Milieujuriste Isabelle Larmuseau: ‘Onze eigen overheid is nog crimineler dan 3M’
Isabelle Larmuseau kan niet langer zwijgen: het PFOS-schandaal vormt een ongekende bedreiging voor de volksgezondheid en de moraal van de Vlaamse overheid verkeert in diepe crisis. ‘Ik kan niet met mezelf verder leven als ik nu niet alles op alles zet om mee te helpen aan een kentering.’
Isabelle Larmuseau kent het klappen van de zweep. Als milieuadvocaat treedt ze al decennia op voor burgers en bedrijven, buurtcomités en projectontwikkelaars, milieuverenigingen en overheden. Als wetenschappelijk medewerker aan de Universiteit Gent schreef ze mee aan de wet die asbest verbood, aan het samenwerkingsakkoord dat de Europese Seveso-richtlijn voor de omgang met gevaarlijke stoffen in Belgisch recht omzette en aan de nieuwe vergunningenregelgeving voor complexe projecten. Sinds 2015 doceert ze omgevingsrecht aan de Katholieke Universiteit Leuven. In een historische rechtszaak dwong ze de financiële groep Indufin de helft van de kosten op te hoesten voor de sanering van een allang verkochte voormalige rubberfabriek in Evergem, die een zware verontreiniging in het grondwater had achtergelaten. Ze weet hoe precair de toestand van het Vlaamse milieu is en hoe bochtig de weg naar verbetering. Toch is Larmuseau nu met verbijstering geslagen.
Het is met dank aan de Vlaamse overheid dat de belastingbetaler volledig zal opdraaien voor de grootste verontreiniging met PFOS ter wereld.
‘Als je dertig jaar in het milieurecht werkt, heb je natuurlijk de stille hoop dat je iets ten goede kunt veranderen’, zegt ze in de tuin van haar woning in Sleidinge, onder de lorken die haar vader plantte bij de weverij die hij ooit bestierde en waarin zij nu woont. Daar klinkt met de regelmaat van de klok haar klaterlach. Maar de boodschap die ze brengt, is bloedserieus. ‘Uiteindelijk hebben wij in juni van dit jaar moeten vernemen dat wij in Vlaanderen de grootste PFOS-verontreiniging ter wereld hebben. Dat heeft mij diep geraakt omdat dit een ongekend ernstige bedreiging is voor de gezondheid van zo veel mensen in Vlaanderen en in Nederland. Ik ben zelf moeder van twee kinderen, die gelukkig al twintigers zijn. Maar als ik een zwangere vrouw of jonge moeder in Zwijndrecht zou zijn, zou ik gek worden van ongerustheid. Dat is een ondraaglijke gedachte, die mij de vraag doet stellen waar ik de afgelopen decennia mee bezig geweest ben.’
In Zwijndrecht is in de buurt van de chemische fabriek 3M in het grondwater 1.600.000 nanogram per liter van de stof PFOS aangetroffen, een veelvoud van de norm van 100 nanogram die voor grondwater toelaatbaar wordt geacht. Ook is onlangs gebleken dat 3M zonder vergunning FBSA in de Schelde loost. Beide goedjes behoren tot de familie van poly- en perfluoralkylstoffen (PFAS). Die zitten in allerlei producten, zoals blusschuim, de coating van regenjassen en de anti-aanbaklaag van teflonpannen. Ze zijn biologisch niet afbreekbaar, vandaar de bijnaam forever chemicals. Aanwijzingen voor de schadelijkheid van PFAS, vooral voor de ontwikkeling van het ongeboren kind, zijn er al decennia. Maar de ernst van het probleem drong pas echt tot het publiek door na het uitkomen van Dark Waters (2019). Die film vertelt de geschiedenis van advocaat Robert Bilott, die na een slepend gevecht wist aan te tonen dat chemiereus DuPont bewijs voor het gevaar van PFOA, een van de PFAS-stoffen, jarenlang had verdonkeremaand. Een groot epidemiologisch onderzoek toonde in 2013 het verband aan tussen de stof en het voorkomen van nier- en zaadbalkanker in de buurt van een fabriek in Parkersburg in de VS.
U denkt dat de situatie in Zwijndrecht ook een grote bedreiging van de gezondheid vormt?
Isabelle Larmuseau: Absoluut. De Nederlandse hoogleraar toxicologie Jacob de Boer heeft in eerste bloedstalen van de inwoners van Zwijndrecht 168 keer de maximaal toegelaten waarde gevonden. De Boer heeft daarover gezegd dat het de hoogste waarden zijn die ooit zijn opgetekend. Dat zijn mensen die je vanaf nu medisch permanent moet opvolgen. Het is niet zo dat je een op een kunt zeggen dat mensen er ziek van zullen worden of doodgaan. Maar het risico is sterk verhoogd. Dat leidt tot een enorme onrust, zeker als je zwanger bent of kleine kinderen hebt die in de tuin spelen en groenten uit de tuin eten of eieren van eigen kippen.
De concentraties in eieren en andere voedingsmiddelen in Zwijndrecht blijken toch wel mee te vallen?
Larmuseau: Dat is geen reden om het weg te relativeren. Die concentraties komen erbovenop voor de inwoners van Zwijndrecht die al zwaar belast zijn en die zwaar belast blijven. Dat is totaal onaanvaardbaar.
Op de plek waar de vervuiling is aangetroffen, vinden nu de werken voor Oosterweel plaats, het door beheersmaatschappij Lantis uitgevoerde grote infrastructurele project dat de verkeersproblemen rond Antwerpen moet wegtoveren. Op 27 augustus wees u er in de Onderzoekscommissie PFAS-PFOS van het Vlaams Parlement op dat Lantis grond die minder dan 70 microgram PFOS per kilo bevat bij de werken afdekt, terwijl het daar aarde die een hogere concentratie bevat zonder bescherming bovenop uitstort. Kunt u mij uitleggen wat daar de logica van is?
Larmuseau: Het is complete waanzin. Onze regelgeving voorziet in de mogelijkheid licht verontreinigde grond te gebruiken voor bouwkundig bodemgebruik. Maar dan moet er wel een fysieke afscheiding zijn tussen de onderliggende of omringende bodem en wat je erop of ertussen legt en deze toepassing moet terugneembaar zijn. Vandaar dat de eerste berichten over de PFOS-worstenbroodjes spraken. Die waren in folie gewikkeld en zouden in bermen gebruikt worden. Intussen is al gebleken dat men op de onderliggende bodem verontreinigde grond plaatst en die afdekt met folie. Dat is al illegaal omdat het niet terugneembaar is. En daar legt men dan nog grond verontreinigd met méér dan 70 microgram bovenop, vrij te verwaaien en in te ademen. Ik heb aan iedereen, ook aan Lantis, gemaild: dat kun je toch niet maken? Dat is gewoon een misdrijf. De truc die daarachter zit, is dat je een zogenaamde kadastrale werkzone kunt afbakenen. Daar geldt een soepeler normenkader, maar blijft ook altijd de verplichting een dubbele toets te doen. Je moet zorgen dat de uitzondering die je maakt niet leidt tot een bijkomende verontreiniging van het grondwater en dat er niet een extra blootstellingsrisico is voor de mens. Die toets kan het nooit doorstaan.
Wij zijn een gefaalde rechtsstaat. Er is geen reden om te twijfelen aan de kwaliteit van de rechters, maar de gerechtelijke achterstand is dodelijk.
Hoe kan men het dan toch doen?
Larmuseau: De enige verklaring die ik zie, is cynisme. We hebben al grondwater dat zwaar verontreinigd is. Men denkt blijkbaar: de uitloging van die grond met 70 microgram zal het verschil niet maken.
De bedoeling is dat grond met nog veel hogere concentraties in een ‘veiligheidsberm’ komt.
Larmuseau: Die veiligheidsberm is ontzettend erg. Die bevat grond met een verontreinigingsgraad tot duizend microgram uit afvalhopen die al jaren op het terrein van 3M lagen. Daar heeft niemand ooit naar omgekeken. Nu doet men aan 3M cadeau dat die afvalhopen verdwijnen in de veiligheidsberm. Alle sporen worden gewist, 3M kan niet langer aangesproken worden op die illegaal achtergelaten afvalstoffen. Lantis wordt de uitbater van een illegale stortplaats, een inbreuk waar gevangenisstraffen op staan. De Europese wet stelt heel duidelijke voorwaarden aan de permanente opslag van dat type verontreinigde grond. Dat kan enkel in ondergrondse harde rotsformaties, zoetkoepels of een stortplaats voor gevaarlijke afvalstoffen. Er moet een bewijs zijn dat die grond niet te zuiveren valt. En België moet de Europese Commissie, de andere lidstaten en het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen op de hoogte brengen en zij moeten zich akkoord verklaren. Dat is allemaal niet gebeurd.
De lozingsnorm voor PFOS die 3M van de Vlaamse overheid heeft gekregen is volgens u ook illegaal. Waarom?
Larmuseau: PFOS staat sinds 2013 op de lijst van prioritaire stoffen van de Europese kaderrichtlijn water. Dat betekent dat je daarvoor een nulemissie moet opleggen. Ook heeft het Europees Hof van Justitie in 2015 het belangrijke Weser-arrest uitgesproken. Dat had betrekking op de verdieping van de Weser voor de toegankelijkheid van de haven van Bremen. Het Hof heeft geoordeeld dat er een verbod is op de achteruitgang van de kwaliteit van het oppervlaktewater. Dat heeft alle alarmbellen doen afgaan in Nederland. Maar in Vlaanderen heeft men dat op zijn beloop gelaten. In bijna alle Vlaamse oppervlaktewateren worden de milieukwaliteitsnormen zwaar overschreden. Dan is elke bijkomende lozing een achteruitgang waarvoor eigenlijk geen vergunning mag komen. In Vlaanderen zag men daarom geen mogelijkheid om aan het Weser-arrest uitvoering te geven. Nederland waakt wel over de milieukwaliteitsnormen. Het wekt dan ook geen verbazing dat Nederland voor PFOS meteen overal nulemissienormen heeft opgelegd.
U waarschuwt ervoor dat het zwaar verontreinigde grondwater zich door het graven van de Scheldetunnel kan verspreiden naar de diepste grondwaterlagen, waar het mogelijk nooit meer kan worden gesaneerd. Waar baseert u dat op?
Larmuseau: Daar heb ik geen zekerheid over, maar ik hoor ook geen antwoorden op vragen daarover. Het lijkt mij absoluut cruciaal dat die antwoorden er wel zijn, voordat men begint met het graven van de Scheldetunnel.
De Oosterweelwerken stilleggen, is het allerdomste wat je kunt doen, zei Antwerps burgemeester Bart De Wever (N-VA).
Larmuseau: Dat zijn vragen die onafhankelijke wetenschappers moeten beantwoorden. Politici zijn nu even niet aan zet. Ik ben geen technisch expert op dat terrein, maar het lijkt me onmogelijk te poneren dat het geen implicaties zal hebben. En ik voel mij ongelooflijk verontrust door wat Wim De Coen van het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen in de parlementaire onderzoekscommissie heeft gezegd. Hij kent de situatie van begin 2000. Hij zei dat hij, zodra hij hoorde dat de Oosterweeltunnel op die plek zou komen, vertwijfeld heeft geroepen: men weet toch dat men daar die tunnel niet kan graven? Als zo’n man die zo goed op de hoogte is van de problematiek zo’n reactie geeft, word ik heel ongerust.
Denkt u dat het politiek nog haalbaar is de plannen te veranderen?
Larmuseau: Dat zal heel moeilijk zijn. Mijn laatste wens is dat zo’n infrastructuurproject stopt. Dat is een enorm drama. Toch zijn de vragen die nu voorliggen zo groot dat je dat moet overwegen. Het zijn de hoogste PFOS-waarden ter wereld. Als je geen goed zicht hebt op waar die verontreiniging naartoe gaat als je die tunnel graaft, dan denk ik dat toekomstige generaties ons wel heel veel kwalijk kunnen nemen.
Er is nog een reden waarom de vergunningen voor zowel 3M als Oosterweel volgens u illegaal zijn: er is geen Europese natuurtoets gedaan.
Larmuseau: Inderdaad. Op basis van de Europese natuurrichtlijnen moet je bij een project in de buurt van Europees beschermde natuur nagaan of er geen betekenisvolle aantasting is van de natuurlijke kenmerken van die gebieden. Nederland had al eerder in de gaten dat dit voor stikstof problematisch was, omdat veel van de Europees beschermde natuur al boordevol stikstof zit en dat dit dreigt te leiden tot een vergunningenstop. De Vlaamse overheid hanteerde tot voor kort een drempelwaarde. Een project kon een vergunning krijgen als de extra bijdrage aan de stikstofdepositie minder dan 5 procent van de kritische depositiewaarde bleef. Die drempel heeft de Raad voor Vergunningsbetwistingen in februari illegaal verklaard in een zaak waarin wij de raadslieden waren van de eisende partij. We hebben de overheid jarenlang gewaarschuwd dat dat zou gaan gebeuren, maar men heeft het nooit ernstig willen nemen.
Als die natuurtoets wel was gedaan, hadden 3M en Oosterweel dan geen vergunning kunnen krijgen?
Larmuseau: Als uit de ecologische onderbouwing blijkt dat er een betekenisvol effect is op Europees beschermde natuur, is het gevolg voor een individueel bedrijf als 3M een weigering van de vergunning. Oosterweel is een infrastructuurproject. Als je in dat geval kunt aantonen dat er geen alternatieven zijn, dat het gaat om een dwingende reden van groot openbaar belang en dat je compensaties aanbiedt voor de natuur die je kapot maakt, kun je via een uitzonderingsprocedure toch nog een vergunning krijgen. Voor Oosterweel is het dus niet einde verhaal. Maar je moet wel compensatie kunnen aanbieden, en in Vlaanderen hebben we niet meer zo veel hoeken en gaten die daarvoor dienst kunnen doen.
U hebt gezegd dat 3M nog de minste milieucrimineel is. Wie is dan de grootste?
Larmuseau: Het oorspronkelijke misdrijf – het achterlaten van afvalstoffen – is gepleegd door 3M. Maar op basis van de rechtspraak van ons Belgische Hof van Cassatie is duidelijk dat niet alleen de partij die de afvalstoffen achterlaat een misdrijf pleegt, maar ook iedereen die nalaat om achtergelaten afvalstoffen te verwijderen. De overheid weet al lang dat die stoffen daar zijn achtergelaten. Men heeft nagelaten ze te verwijderen om groter onheil te vermijden. Nu gaat Lantis actief graven in die verontreinigde grond. Men moet bij een milieueffectenrapportage een alternatievenonderzoek doen. Men heeft ervoor gekozen het tracé te leggen in een zone met de grootste PFOS-verontreiniging ter wereld. Men heeft er ook voor gekozen om heel actief te graven in die grond en het verontreinigde grondwater te onttrekken en te lozen, zonder vooraf diepgaand onderzoek te doen naar de mogelijke effecten. Het is onze eigen overheid die deze verontreiniging opgraaft en in toplagen vrij en onafgedekt PFOS-grond gebruikt. Dat onze eigen overheid ten behoeve van een infrastructuurproject – dat men om politieke redenen met sneltreinvaart door wil duwen – dergelijke handelingen stelt, vind ik nog crimineler dan de milieumisdrijven van 3M zelf.
3M zal niet langer aangesproken kunnen worden op die achtergelaten afvalstoffen en Lantis wordt de uitbater van een illegale stortplaats.
U kreeg het verzoek om als advocaat op te treden in de zaak tegen 3M, maar u weigerde. Waarom?
Larmuseau: Ik heb al een belangrijk deel van mijn professionele leven gewijd aan de precedentarresten die nu kunnen leiden tot de strafrechtelijke veroordeling van 3M. De tijd ontbreekt mij om over te doen wat ik al gedaan heb.
Een zaak die de weg baant voor de vervolging van 3M, was de procedure tegen Indufin. Wat stond daar op het spel?
Larmuseau: De werknemers hadden de gewoonte elke dag een grote ton solventen aan de rand van het bedrijfsterrein weg te gieten. In die strafrechtelijke procedure is de bodemverontreiniging geherkwalificeerd als het achterlaten van afvalstoffen. Dat is een enorm machtig wapen ten opzichte van vervuilers. Die kunnen via de afvalverwijderingsplicht tot de meest maximale verwijdering worden gedwongen. Dat is een zaak waar ik twintig jaar aan gewerkt heb. We hebben in België een grote gerechtelijke achterstand, waardoor de gerechtelijke procedures erg lang kunnen duren.
