Hommels, vlinders en zweefvliegen hebben het lastig: aantal insecten blijft dalen
Het aantal insecten in Vlaanderen blijft achteruitgaan, zo blijkt maandag uit de resultaten van de insectentelling van Natuurpunt. De opvallende afwezigen deze zomer: hommels, vlinders en zweefvliegen.
Tussen 1 juni en 31 augustus vingen 38.586 waarnemers 1.506.988 insecten digitaal met de smartphone tijdens de tweede editie van Insectenzomer ‘Niet meppen, wel appen’. Een massa, maar toch zijn er verontrustende signalen, zegt de organisatie. Een van de opvallende trends was de quasi afwezigheid van hommels. “Dat is verontrustend, want hommelsoorten zoals akker- en steenhommel komen overal voor en zijn zeer efficiënte bestuivers.
Als zij het laten afweten, wijst dat op een slechte landschapskwaliteit”, klinkt het in het persbericht. Ook voor veel vlinders, libellen en zweefvliegen lagen de aantallen ver onder het gemiddelde. “Om het aantal bijen te zien dat ik in een normale zomer op een half uur zie, heb ik nu twee volle dagen nodig. De heide lijkt wel leeg”, getuigt bijenkenner Maarten die onderzoek deed op Limburgse heideterreinen.
“Bovendien zien we ook een verdere toename van exotische insecten. Ook dat is in de meeste gevallen geen goed nieuws”, zegt Natuurpunt. De top drie van meest geappte insecten wordt bezet door drie vlinders: het bruin zandoogje, de atalanta en de dagpauwoog. Het koolwitje, de nummer één van vorig jaar, zakte dit jaar naar de twaalfde plek. Voor witjes was het dan ook een uitgesproken zwakke zomer.
De lage aantallen komen niet uit de lucht vallen, hekelt Natuurpunt. Het gaat met veel soorten insecten al jaren slecht. “Extreme weersomstandigheden zoals langdurige droogtes van de afgelopen vijf jaar hadden al veel populaties gedecimeerd. Ondanks de regen was het dit jaar nog erger: blijkbaar is te veel regen ook nefast. De onvoorspelbare opeenvolging van extremen maakt het voor veel van onze soorten erg moeilijk.”
Daarnaast lijden insectenpopulaties ook al erg lang onder het verlies en de versnippering van hun leefgebied, de overdaad aan stikstof en de alomtegenwoordigheid van pesticiden in ons landschap, zegt Natuurpunt. “De oplossing om de negatieve trend te keren is een sterker natuurnetwerk en een betere natuur- en milieukwaliteit.”