Knack zoekt 500 burgers voor FlowerPower De Tuin: ‘Dit is Maai Mei Niet voor diehards’
Hebt u genoten van Maai Mei Niet? Zet u dan maar schrap voor de editie 2022 met onder meer FlowerPower De Tuin, het grootste burgerwetenschapsonderzoek naar graslandherstel van West-Europa. ‘Onze wildste dromen kunnen uitkomen.’
Met meer dan 6200 deelnemers was de eerste editie van Maai Mei Niet een onverhoopt succes. 2500 mensen deden ook mee aan het Bloementelweekend. Elke dag legden ze samen een nectarbuffet aan voor 5 miljoen bijen en veel andere zeer nuttige insecten. 92 procent van de deelnemers gaf aan ook in de toekomst minder te zullen maaien. Zeer bemoedigend, maar het klimaat en de natuur zijn er niet mee gered. Een tweede editie in 2022 ligt dus voor de hand. 500 mensen zullen zelfs next level kunnen gaan, want Knack, Mijn Tuinlab en HOGENT gaan samenwerken voor FlowerPower De Tuin. Daarvoor zijn 500 burgers nodig die bereid zijn om 7 m2 van hun gazon om te toveren tot een levend laboratorium, leggen bio-ingenieur Stephanie Schelfhout en bioloog Jorunn Dieleman van HOGENT uit.
Als Maai Mei Niet iets heeft geleerd, dan is het dat mensen graag iets willen doen voor de natuur. Alleen weten ze niet altijd hoe
Stephanie Schelfhout, bio-ingenieur HOGENT
Schelfhout: ‘Het uitgangspunt van Maai Mei Niet is dat iedereen met een tuin iets kan doen voor de natuur, hoe groot of hoe klein ook. Zeker in Vlaanderen, want bijna 10 procent van onze oppervlakte bestaat uit tuinen. Onze gazons anders gaan beheren, al is het maar een klein stukje ervan, kan een gigantische boost zijn voor de biodiversiteit en misschien zelfs de klimaatcrisis helpen tackelen.’ FlowerPower De Tuin wil onderzoeken hoe je het best je gazon kunt omvormen tot bloemrijk grasland, zegt Dieleman. ‘Veel deelnemers aan Maai Mei Niet hebben gezien dat je niet zomaar meer bloemen in je gazon krijgt door eens een maand niet te maaien. Dat lag bij de eerste editie deels aan de weersomstandigheden. Mei was kouder en natter dan normaal, en dus groeide vooral het gras en groeiden en bloeiden de bloemen veel minder. Maar er spelen ook veel andere factoren.’
Wat is de precieze opzet?
Stephanie Schelfhout: We vragen de deelnemers om drie proefvlakken aan te leggen, van telkens 1,5 bij 1,5 meter. Het eerste vlakje ga je gewoon twee keer per jaar maaien. In het tweede wordt in het gazon een bloemenmengsel van een- en meerjarigen ingezaaid. In het derde proefvlakje zaaien we ook in, maar nadat de graszoden zijn verwijderd. Daarnaast vragen we ook om bodemstalen te nemen. Zo kunnen we heel precies en op grote schaal leren hoe je het best je gazon omvormt tot een bloemrijk grasland.
Jorunn Dieleman: Dit is Maai Mei Niet voor diehards. (lacht) Het is een engagement van twee jaar. Daarnaast vragen we om niet alleen bloemen, maar ook insecten te tellen. Dat is niet eenvoudig. Burgerwetenschap draait om een goed evenwicht tussen wetenschappelijkheid en laagdrempeligheid. Om dat te bereiken, willen we de deelnemers zeer nauw betrekken. Zo zullen we enkelen van hen uitloten om deel uit te maken van onze stuurgroep, tussen de experts.
Schelfhout: Als Maai Mei Niet iets heeft geleerd, dan is het dat mensen graag iets willen doen voor de natuur. Alleen weten ze niet altijd hoe. FlowerPower De Tuin zal daarop inspelen door op gezette tijden deelnemers te bevragen, in een Facebookgroep en door FlowerPowercafés met workshops, gespreksmomenten of een uitstap naar een van de sites van HerBioGras+, een veldexperiment naar graslandherstel.Het wordt geen eenrichtingsverkeer. Onze deelnemers zullen een schat aan praktische ervaring opdoen. En die ervaring willen we delen met het brede publiek.
Zullen de 500 deelnemers twee jaar lang een stukje van hun tuin kwijt zijn?
Schelfhout: Op die proefvakjes zul je niet kunnen voetballen, inderdaad. En het proefvlak waaruit je de graszoden verwijdert, zal er even niet zo mooi uitzien.
Dieleman: Het is heel belangrijk dat deelnemers weten dat de resultaten ook kunnen tegenvallen. Het bodemtype, hoe vaak de bodem bemest is geweest, de plantensoorten die al aanwezig zijn: het zijn zaken die het resultaat sterk kunnen beïnvloeden. Maar ook tegenvallende resultaten zijn waardevol. Wij willen ook nultellingen krijgen als die er zijn.
Schelfhout: Wij beseffen dat we veel vragen van de deelnemers. Maar ze zullen veel terugkrijgen, van inheemse bloemenmengsels tot advies. En ze werken mee aan wellicht het grootste burgeronderzoek naar graslandherstel in West-Europa. Met 500 bodemstalen en informatie van 1500 proefvakken zal de statistische power gigantisch zijn. Noem ons graslandnerds, maar wij en onze projectcoördinator An De Schrijver denken dat onze wildste dromen kunnen uitkomen. (lacht)
Waarom zijn die bloemrijke graslanden zo belangrijk?
Schelfhout: Ze hebben een heel hoge biodiversiteitswaarde. Het wereldrecord aantal soorten per vierkante meter staat op naam van een Argentijns grasland met maar liefst 89 plantensoorten op 1 m2. Het is pas wanneer je over hectares gaat spreken, dat bossen biodiverser zijn. Mensen kennen de natuurwaarde van bloemrijk grasland niet meer omdat we het amper nog zien. Onze zo typische bloemrijke graslanden van weleer zijn verdwenen, vooral onder druk van de intensivering van de landbouw. Momenteel bestaat slechts drie procent van de Vlaamse oppervlakte uit biologisch waardevolle graslanden, een fractie van een eeuw geleden. Als alle tuinen samen een klein beetje doen, dan kunnen we van die drie procent misschien vier maken. Dat lijkt weinig, maar het is een wezenlijke stap vooruit voor onze bestuivers, zoals bijen, hommels en vlinders.
Wat kunnen bloemrijke gazons betekenen in de strijd tegen de klimaatcrisis?
Schelfhout: Er is nog geen wetenschappelijke consensus over de vraag of bloemrijke graslanden meer koolstof opslaan dan intensief beheerde gazons. We zullen ook dat onderzoeken. Het klassieke gazon vraagt veel input, denk aan regelmatig bemesten en vaak maaien. Maar het geeft ook veel output: je blijft achter met veel grasmaaisel of biomassa. Wij vragen om dat systeem op de proefvlakken compleet te wijzigen. Minder maaien en stoppen met bemesten moet minder biomassa opleveren. Hoe dan ook zul je op die manier al minder koolstof uitstoten, want je zult minder benzine en meststof verbruiken. Dat is al een duidelijke winst voor het klimaat.
Dieleman: Dit bewijst nog maar eens het uitgangspunt van Maai Mei Niet: er zit een enorm potentieel in onze tuinen. Als een bloemrijk grasland het wereldrecord biodiversiteit per vierkante meter kan breken, dan weet je dat je helemaal geen gigantische tuin hoeft te hebben om een wezenlijk verschil te maken. Elk toefje bloemrijk gazon is een stapsteen voor insecten en helpt ons landschap te ontsnipperen. Dat is cruciaal voor het overleven van bijen, vlinders en andere insecten.
Mensen hoeven dus niet hun hele gazon op te offeren?
Schelfhout:Precies. Laat een strookje groeien of maai er een mooie vorm in. Check maaimeiniet.be of speur met de hashtag #maaimeiniet op sociale media rond. De kunstwerkjes die mensen van hun gazon maken, zijn heel inspirerend. Een biodivers gazon hoeft echt geen slordige wildernis te zijn.
Inschrijven voor FlowerPower De Tuin kan via mijntuinlab.be/projects/13/
Maai Mei Niet
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier