De geestelijke vader van Maai Mei Niet: ‘Interesseert de natuur je niet? Doe dan mee voor je eigen gezondheid’

Straks lanceert Knack de vijfde editie van Maai Mei Niet. We hopen dat dit jaar nóg meer mensen hun grasmaaier een maand op stal zullen laten. Niet alleen voor de biodiversiteit, maar ook voor hun eigen mentale en fysieke gezondheid. ‘Ik ben blij dat de campagne op deze manier een tweede leven krijgt’, zegt bedenker Frederik Houssin.
‘We zijn er de voorbije jaren niet alleen in geslaagd om het straatbeeld te veranderen, maar ook om mensen anders naar hun tuin of balkon te laten kijken’, zegt Frederik Houssin, initiatiefnemer van Maai Mei Niet. Bij de start van de vijfde editie van de Knack-campagne blikt hij zowel terug als vooruit.
Houssin, die een ecologisch tuinbedrijf runt en de drijvende kracht is achter de vzw Het Ministerie voor Natuur, hoopt vooral dat nog meer Belgen het oude ideaalbeeld van een strakke tuin met een knalgroen, gemillimeterd gazon zullen durven loslaten.
‘Vaak is dat een bewustwordingsproces’, zegt hij. ‘Toen ik als tuinaannemer begon, legde ik zelf ook heel klassieke tuinen aan. Maar gaandeweg kreeg ik er genoeg van om altijd maar problemen op te lossen.’
Hoe bedoelt u?
Frederik Houssin: In een klassieke tuin creëer je stilstand: je wilt dat alles er blijft uitzien zoals jij het hebt aangelegd terwijl de natuur helemaal niet zo werkt. Het gevolg is dat je de hele tijd moet sproeien, bemesten, maaien en snoeien om zo’n tuin in zijn oorspronkelijke staat te behouden. Terwijl het ook anders kan, maar dan moet je wel voor een natuurlijkere of ecologische tuin kiezen.
Wanneer je inzet op biodiversiteit, lossen veel problemen zichzelf op. Staan er in je tuin, bijvoorbeeld, honderd verschillende soorten bloemen en planten, dan is het niet zo erg als ééntje ervan ziek wordt. In het ergste geval gaan er dan een paar planten dood, maar er staan wel nog 99 andere in je tuin. Je hoeft die zieke planten dus niet te besproeien én je hebt minder stress.
Hoe bent u eigenlijk op het idee gekomen voor Maai Mei Niet?
Houssin: Het begon zo’n vijf jaar geleden toen ik op het internet een artikel tegenkwam over No Mow May, een jaarlijkse campagne van de Britse organisatie Plantlife. Ik vond hun boodschap ongelooflijk sympathiek: je kunt al een verschil maken voor de natuur door simpelweg je tuin, hoe klein ook, een maand niet te maaien.
Dat artikel stuurde ik door naar Simon Demeulemeester, die in die tijd bij Knack werkte. Ik had hem leren kennen toen ik zijn tuin aan het aanleggen was en ik wist dat hij ook met biodiversiteit bezig was. Met zijn hulp heb ik dan een opiniestuk over No Mow May voor Knack.be geschreven, waarin ik de Vlamingen onder meer opriep om het Britse voorbeeld te volgen. Het werd niet alleen veel gelezen, we kregen er ook heel wat positieve reacties op.
Dat sterkte ons natuurlijk nog meer in de overtuiging dat Vlaanderen nood had aan een vergelijkbare campagne. Al snel kon Simon ook zijn hoofdredacteur daarvan overtuigen: Knack bleek bereid om de campagne op te zetten. Vervolgens wisten we ook partners zoals Velt, Bond Beter Leefmilieu en Mijn Tuinlab van de KU Leuven aan boord te halen.
Toen de campagne in het voorjaar voor 2021 werd gelanceerd, was het meteen een groot succes.
Houssin: Ik denk dat veel mensen graag iets voor de natuur wilden doen, maar niet wisten hoe ze dat moesten aanpakken. Maai Mei Niet was voor hen een gemakkelijke en eenvoudige manier om een bijdrage te leveren. In tegenstelling tot veel andere campagnes is onze boodschap ook niet belerend: wij wijzen de mensen niet op wat ze fout doen.
Wat waarschijnlijk ook heeft meegespeeld, is dat nogal wat tuinbezitters het best fijn vinden dat ze als het ware de toestemming krijgen om alles een beetje los te laten. Dat geldt trouwens ook voor de vele steden en gemeenten die meteen op de kar sprongen. Sommige besturen wilden al lang een ander maaibeleid invoeren maar waren bang dat hun inwoners zouden protesteren. Dankzij Maai Mei Niet konden ze op meer begrip rekenen.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik me tijdens die eerste editie wat zorgen maakte omdat sommigen onze slogan wel heel letterlijk namen. Dat eerste jaar regende het ook haast de hele maand mei waardoor gras en ander groen enorm snel groeide. Ik vreesde dat mensen zouden beginnen klagen dat de voortuin van hun buren of het grasveldje in hun wijk er veel te vuil bijlag, maar uiteindelijk viel dat best mee.
Wat is na vier edities de grootste verdienste van Maai Mei Niet?
Houssin: Dat we erin zijn geslaagd om het straatbeeld een beetje te veranderen. Als je in mei door Vlaanderen rijdt, kun je er niet naast kijken dat ontzettend veel particulieren en besturen niet maaien. Minstens even belangrijk is dat we veel mensen anders naar hun tuin hebben leren kijken en de schoonheid van alledaagse bloemen, zoals paardenbloem, madelief en ereprijs, te laten ontdekken.
Nu denken ze bijvoorbeeld sneller na of ze echt wel zoveel gazon nodig hebben. Kunnen ze niet beter een lapje gras omvormen tot groen dat beter is voor de natuur? Is het misschien een idee om een paar grote struiken of zelfs een boom te planten? Je hoeft je tuin echt niet te laten verwilderen om bij te dragen aan de biodiversiteit. Zelf ben ik trouwens ook geen fan van een wilde tuin waar geen doorkomen meer aan is.
Toen ik als tuinaannemer begon, legde ik heel klassieke tuinen aan. Maar ik kreeg er genoeg van om altijd maar problemen op te lossen.
Vorig jaar kwam er kritiek van onderzoekers van de Hogeschool Gent die beweerden dat Maai Mei Niet eigenlijk niet werkt.
Houssin: Er verschenen toen in de media inderdaad een paar artikels waarin werd beweerd dat je door mee te doen met Maai Mei Niet geen bloemrijk grasland (vegetatie met meerjarige bloemen en grassen, nvdr) krijgt. Terwijl Maai Mei Niet daar natuurlijk helemaal niet over gaat. Onze boodschap is dat er door een maand niet te maaien bloemen in je gazon beginnen te groeien die bijen en insecten aantrekken.
Wij roepen particulieren of gemeenten helemaal niet op om hun gazon in een bloemenweide te veranderen. Ons advies is om de grasmaaier vanaf juni om de drie of vier weken boven te halen terwijl een bloemrijk grasland misschien maar twee of drie keer per jaar wordt gemaaid. Als sommigen uiteindelijk beslissen om een stuk van hun gazon door zo’n bloemenweide te vervangen, is dat zeker een goede zaak. Maar daar is natuurlijk meer voor nodig dan minder maaien.
De vijfde editie van Maai Mei Niet is ondertussen begonnen. Wat verwacht u daarvan?
Houssin: Eerlijk gezegd had ik nooit gedacht dat de campagne zo lang zou doorgaan. Toen we starten, ging ik ervan uit dat Maai Mei Niet na een paar jaar – wanneer we ons punt hadden gemaakt – zou worden stopgezet. Ik ben dan ook heel blij dat Knack er niet alleen mee voortgaat, maar Maai Mei Niet zelfs echt een tweede leven geeft.
De voorbije jaren hebben we er heel veel Belgen van weten te overtuigen dat je gazon, of een stuk ervan, minder maaien goed is voor de natuur. Velen van hen hebben eind mei ook het aantal bloemen in een vierkante meter gras geteld en op basis daarvan hun persoonlijke nectarscore laten berekenen. Zij weten dus wat een verschil het maakt om in mei niet te maaien en dat zullen ze volgens mij ook blijven doen.
Nu willen we een volgende stap zetten door iedereen te laten zien dat een biodiverse tuin of een groen balkon niet alleen goed is voor de natuur, maar ook voor je eigen fysieke en mentale gezondheid. Wanneer je in de tuin werkt, heel verschillende bloemen en planten in de grond of desnoods in bloembakken zet en geniet van al het groen en het leven om je heen, heb je minder last van stress en angsten én geef je je fysieke weerstand een boost. Ik hoop echt dat we op die manier nóg meer mensen aan het denken zullen zetten.
Lees ook: ‘Geef in mei uw gazon een hanenkam’
Maai Mei Niet
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier