Mieke Schauvliege (Groen): ‘Je kunt de patrijs niet tegelijk beschermen en afschieten’
De patrijs is in Vlaanderen met uitsterven bedreigd, maar toch mag er nog op gejaagd worden. De politiek doet een nieuwe poging om dat anachronisme te stoppen.
Ooit was de patrijs onlosmakelijk verbonden met het Vlaamse landschap. Maar de schaalvergroting in de landbouw en het massaal gebruik van pesticiden waren funest voor de soort. Patrijzen vonden in ons uitgeklede en vervuilde landschap geen eten en geen schuilplaatsen meer, wat hen kwetsbaar maakte. Op veel plaatsen verdwenen de vogels.
Cijfers van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) illustreren de teloorgang. Ook al kunnen patrijzen per legsel liefst vijftien eitjes hebben, toch nam tussen 2007 en 2022 het aantal patrijzen met gemiddeld 4,2 procent per jaar af. Het broedbestand halveerde deze eeuw en zou nu minder dan 5000 koppeltjes bedragen. In 2016 belandde de patrijs op de Vlaamse Rode Lijst van ernstig bedreigde soorten.
En toch mag er nog altijd op patrijzen gejaagd worden – ook dit jaar is de patrijs van 15 september tot 14 november vogelvrij. De laatste twintig jaar werden er in Vlaanderen meer dan 300.000 patrijzen geschoten. Vorig jaar stierven er officieel 4233 patrijzen in de jacht – dat is een significant deel van het tanende bestand. Het aantal jachtgebieden (‘wildbeheereenheden’) waarin op de patrijs mag worden gejaagd neemt wel af, maar dat heeft alles te maken met de crash in de populaties. In principe mag er alleen op patrijzen gejaagd worden in gebieden met een min of meer leefbaar bestand.
De jagers trekken de cijfers over het patrijzenbestand van de wetenschappers in twijfel. Volgens Hubertus Vereniging Vlaanderen (HVV) zijn er beduidend meer patrijzen. Mogelijk komt dat door het illegaal uitzetten van gekweekte patrijzen om ze te kunnen schieten, een praktijk die nog altijd niet is uitgeroeid. Genetisch onderzoek van het INBO bevestigde dat vooral in regio’s waar de patrijs aan het verdwijnen is, onmiskenbare sporen van uitzettingspraktijken terug te vinden zijn. Dat is genetische vervuiling van een kwetsbare soort.
(Lees verder onder de preview)
Paraplusoorten
Vlaams Parlementslid Mieke Schauvliege (Groen) ijvert al sinds 2020 voor afschaffing van de jacht op de patrijs. Dat jaar werden er hoorzittingen met experts georganiseerd, ze stelde een voorstel van decreet op, maar het kwam nooit tot een stemming over het voorstel.
Schauvliege wil het debat nu opnieuw aanzwengelen. Sinds 2020 is er 750.000 euro aan Vlaams belastinggeld in onderzoek naar de patrijs gepompt en kwam er ook nog eens 2,8 miljoen euro van Europa. Dat geld dient onder meer voor begeleidend werk voor het in 2021 uitgerolde ‘soortenbeschermingsprogramma akkervogels’. Dat moet niet alleen de patrijs, maar ook andere bedreigde dieren nieuwe kansen geven.
Want samen met de probleemvogels veldleeuwerik en geelgors vormt de patrijs een trio ‘paraplusoorten’: beschermingsmaatregelen voor die soorten komen ook andere akkervogels ten goede. ‘Maar het kan toch niet’, stelt Schauvliege, ‘dat initiatieven die het uitsterven van de patrijs in Vlaanderen moeten voorkomen nog altijd in een context van jacht gebeuren.’
‘Translocatie’ van wilde patrijzen naar regio’s waar ze vroeger ook voorkwamen, is een van de ingrepen die onderzocht worden om het bestand van de patrijs lokaal weer aan te zwengelen. Dat kan alleen met een uitzonderlijke afwijking van het jachtdecreet. En translocatie is uiteraard alleen nuttig als er ook maatregelen komen om de leefsituatie voor de patrijzen ter plekke weer geschikt te maken – anders is het dweilen met de kraan open. Het kan ook niet de bedoeling zijn dat door het wegvangen van patrijzen uit hun leefgebied de populatie ook daar kwetsbaar wordt. Zulke ingrepen moeten met de grootste omzichtigheid gebeuren.
Natuurverenigingen Vogelbescherming Vlaanderen en Natuurpunt zijn voorzichtige voorstanders van het initiatief, maar ze twijfelen of het nuttig zal zijn zolang er op de patrijs gejaagd wordt. ‘Elke patrijs is nu goud waard om te vermijden dat de vogel uitsterft’, menen de verenigingen. ‘Dus jacht is uit den boze, die legt te veel druk op de soort. Jacht op een bedreigde vogelsoort kan niet samengaan met investeringen in herstelprogramma’s.’
Dat ziet de HVV anders. Precies de mogelijkheid om te jagen op de patrijs, zal het verdwijnen van de soort tegenhouden, meent de jagersvereniging. Want zonder jacht zullen jagers geen inspanningen meer leveren voor de soort. Natuurbehoud is voor de doorsnee jager nu eenmaal niet meer dan schietbehoud. De HVV wijst erop dat translocatie pas hand in hand met jacht zal kunnen gaan als een populatie voldoende robuust is geworden. Maar het lijkt vanzelfsprekend dat zelfs dan plaatselijke populaties nog een tijd zo fragiel zullen blijven dat ze geen extra druk kunnen verdragen. Minstens een tijdelijk moratorium op de jacht van de patrijs is noodzakelijk als we de vogel in onze leefomgeving willen blijven zien.
(Lees verder onder de preview)
Habitatherstel
Mieke Schauvliege rekent voor het jachtverbod op minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA): ‘Het is heel eenvoudig: als de minister écht wil dat de patrijzenpopulatie zich kan herstellen, dan zorgt ze ervoor dat de vogel niet langer afgeschoten kan worden. Wat heeft het voor nut om te investeren in onderzoek, habitatherstel en verwelkoming van de patrijs als diezelfde vogel een paar meter verder neergeschoten kan worden?’
Het kabinet van Demir benadrukt dat de jacht op de patrijs tijdens haar bewind sterk is afgenomen: van 13.517 geschoten exemplaren in 2019 naar 4233 vorig jaar. Bovendien investeert Demir sterk in habitatherstel in landelijk gebied voor de soort. ‘Als de populaties verder zouden blijven afnemen, wat ze helaas doen, is het niet ondenkbaar dat de jacht op de patrijs in een volgende regeerperiode wordt stopgezet’, stelt het kabinet. ‘Maar met de huidige bestuursmeerderheid kan zo’n beslissing niet genomen worden.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier