Maak kennis met de rouwbakfiets: ‘Ook na de dood kun je nog ecologisch zijn’
Het is een primeur voor België: bij begrafenisondernemer Aeternia kun je je met een cargofiets naar je laatste rustplaats laten brengen. Een cruciale stap naar groenere uitvaarten, maar de wetgeving blijft achter.
Uit stof zijt gij geboren, tot stof zult gij wederkeren. En tussenin stoot u een hoop fijnstof en broeikasgassen uit. Wie ecologisch door het leven gaat, probeert die uitstoot tot een minimum te beperken. Maar ook na de dood blijft u nog even uitstoten: zelfs een begrafenis belast het klimaat.
Daar wil Cédric Vanhorenbeke wat aan doen. Net als zijn grootvader en vader is hij begrafenisondernemer. Tien jaar geleden stapte hij uit de familiezaak en richtte de coöperatie Alveus op om ecologische uitvaarten te organiseren. Als kers op de groene taart is Cédric nu eigenaar van de eerste elektrische bakfiets in België die dienstdoet als lijkwagen.
Hoe kwam u op het idee van de ‘rouwbakfiets’?
Cédric Vanhorenbeke: Lijkwagens hebben grote V8-motoren en verbruiken al gauw 13 liter per 100 km. Vanuit ecologisch oogpunt kon ik dat niet langer verantwoorden. Eerst had ik het plan om een elektrische auto als lijkwagen te gebruiken. Tesla heeft rouwauto’s in zijn gamma, maar die zijn bijzonder duur. Toen de cargofietsen aan populariteit wonnen, begon ik te denken aan die mogelijkheid.
Was u de eerste met het idee om een bakfiets om te bouwen tot lijkwagen?
Vanhorenbeke: Nee, in Parijs was er al een vrouw met een corbicyclette (samentrekking van corbillard (lijkwagen) en bicyclette, nvdr.). Ik heb haar opgezocht, maar haar fiets had een heel lange voorkant, waardoor je een slecht zicht op de weg had. In onze rouwbakfiets zit de kist diagonaal gekanteld, zodat de bestuurder de weg wel goed ziet. Bovendien heb ik camera’s voor- en achteraan om het verkeer in het oog te houden.
Zult u met uw rouwbakfiets een wezenlijk verschil maken in de strijd tegen de klimaatopwarming? Is hij niet eerder een promostunt?
Vanhorenbeke: De rouwbakfiets heeft natuurlijk een symbolische waarde. Hij is het sluitstuk van een lange zoektocht naar het meest ecologische uitvaartconcept. Ook de kist of urne, de keuze van teraardebestelling en dergelijke spelen een grote rol. Een crematie verbruikt gemiddeld 30 liter benzine. Dat is niet enorm, maar voor iemand die al vijftig jaar met de fiets rijdt, is het niet consequent om na zijn dood plots wel te vervuilen. Daarom bieden wij ook kisten uit gerecycleerde materialen aan.
Waarin verschilt een uitvaart met de rouwbakfiets nog van klassieke uitvaarten?
Vanhorenbeke: Ik heb de rouwbakfiets nog maar enkele weken, de eerste uitvaart moet nog plaatsvinden. Het zal ongetwijfeld een heel andere ervaring zijn dan een klassieke rouwstoet. We zullen traag naar de laatste rustplaats fietsen. Iedereen die wil, kan meefietsen en onderweg een praatje slaan. We stippelen rustige routes uit langs parken, zodat we onderweg ook pauzes voor bezinning kunnen inlassen.
U stamt uit een familie van begrafenisondernemers. Waarom bent u uit de zaak van uw vader gestapt?
Vanhorenbeke: Ik vind het moreel verwerpelijk hoe veel begrafenisondernemers te werk gaan. Dan heb ik het niet alleen over het ecologische aspect, maar ook over de prijs. Een doodskist die 200 euro kost, wordt soms verkocht voor 2000 euro. Dat vind ik niet normaal. Hoe kun je aan een rouwende familie een maandsalaris vragen voor één telefoontje om die kist te bestellen? Uit die verontwaardiging is de coöperatie Alveus gegroeid, die ondertussen 300 leden telt.
Wat houdt een ecologische uitvaart verder nog in?
Vanhorenbeke: Vroeger lachten collega’s met me toen we een rieten doodskist in ons gamma opnamen. Ze vergeleken ze met een wasmand. Vandaag wil iedereen ‘eco’ zijn en doen veel begrafenisondernemers zich groener voor dan ze zijn. Als een ‘ecologische kist’ uit China of Indonesië komt, is dat quatsch. Vraag altijd naar de herkomst van het hout.
Als wij een lokale vakman vragen om een houten kist te maken, is dat met gecertificeerd hout uit duurzaam beheerd bos. Maar we verkiezen urnen en kisten uit karton of wilg. Uit gerecycleerd karton kun je makkelijk een kist maken. Onze specialiteit zijn gevlochten ‘levende urnes’ van wilgentakken. Als je die in de grond steekt, groeit er een wilg uit.
Is dat allemaal wel wettelijk?
Vanhorenbeke: We doen niets buiten de wet. Vlaanderen heeft altijd kartonnen doodskisten toegestaan. In Wallonië zijn ze pas sinds 2016 legaal. Bovendien heeft Vlaanderen een verbod op onnatuurlijke materialen in doodskisten. In Wallonië kun je nog steeds plastic of polyester in een kist verwerken, wat uiteraard vervuilend is. Vlaanderen loopt echt voorop.
Is in Vlaanderen dan alles mogelijk op het vlak van ecologisch sterven?
Vanhorenbeke: Nee, er zijn innovatieve methodes die in het buitenland kunnen en hier niet. Elke maand krijg ik vragen over humusatie, wat neerkomt op het laten composteren van het lichaam. Je wordt niet begraven of gecremeerd, maar gewikkeld in een bio-afbreekbare linnen doek en op de bodem gelegd met een laag plantaardige mix eroverheen.
Waarom? Als je een lichaam meters diep begraaft, kan het niet natuurlijk ontbinden. Zo diep onder de grond is er geen zuurstof voor insecten en organismen die het lichaam afbreken. Daar mummificeert of fermenteert het lichaam, wat ervoor zorgt dat er vervuilende vloeistoffen als ammoniak uit het lichaam lekken. Humusatie kan dat vermijden, maar het is wettelijk niet toegestaan in België.
Zijn er nog innovatieve alternatieven voor cremeren of begraven die bij ons nog niet kunnen?
Vanhorenbeke: Je kunt ook oplossen in water. Dat is energiezuiniger dan cremeren, maar de afvalstoffen komen in het water terecht, dus dat is geen goed idee. Cryomatie, een vorm van biocrematie, vind ik wel interessant. Daarbij wordt het lichaam gevriesdroogd en op een triltafel gelegd die de moleculen afbreekt. Zo kom je ook bij een hoopje as uit, maar zonder de uitstoot van de crematie.
Tot slot: bent u zich bewust van het negatieve imago dat bakfietsen bij sommige Vlamingen hebben?
Vanhorenbeke: Dat hebben we al gemerkt op sociale media, ja. Dat fanatieke autobestuurders de rouwbakfiets ‘brol’ vinden, daar heb ik vrede mee. Wij willen automobilisten zo min mogelijk storen. We zoeken voor onze rouwstoet groene ruimtes en fietspaden op. Wees gerust, ik ga niet op de autoweg rijden met de rouwbakfiets.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier