Johan Leman
‘Moslimexecutieve is een halfvolle (maar dus ook halflege) doos’
Johan Leman pleit voor een genuanceerde kijk op de houding van de Moslimexecutieve in het debat over onverdoofd slachten.
Beginnen doe ik met een korte onstaansgeschiedenis van de Moslimexecutieve. Toen België een persoon of instantie zocht die het tijdelijke moest behandelen in de islam, zocht België wettelijk gezien iemand of een instantie waarvan de bevoegdheid er niet in zou bestaan om richting te geven bij theologische of rituele vraagstukken, maar enkel in het voordragen van leerkrachten islamitische godsdienst en van aalmoezeniers voor de gevangenissen en ziekenhuizen. Ook het voordragen van door de overheid te erkennen moskeeën (bv. door hun dossier in orde te brengen) zat in het bevoegdheidspakket.
‘Moslimexecutieve is een halfvolle (maar dus ook halflege) doos’
Bij de katholieken is het zo dat degene die over rituelen en theologie beslist, tegelijk ook de verantwoordelijkheid voor het tijdelijke heeft, maar eigenlijk zit wettelijk gesproken daar de anomalie. Dit zou beter niet het geval zijn… en het leidt tot heel wat misverstanden over de bevoegdheidsverdeling bij de andere erkende godsdiensten. Aangezien dit bij de katholieken zo is, denken we dat de verantwoordelijke voor het tijdelijke in de islam ook wel theologische en rituele bevoegdheid zal hebben, maar dat is niet zo. Dit misverstand werd versterkt doordat men via Saudi-Arabië aan de Rabita (Islamitische wereldliga) het ICC, de grote moskee, toegespeeld heeft. Saoudi Arabië, Mekka dus, staat dat ook niet voor… rituelen? en voor theologie? (En nu maar klagen dat er veel wahhabitisme is)…
Historiek
In 1989 werd het debat geopend om bovenstaande toestand te veranderen. Dat werd een behoorlijk ingewikkelde karwei. Er waren veel mogelijke opvattingen over hoe dat moest gebeuren. Gevolg: na een eerste voorstel (nl. een raad laten kiezen via algemene verkiezingen onder moslims), dat zelfs de steun had van de Saudische imam-directeur die bereid was om zich terug te trekken (in 1989), beging België een kemel van formaat door eerst allerlei andere voorstellen uit te testen die zogenaamd van de basis kwamen. Er kwam bijvoorbeeld een ‘Raad van wijzen’… waar moslims uit het vakbondswezen heel goed in vertegenwoordigd waren.
Dit werd een ramp. En toppunt: geen enkele moskee wilde welke raad dan ook van die ‘Raad van wijzen’ in overweging nemen. Na enkele maanden waren ze daar allemaal op ziekteverlof. Onnodig te vertellen dat de ambassades elke gelegenheid te baat namen om in om het even welk voorstel dat er kwam mensen eruit voor hun eigen strategie te winnen en ze tot loyale banden met die ambassades te bewegen.
‘Er is scheiding van kerk en staat en een overheid moet dus opletten op wat ze doet en zegt in deze materie.’
Tenslotte, na 10 jaar onderhandelen, en zonder al te veel enthousiasme van regeringszijde, kwam het eind 1998 tot een compromis: de Executieve van de moslims van België. Was dat ‘het’ representatieve orgaan waarbuiten niets anders denkbaar was? Neen. Maar het was wel het orgaan dat al bij al nog het meest moskeeën achter zich kreeg. Viel de invloed van de ambassades daarmee weg? Neen. Maar het is toch niet de schuld van Belgische overheden dat soms zelfs uitstekend gevormde intellectuelen zich na enige tijd voor de kar van ambassades laten spannen. Of denken sommige jonge moslims echt dat dit de Belgische overheden plezier doet. Er is echter een scheiding van kerk en staat en een overheid moet dus opletten op wat ze doet en zegt in die materie. En als ze te vlug iets in het openbaar zegt, doet ze volgens mij meestal meer kwaad dan goed. Dit is de complexiteit van het dossier.
Een lege doos?
Ik noem de Executieve een halfvolle en dus inderdaad ook halflege doos. Maar ik meen één zaak te zien, dat de Executieve ditmaal, in 2017, wellicht beter functioneert dan ze ooit gewerkt heeft. Daarom voel ik er niets voor om het in de rug te schieten en voel ik er nog minder voor om te adviseren om de doos van Pandora te openen. Daarom ook maan ik de overheid aan om er zo respectvol mogelijk mee om te gaan. Het alternatief zal vandaag immers niet min zijn.
O ja, de Executieve heeft een raad van theologen nodig. Er is inderdaad geen alternatief. Het is de engste mogelijkheid om over rituelen met de overheid in debat te kunnen gaan.
Het onverdoofd slachten
In 1985 heeft Jean Gol, toen minister van Justitie, ooit met de gedachte gespeeld om zelf eens een formule door te drukken in een islamitische materie (niet over het slachten), maar de Raad van state floot hem zo terug. De leiders in de geloofsgemeenschappen weten dit perfect. En er staan genoeg advocaten te wachten om hen in zo’n zaken succesvol te verdedigen.
‘Men moet weten wat men wil: een oplossing voor het slachten of een debat heropenen over de vertegenwoordiging van de islam.’
Het beste wat je als overheid kan doen is een voorstel uitwerken samen met de geloofsgemeenschappen zelf. Nu kunnen velen daarbinnen wel roepen dat zij instemmen en verdoofde slachting zullen toepassen… Prima, wie of wat houdt die mensen trouwens tegen? Doen dus. Maar… naar mijn aanvoelen is het beste wat een overheid vandaag kan doen, het gesprek aan te gaan én met de Executieve én met de Raad van theologen.
Ik denk dat daar voldoende verstandige mensen aanwezig zijn om tot een consensus te komen. Het voorstel van de groep van Piet Vanthemsche groep lijkt me zeer goed en theologisch verdedigbaar en kan dus het uitgangspunt zijn. Ik zie niet in waarom een respectvolle omgang met de Executieve en met haar Raad van theologen niet tot een aanvaarding ervan zou kunnen leiden, maar… laten we de dossiers gescheiden houden. Nu op de Executieve gaan kappen en denken dat je daarmee een oplossing dichterbij brengt, is avonturisme. Men moet weten wat men wil: een oplossing voor het slachten of een debat heropenen over de vertegenwoordiging van de islam in zaken van het tijdelijke. Ik kies voor het eerste: een oplossing voor het slachten.
Johan Leman, voorzitter Foyer vzw, antropoloog, em. Prof. KU Leuven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier