De groenling is slachtoffer van een parasiet die profiteert van voederplekken in tuinen

Groenlingen laten zich graag zien op voederplanken. © dpa/picture alliance via Getty Images
Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Het is moeilijk om een concreet aantal op het aantal groenlingen te plakken. Volgens cijfers van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek broeden er in Vlaanderen tussen de 40.000 en 80.000 koppels. In Nederland zouden het er tussen de 60.000 en 90.000 zijn. Het Europees bestand van de soort wordt als ‘stabiel’ omschreven.

Oorspronkelijk was de groenling vooral een vogel van bosranden, maar hij heeft zich in de tweede helft van de 20e eeuw volledig aangepast aan een leven in het spoor van de mens. Zijn voorkeursbiotoop lijkt nu de nieuwbouwwijk te zijn, indien mogelijk met wat hoge coniferen – zijn lievelingsnestelplek.

Parallel met de toename van de soort in dorpen en steden was er een afname in landbouw- en bosgebied. Landbouwers hebben de neiging om, door de industrialisering van hun bedrijfsvoering, bomen en struiken te verwijderen uit het landschap. Ook worden onze bossen ouder, wat minder gunstig is voor groenlingen.

Ze zijn familie van de vink. Het zijn mooie vogels met vele tinten groen, gelardeerd met wat grijs en geel. Hun zang is een lelijk, maar herkenbaar nasaal tsjwèèèèè, aangevuld met kanarieachtige trillertjes. Wie de roepen kent, hoort geregeld groenlingen, zeker in een wat wildere tuin.

Groenlingen eten zaden, die ze met hun sterke bek moeiteloos kraken. Ze laten zich graag zien op voederplanken. Daar gedragen ze zich dominant: andere vogeltjes moeten soms lang wachten als een groenling aan het eten is. Veel mensen voederen de vogels in hun tuin constant, in principe is dat geen probleem, maar voor de groenling kan het een funest effect hebben. Uitzonderlijk kan dat zelfs zo groot zijn dat zijn bestand er plaatselijk door afneemt.

Andere vogels moeten soms lang wachten als een groenling op een voederplank aan het eten is.

In Groot-Brittannië is het groenlingenbestand sinds 1967 met 69 procent gedaald – dat is dramatisch veel. De hoofddader werd in 2005 ontmaskerd: een eencellige parasiet die zich in de luchtwegen van vogels nestelt en zo hevig kan woekeren dat hij niet alleen hun ademhaling hindert, maar ook hun voedselopname. Geschat wordt dat de epidemie van ‘het geel’ aan liefst 1,5 miljoen groenlingen het leven kostte. Voederplekken zouden ideaal zijn voor de overdracht van de parasiet van de ene vogel naar de andere.

Ook op het Europees vasteland kan de parasiet toeslaan. Vogelexpert Marc Herremans van Natuurpunt stelde de ziekte vast bij groenlingen in zijn tuin – hij beschreef zijn ervaringen in Natuur.oriolus. Twee belangrijke observaties vielen op. Zo zag hij dat eksters instrumenteel waren in het liquideren van zieke vogels, waardoor ze nuttig kunnen zijn in het counteren van de parasiet.

Daarnaast kon hij, op basis van een grondig inzicht in de vogelaantallen in zijn tuin, ook concluderen dat er minder dan 1 procent extra sterfte was als gevolg van de ziekte. Dat is leefbaar voor een soort. Britse toestanden zijn bij ons dus nog niet aan de orde. Maar waakzaamheid blijft geboden. De vogelgriep illustreert dat parasieten wereldwijd soms echte drama’s kunnen veroorzaken in vogelpopulaties.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content