Canon van de Vlaamse Natuur: welke vis of amfibie fascineert u het meest?
Knack presenteert u de Canon van de Vlaamse Natuur: welke ‘wilde’ dier- en plantensoorten horen onlosmakelijk bij Vlaanderen? En wat vertellen ze over onze relatie met onze omgeving? Vandaag: vissen en amfibieën.
DE PALING, MASCOTTE VAN ONZE BEKEN
Waarom in de canon? De paling is een belangrijk onderdeel van de Vlaamse natuur. Hij komt in vrijwel alle oppervlaktewateren voor.
Bijzonderheid? ‘Palingen zijn om heel veel redenen coole vissen’, zegt Sarah Tilkin van Natuurpunt. ‘Ze kunnen erg oud worden, de oudste bekende paling was 88 jaar oud. Hij kan zelfs een tijdje buiten het water overleven en zich zo kort over land kan verplaatsen. Het is een trekvis die gigantische afstanden kan afleggen. Hij plant zich voort in het zoute water van de Sargassozee, bij de Bermuda-eilanden, en dat op grote diepte. Een reis van bijna 6000 km, die ze maar één keer in hun leven maken, want na het paaien sterven de vissen. Tijdens die hele tocht eten de volwassen palingen niet. Hun spijsverteringstelsel maakt plaats voor de geslachtsorganen. De jonge larven zwemmen met de zeestromen mee naar Europa, waar ze als glasaaltjes onze zoetwaterrivieren binnentrekken. Hier begint de cyclus opnieuw.’
Bedreigd of weerbaar? De paling is ernstig bedreigd. De laatste 40 jaar is het aantal met 90 procent gedaald door overbevissing, verontreiniging en migratiebarrières als stuwdammen en sluizen. Consumeer hem dus liever niet.
DE FINT, EEN VERHAAL VAN HOOP
Waarom in de canon? U kent hem misschien beter onder de naam ‘meivis’. In de maand mei komen vele tienduizenden exemplaren uit de zee zich voortplanten in onze rivieren. Ze zorgen dan voor een merkwaardig natuurfenomeen. Willy Vandersteen wijdde met De mollige meivis zelfs een volledig Suske en Wiske-album aan de fint.
Bijzonderheid? Natuurliefhebbers zitten in mei klaar langs de waterkant om de typische paaicirkels te bewonderen. Finten paaien in die periode in grote groepen op de grens van zoet en brak water, of zelfs volledig in zoet water. Bij hun liefdesspel komen ze vaak tot net tegen het wateroppervlak. Daardoor ontstaan cirkelvormige golfjes, de paaicirkels. Onderzoekers tellen jaarlijks die paaicirkels om zo een idee te krijgen van hoe groot de populatie finten intussen is. Voorlopig is het gespetter nog niet zo oorverdovend als beschreven stond in oude geschriften.
Bedreigd of weerbaar? ‘Deze haringachtige vis brengt ons een verhaal van hoop’, zegt Sarah Tilkin van Natuurpunt. ‘De fint was nagenoeg volledig uitgestorven in Vlaanderen, maar dankzij een verbeterde waterkwaliteit is de soort sinds 2013 op eigen kracht kunnen terugkomen.’
DE DRIEDOORNIGE STEKELBAARS, EEN SUPERPAPA
Waarom in de canon? Stekelbaarzen kunt u overal aantreffen, wat meteen verklaart waarom de soort zo kenmerkend is voor Vlaanderen. ‘Een stekelbaarsje vangen in de beek en mee naar huis nemen om te gluren in het aquarium, ik heb het als kind nog gedaan’, zegt bioloog Hans Van Dyck. ‘Hoe vaak vissen kinderen nu nog een stekelbaarsje? Spontaan natuurcontact verdwijnt: extinction of experience heet dat onder experts.’
Bijzonderheid? De driedoornige stekelbaars wordt helemaal gek van de kleur rood. Dat merk je zelfs als ze in het aquarium zitten en er een rode auto voorbij rijdt. Maar wat hem nog unieker maakt, is hoe hij als goede papa voor zijn kroost zorgt. Met algen en plantenresten bouwt hij een tunnelvormig nestje, waar hij geïnteresseerde vrouwtjes naartoe lokt met een ingewikkeld dansje. Nadat het vrouwtje haar eitjes in het nestje heeft afgezet, zwemt het mannetje er nog eens door om de eitjes te bevruchten. Met gerichte staartbewegingen voorziet hij de eitjes van voldoende zuurstof. Wanneer ze zijn uitgekomen, blijft de superpapa zijn jongen nog enkele dagen bewaken. Jongen die vroegtijdig weglopen worden door vader stekelbaars opgezogen en in het nest weer uitgespuwd.
Bedreigd of weerbaar? ‘Door vermesting is er meer algengroei en wordt het water minder helder’, weet Hans Van Dyck. ‘Dat verzwakt het mechanisme van seksuele selectie waarbij vrouwtjes vooral in zwijm vallen voor de mannetjes met de felst rode buik. Resultaat? Het strenge keurwerk van die mannelijke tinten komt in de verdrukking. De stekelbaarsmannetjes verbleken letterlijk.’
DE PLADIJS, DE VIS MET HET REIZENDE OOG
Waarom in de canon? De schol of pladijs is veelvuldig aanwezig in onze Noordzee. Hij staat al duizenden jaren op het menu van de Vlaming.
Bijzonderheid? De vis ligt op de bodem op zijn zij. Zijn beide ogen bevinden zich op de andere zijde van het dier, waardoor hij boven het zand kan spieden naar een prooi. Nochtans hebben de larven symmetrische ogen, met een oog aan iedere kant. Bij de meeste platvissoorten begint het linkeroog aan een reis naar de rechterkant van de schedel. Het migrerende oog verandert de kijk van de platvis op de wereld. De hersenen moeten geijkt worden op het nieuwe blikveld.
Bedreigd of weerbaar? De pladijs is niet bedreigd. Hij floreert zelfs in windmolenparken in de Noordzee dankzij de aangroeifauna op de kunstmatige riffen.
DE VUURSALAMANDER, EEN SYMPATHIEKE DINO
Waarom in de canon? Deze landsalamander komt voor in vochtige bossen en is uitgedost in de Vlaamse kleuren. ‘Hij staat voor mij symbool voor hoe ingrijpende verstoring van de natuur bepaalde ziekteverwekkers doet uitgroeien tot extreme killers’, zegt bioloog Hans Van Dyck, verwijzend naar de schimmelziekte die letterlijk de huid van de salamanders wegvreet.
Bijzonderheid? De vuursalamander zou zijn naam te danken hebben aan het feit dat hij uit brandende houtstapels tevoorschijn kwam. De felle kleur is een waarschuwing voor salamandereters dat het dier giftig is. Hij heeft een uniek gif dat geen enkel ander dier gebruikt en dat hij tot meer dan een meter ver kan spuiten. Hoe ouder de salamander, hoe giftiger.
Bedreigd of weerbaar? De al bedreigde vuursalamander sterft de laatste jaren aan een hoog tempo door een schimmel uit Azië die via handel in exotische salamanders naar hier kwam. Daarnaast komt zijn habitat in het gedrang. ‘Meer natuurlijk bosbeheer, bosuitbreiding, buffering, hermeandering van beekjes en het opheffen van lozingspunten zijn nodig om de vuursalamanders letterlijk meer zuurstof en een betere toekomst te bieden’, benadrukt Jan Van Uytvanck van het Instituut voor Natuur- en Bosbeheer.
Zo gingen we te werk
Aan 25 experts vroegen we om elk vanuit hun expertise nominaties aan te reiken van soorten die elke Vlaming zou moeten kennen wegens hun belang voor onze regio, en die tegelijk symbool staan voor bepaalde evoluties in onze natuur. Een redactieteam bestaande uit Dirk Draulans (Knack), Kris Struyf (bioloog), Wim Veraghtert (Natuurpunt), Sarah Tilkin (Natuurpunt), June Heene (Vogelbescherming Vlaanderen) en Petra Vijncke (Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek) selecteerde de uiteindelijk 25 soorten in vijf categorieën.