Is het daarom dat u ook niet in de Klimaatzaak wilde optreden? De initiatiefnemers hebben toch succes geboekt? De rechter oordeelde dat de Belgische overheden die verantwoordelijk zijn voor het klimaatbeleid tekortschieten in hun zorgplicht en de mensenrechten schenden.
Larmuseau: Er is beroep aangetekend en het Brusselse hof van beroep zal de zaak pas over tien jaar kunnen behandelen. Dat betekent dat de Klimaatzaak een totale doorlooptijd zal hebben van zestien jaar. Dat is zinloos. Nederland is een goed land om zo’n procedure te voeren, in België verlies je je erin. Dat betekent niet dat ik niet blij ben met de uitspraak die er is gekomen. Het is een succes, maar de inspanning weegt niet op tegen het resultaat. Voor urgente milieuthema’s hebben we eenvoudigweg niet meer de tijd om nog jaren te wachten op een rechterlijke uitspraak.
Kan het hof van beroep zomaar zeggen dat het er tien jaar over zal doen?
Larmuseau: Wij zijn een gefaalde rechtsstaat, vooral in het opzicht dat het allemaal ongelooflijk traag gaat. Er is geen reden om te twijfelen aan de kwaliteit van de rechterlijke uitspraken, maar de gerechtelijke achterstand is dodelijk. Dat is een oud zeer dat we al heel lang meeslepen. Justitie is een federale bevoegdheid waarover men al heel lang zegt dat er niet voldoende middelen en mankracht zijn.
Zal de zaak tegen 3M ook jaren duren?
Larmuseau: Er is een klacht met burgerlijkepartijstelling ingediend bij de onderzoeksrechter. Ik mag hopen dat die rechter zich momenteel buigt over het gerechtelijk onderzoek. Het is afwachten wanneer daar de eerste berichten over komen. De ervaring leert wel dat dat een aantal jaren kan duren. Intussen ligt er een dading waarin de overheid en dus de Vlaamse belastingbetaler 63 miljoen betaalt om het afval van 3M te verwijderen. Dat zijn onder meer de afvalhopen van 3M die in de veiligheidsberm komen en waarvoor de overheid de kosten ten laste had moeten leggen van 3M. Door al die handelingen te stellen, maakt men het eigenlijk onmogelijk 3M aansprakelijk te stellen. 3M kan tegen de rechter zeggen: u spreekt mij aan voor die grondwaterverontreiniging, maar door de grondwateronttrekking van Lantis zit die verontreiniging nu overal. Dat is niet langer ons probleem. Het is met dank aan de Vlaamse overheid dat de Vlaamse belastingbetaler volledig zal opdraaien voor die kosten van de verwijdering van de grootste verontreiniging met PFOS ter wereld.
U verdedigde die dading in eerste instantie.
Larmuseau: Ja, dat was fout. Ik heb gezegd: het gaat om een groot infrastructureel project. Daarbij ontmoet je onderweg tal van problemen. Daar moet je constructief mee omgaan. Dat je een dading afsluit als je op een verontreiniging stuit, is normaal. Maar toen kwamen de berichten over de extreem hoge PFOS-waarden en bleek men allang te weten dat daar een enorme vervuiling was met stoffen die we echt niet langer konden afdoen als emerging contaminants waar nog weinig van bekend is. Ik ben daar enorm door gechoqueerd. Wat zegt dat over onze Vlaamse maatschappij? Hoe weinig geven wij om die gezondheidseffecten? In Nederland zeggen ze: wij waren met de ontdekking van PFOS niet zo veel eerder dan jullie. Maar zodra het in Nederland doordrong om wat voor problematiek het ging, heeft men echt aan de noodrem getrokken. Bij ons is dat nooit gebeurd.
Hoe verklaart u dat?
Larmuseau: Ik vrees dat het helemaal is terug te leiden tot de publieke moraal. Een Nederlander verwacht heel veel van zijn bestuurder. Hij verwacht verantwoording, overleg en moreel besef. Natuurlijk zijn er in Nederland ook schandalen. Maar de manier waarop men dan reageert, is zo anders dan in Vlaanderen. Wij hebben die ingebakken zin voor compromis en het eeuwige relativeringsvermogen. Als de Raad van State of de Raad voor Vergunningsbetwistingen bij ons jaren na dato een overheidsbesluit vernietigt, komt het vaak voor dat de overheid aansluitend op dat vernietigingsarrest precies hetzelfde besluit neemt. Wij hebben bedrijven die al decennialang illegaal aan het exploiteren zijn ondanks een veelheid aan vernietigingsarresten. Zo werkt dat bij ons. Dat is onze publieke moraal. Een relativeringszin die nu tegen zijn grenzen aanbotst. Het moment is gekomen dat we een voorbeeld moeten nemen aan Nederland, want het absolute dieptepunt is nu wel bereikt.
Komt uw boodschap aan?
Larmuseau: Sommige politieke partijen zullen zonder twijfel ontstemd zijn over mijn optreden in de parlementaire onderzoekscommissie, over de inhoud maar zeker ook over de manier waarop ik het gebracht heb. Ze zullen het misplaatst hebben gevonden dat ik zo’n felle toon aansloeg.
Hebben ze dat recht in uw gezicht gezegd?
Larmuseau: Nee, ik ben een Vlaming en ik weet hoe je Vlamingen moet lezen. Toen Lucas Bergkamp deze week in de commissie een conservatieve inkijk gaf in enkel en alleen het burgerrechtelijk aansprakelijkheidsrecht – onder het geruststellende motto: bedrijven plegen geen misdrijven, laat staan overheden – werd hij door een commissielid nadrukkelijk bedankt voor zijn ‘serene toelichting’. Je zag die man denken: alles beter dan dat hysterisch mens van vorige week. (lacht)
Wij hebben bedrijven die al decennialang illegaal exploiteren ondanks talloze vernietigingsarresten. Zo werkt dat bij ons. Dat is onze publieke moraal.
Hebt u toch hoop dat er iets zal veranderen?
Larmuseau: Ik denk dat het drama dat zich nu voordoet ongekend is. Een wake-upcall is een veel te luchtig woord om te omschrijven wat er nu gebeurt in Vlaanderen. Dit overstijgt zelfs de dioxinecrisis. Een veelheid aan systeemfouten komt nu aan het licht. In de afgelopen dertig jaar heb ik zelden de behoefte gevoeld mij in het publiek te uiten. Als advocaat treed je natuurlijk altijd op voor een standpunt en een belang. Het zou misplaatst zijn om je vanuit dat ene belang in het debat te roeren. Maar nu liggen de zaken anders. Ik kan niet met mezelf verder leven als ik nu niet alles op alles zet om mee te helpen aan een kentering.
U raakte in het milieu geïnteresseerd op een natuurkamp op Schiermonnikoog. Kunt u vertellen wat u daar zo trof?
Larmuseau: De verpletterende desolaatheid. Het is een perfecte omgeving om jezelf en je leven ter discussie te stellen. Misschien moeten we de ceo’s van 3M en Lantis ook op natuurkamp sturen naar Schiermonnikoog.
Is bescherming van het milieu en de natuur uw diepste drijfveer?
Larmuseau: Ik denk dat ik op mijn best ben als ik opkom voor burgers en strijd tegen onrecht. De effecten op de volksgezondheid staan voor mij voorop. Dat ik zeg dat ik gek zou geworden zijn als ik in Zwijndrecht zou wonen als zwangere vrouw, heeft ook te maken met het feit dat ik bij mijn tweede zwangerschap toxoplasmose (een infectieziekte, nvdr) heb gehad. Daardoor was er grote onzekerheid of alles in orde was met mijn kindje. Ik heb me gedurende de hele zwangerschap op het ergste moeten voorbereiden. Het is gelukkig goed afgelopen, maar de onrust en onzekerheid die de inwoners in Zwijndrecht nu meemaken, kan ik mij levendig voorstellen. Ik denk elke dag aan die mensen. Het moet gekmakend zijn als je moet vaststellen dat de overheid je zo in de steek heeft gelaten.
Isabelle Larmuseau
– 1968: geboren in Gent
– 1991: diploma rechten aan de Universiteit Gent en de Universität Osnabrück
– 1994: Medewerker milieurecht aan de Universiteit Gent
– 1997: oprichter van het advocatenkantoor LDR, dat gespecialiseerd is in omgevingsrecht
– 1997: medewerking aan de wet op het verbod op asbest
– 1998-1999: medewerking aan de omzetting van de Europese Sevesorichtlijn in Belgisch recht
– 2006: oprichting Vlaamse Vereniging voor Omgevingsrecht
– 2011: lancering Tijdschrift voor Omgevingsrecht en Omgevingsbeleid
– 2015: docent omgevingsrecht aan de KU Leuven.
Het PFOS-debacle: lantis en het kabinet-demir reageren:
In een reactie laat de woordvoerder van Oosterweel-bouwheer Lantis weten dat de technische verslagen in eerste instantie ruimte lieten om grond met meer dan 70 microgram PFOS per kilo onafgedekt te gebruiken, maar dat Lantis intussen heeft besloten dat niet te doen. De bewering dat zij een misdrijf zou plegen, is dus naar inzicht van de beheersmaatschappij op een verkeerde premisse gebaseerd.
Verder ontkent Lantis dat er ‘afvalstoffen’ in de veiligheidsberm zullen belanden. Het stelt: ‘Voor de kwalificatie als stortplaats is het vooreerst vereist dat er sprake is van “afvalstoffen”. Aangezien wordt voldaan aan de regels inzake grondverzet, is er geen sprake van afvalstoffen (zie artikel 38 Materialendecreet), en dus ook niet van een stortplaats voor gevaarlijke afvalstoffen. Hoewel Lantis van oordeel is dat de grondhopen van 3M in de veiligheidsberm kunnen worden verwerkt, is ervoor gekozen om het grondverzet ten gevolge van de werken van Lantis te scheiden van de aanpak van de grondhopen van 3M. Deze laatste zullen dus voorlopig niet verwerkt worden in de veiligheidsberm.’
Het grondverzet zou volgens Lantis niet in strijd zijn met de Europese wetgeving omdat de concentratie PFOS in de verontreinigde grond ver onder de drempel van 50 milligram per kilo zou blijven.
Verder ontkent Lantis dat er in het grondwater een concentratie van 1,6 miljoen nanogram per liter is gevonden. (Die waarde staat evenwel vermeld in de omgevingsvergunning van 18 oktober 2018 aan de nv FLUXYS voor de grondwaterzuiveringsinstallatie, nvdr.)
Tot slot, zo reageert Lantis, ‘worden alle vereiste maatregelen genomen om verdere verspreiding van de PFOS-contaminatie in het grondwater te vermijden. Zo zal bijvoorbeeld de bouw van de Scheldetunnel grotendeels gebeuren in waterdichte bouwkuipen, zogenaamde polderconstructies.’
***
De woordvoerder van Zuhal Demir, Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, wil inhoudelijk niet reageren op de uitspraken van Isabelle Larmuseau. Hij laat weten: ‘Het komt de onderzoekscommissie of eventueel een rechtbank toe om te oordelen over gebeurlijke fouten, eventuele vervolgbare inbreuken of criminaliteit, niet een minister. Het is net om die reden dat onze minister voorstander was van de oprichting van deze onderzoekscommissie. Daarnaast loopt er met betrekking tot 3M een gerechtelijk onderzoek in handen van het parket van Antwerpen en is een procedure tot milieustakingsvordering in behandeling voor de vergunde Oosterweelwerken. Het lijkt wijs de verschillende uitspraken ten gronde door de bevoegde instanties af te wachten.’
De volledige reactie van de woordvoerder van Lantis kunt u lezen op www.knack.be
- Isabelle Larmuseau
- Universiteit Gent
- Katholieke Universiteit Leuven
- Indufin
- FBSA
- Robert Bilott
- DuPont
- Jacob de Boer
- Lantis
- Vlaams Parlement
- Europese Commissie
- Europees Agentschap voor Chemische Stoffen
- PFOS
- Europees Hof van Justitie
- Hof
- Bart De Wever
- N-VA
- Wim De Coen
- Raad voor Vergunningsbetwistingen
- Belgische Hof van Cassatie
- Raad van State
- Lucas Bergkamp
- Universität Osnabrück - 1994
- Universiteit Gent - 1997
- LDR
- Europese Sevesorichtlijn
- Vlaamse Vereniging voor Omgevingsrecht - 2011
- Zuhal Demir
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier