staat blijven leven zodat we er rustig kunnen doorkomen.”
Het is alsof N-VA met recepten kwam die niet kunnen werken ?
Colmant: “Tenzij om te grote sociale, gewestelijke en mathematisch economisch breuken te veroorzaken.”
“Dit land rust fundamenteel op het begrip van solidariteit. Het is trouwens daarom dat we geen revolutie gehad hebben in tegenstelling tot de Duitsers of de Fransen. Het is een systeem dat zeer herverdelend en misschien niet voldoende aansporend is, maar het is een keuze voor vrede en ook sociale en gewestelijke harmonie.”
“Als je in 2014 over een ideologische keuze tussen een rechts Vlaams model en een links Franstalig model spreekt, geloof ik daar niet in. Er zal aan Vlaamse zijde een liberalere opbouw zijn en een grotere en verplichte regulering aan Franstalige zijde, maar het geheel moet op een harmonieuze manier werken.”
Dat zouden dan mythes van de kiescampagne zijn ?
Colmant: “Ja, net als ik in Wallonië redelijk hoog geplaatste kerels heb gezien die het volledige productieve apparaat willen nationaliseren. Dat is ook een visie, maar als we dat doen, zouden er geen investeerders meer zijn.”
“Ik begrijp de aard van het programma van de N-VA dat de economie wil flexibiliseren en dat uiteraard compatibel is met de eigenschappen van een Vlaanderen dat een gewest met een stroom mensen, goederen en kapitalen is. Maar het is niet van toepassing op het volledige land. In Wallonië zouden dergelijke Thatcher recepten onoverkomelijke sociale problemen stellen en een nog zeer statische gewestelijke economie verlammen.”
“Hoe ouder ik word, hoe meer ik de breuken in de economie en de gordiaanse knopen die men met een bijl wil doorhakken vrees.”
Sommigen bij N-VA dromen van een meer samenhangende rechtse meerderheid, in de trant van N-VA-CD&V met MR-CDH. Wat zou de burger dan te wachten staan?
Colmant: “Dat zou niet veel veranderen. Er zouden misschien grotere flexibiliteitshervormingen in Vlaanderen zijn maar die hervormingen zouden niet verplaatsbaar naar Wallonië zijn. Wat ook de schijneffecten zouden zijn.”
“In plaats van modellen tegen over elkaar te plaatsen, zouden we beter de verschillen erkennen. In een land als Duitsland is die erkenning van verschillen en specificiteit belangrijker dan bij ons. Dat zou een model moeten zijn. Als N-VA toegang krijgt tot de federale macht, zal ze geconfronteerd worden met dergelijke realiteiten en ze zal moeten leren leven met die Belgische werkelijkheid.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier