Na de dinosaurus kwam de garnaal
Het leven herstelde zich snel na de inslag van de komeet die de dinosaurussen uitroeide.
Een van de grootste catastrofes die het leven op aarde heeft meegemaakt, was de inslag van een komeet zo’n 66 miljoen jaar geleden. Ze maakte een einde aan het tijdperk van de dinosaurussen. Maar het leven herstelde zich na de ramp sneller dan gedacht. Dat blijkt uit een analyse van geoloog Philippe Claeys van de VUB en zijn collega’s in Nature. Claeys is gespecialiseerd in de studie van asteroïden en is nauw betrokken bij het onderzoek van de Chicxulubkrater voor de kust van Mexico, de plek waar de komeet insloeg.
Op de plek van de krater zelf zou er 30.000 jaar na de inslag al een nieuw ecosysteem tot bloei zijn gekomen. De eerste tekenen van nieuw leven zouden al enkele jaren na de inslag opgedoken zijn – de onderzoekers vonden voor die periode fossiele gaatjes veroorzaakt door kleine garnalen of wormen.
Het onderzoek illustreert de enorme flexibiliteit van het leven op aarde. Het benadrukt nogmaals het grote belang van biodiversiteit, want je weet nooit welke levensvormen in een crisis de meeste veerkracht zullen vertonen. De paar soorten die de inslag overleefden, muteerden in vrij korte termijn trouwens tot nieuwe soorten.
In Science verscheen een studie die suggereert dat de temperatuur op aarde als gevolg van de inslag van de komeet met gemiddeld 5 °C steeg, en dat gedurende minstens 100.000 jaar. Dat is méér en langer dan tot dusver gedacht werd.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier