Marc Verachtert
‘Wateroverlast in de tuin? 3 tips om slim om te gaan met hevige regen’
‘De bodem van onze tuinen moet zich gedragen als een spons: water opnemen en vasthouden en terug afgeven als het nodig is’, schrijven Marc Verachtert en Bart Verelst met het oog op de voorspelde voorjaarsbuien. ‘Wie de koe bij de horens wil vatten, zal snel merken dat het nauwelijks iets kost om water te vergaren.’
Onafwendbaar in langdurige perioden van regenval: het ontstaan van plassen. Fietsers en voetgangers mijden ze als de pest. Bij hen roept een plas duidelijk geen nostalgische, bijna romantische gevoelens op. Wie spelende kinderen op en neer ziet springen in een waterplas, denkt daar anders over. Of denk aan vogels die uitbundig spelen en fladderen in het ondiepe water. En dan hebben we het nog niet over de esthetische meerwaarde die een plas biedt aan de tuin. Het wateroppervlak is een perfecte spiegel: je tuin lijkt dubbel zo groot als je schuin in die spiegel kijkt.
Ze zijn echter van tijdelijke aard, die plassen. En, laat ons eerlijk zijn: hoe tijdelijker hoe liever. Niemand loopt graag met natte kousen door de tuin. Het infiltratievermogen van een tuin zou zo groot moeten zijn dat er nooit plassen blijven staan. In veel gevallen is dit niet het geval en stroomt het water horizontaal weg, in plaats van verticaal in de bodem te zakken, waar het thuishoort.
Het klinkt als een truukje van weleer: het water afleiden naar een beek of de riool door een greppel te graven. Ook dit is geen oplossing op lange termijn. Hemelwater mag immers niet weggehoond te worden. Integendeel: we moeten wat neervalt koesteren, bij ons houden, opslaan, bufferen…. De bodem van onze tuinen moet zich gedragen als een spons: water opnemen en vasthouden en terug afgeven als het nodig is.
Wie de koe bij de horens wil vatten, zal snel merken dat het nauwelijks iets kost om water te vergaren.
1. Wadi of buienborder
Om een kleine wadi of buienborder uit te graven, volstaat een spade en gezond verstand. De toplaag van de wadi moet geschikt zijn om planten te laten groeien, de onderlaag moet goed waterdoorlatend zijn.
Wie, om welke reden dan ook, beschikt over té veel verharding, kan met een eenvoudig kanaaltje het afstroomwater naar de wadi leiden in plaats van de straatriolen er mee te voeden. Verharding wegnemen is ook geen slecht idee.
3. Infiltratiekorven
Het kàn ook duurder. Als we de producenten van bouw- en tuinmaterialen mogen geloven, is iedereen die geen kunststof infiltratiekorven onder zijn verharding heeft, diepongelukkig. Net als wie géén waterdoorlatende straatstenen gebruikt. Laat ons echter voor één keer de winstbejagende commerçanten negeren. Laat ons denken aan de natuur, het milieu én onze portemonnee.
2. Regentonnen en cubitainers
Een wadi is snel gemaakt, kanaaltjes zijn net zo snel gegraven. Wie hemelwater wil opvangen, kan dit in vaten of cubitainers doen. Het vergaarde water kan in de zomer dienstdoen om te tuin te bewateren.
3. Minder verharden, meer ontharden
Nieuwbouwers die het een topidee vinden om de garage helemaal achteraan op het perceel te zetten en dus genoodzaakt zijn een ellenlange (en vaak brede ) oprit aan te leggen, bijten vaak in het zand als ze bij hevige regenval tientallen meters moeten stappen alvorens ze hun wagen bereiken. Het gezond verstand zegt dat een carport of garage best zo dicht mogelijk bij de woonst staat. Al was het maar om de stappenteller niet in het rood te jagen als de boodschappen uitgeladen worden.
Toch rijzen ze nog als paddenstoelen uit de grond: nieuwbouwprojecten die uitgevoerd zijn in gitzwarte bakstenen en waar de garage 50 meter achter de woonst ligt. De zwarte bakstenen nemen ’s zomers veel warmte op, zodat binnenshuis de airco een standje hoger moet. De straatstenen die de oneindig lange oprit vormen, leiden ’s winters alle water naar de goot en ’s zomers wordt de verharde oppervlakte zó groot dat blootsvoets lopen geen optie meer is. Net als het terras dat vakkundig aangelegd is in blauwe hardsteen. Die hardsteen heeft de neiging enorm veel warmte op te slaan zodat het ’s zomers quasi onmogelijk is om er barrevoets over te wandelen.
Eigenlijk kunnen we ons een hoop geld besparen door niet te veel te verharden wanneer we nieuwbouwen, en door te ontharden waar het kan bij bestaande woningen. Verharding laten aanleggen kost heel veel geld en in vele gevallen is het sop de kolen niet waard. Een klein – al dan niet houten – terrasje in een oase van groen heeft, naast de esthetische meerwaarde, niets dan voordelen. De opwarming bij hoge temperaturen is te verwaarlozen, een klein terras kost bij aanleg minder dan een groot, de groene plantenborder errond bevordert de biodiversiteit, tussen de planten is waterinfiltratie gegarandeerd én planten geven schaduw en koelte.
Luister naar je tuin, hart en portemonnee. Het zal snel duidelijk worden dat een moderne, klimaatvriendelijke aanpak nìet per se gepaard gaat met investeren in moderne, trendy materialen. We moeten durven terugschakelen. Blote grond, borders, bloemenweiden en grasperkjes kosten quasi niets, en ze leiden tot onvoorstelbare resultaten op vlak van klimaatbeheersing en waterhuishouding in de tuin.
Begin maart publiceren Marc Verachtert en Bart Verelst het Zakboek voor de sponstuin. Onthard je tuin tegen intense regen en extreme droogte. Eerder schreven ze al samen het Zakboek voor de Klimaattuin.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier