James Lovelock: ‘Een gigantisch zonnescherm kan de klimaatopwarming meteen stoppen’
Zwavel in de lucht pompen. Een zonnescherm van 160 kilometer doorsnede in de ruimte hangen. Meer kernenergie. Artificiële intelligentie. Aan oplossingen voor de opwarming van de aarde geen gebrek in het nieuwe boek van de intussen 100-jarige Britse wetenschapper James Lovelock.
De honderdjarige Engelse natuurwetenschapper en uitvinder James Lovelock heeft meer dan 50 patenten op zijn naam. Zijn onderzoek strekt zich uit over de medische wetenschap, de biologie en de geofysiologie. Samen met het Amerikaans ruimtevaartagentschap NASA zocht hij naar leven in het heelal. In de jaren 60 ontwikkelde hij de ‘Gaia-hypothese’ die de aarde en haar bewoners als een zelfregulerend systeem voorstelt. De theorie die eerst als esoterisch werd afgedaan, vond toch ingang in de klimatologie. Lovelock houdt van provocatie. Ook zijn nieuw boek ‘Welkom in het Novaceen’ zal veel klimaatactivisten tegen hem in het harnas jagen. Hij woont met zijn vrouw Sandy in een klein huisje aan het strand in het Engelse graafschap Dorset.
Hoe schat u de overlevingskansen van onze planeet in?
Lovelock: Gaia wordt bedreigd door een dubbel gevaar. Onze zon wordt langzaam heter en heter. Ooit zal ze al het leven op aarde verbranden. Daarnaast versnelt de mens dat proces nog kunstmatig met broeikasgassen. Dat is heel erg dom van ons.
Geeft de protestbeweging van de klimaatjongeren u hoop?
Lovelock: Nee, dat zijn gewoon leerlingen en studenten die veel te veel tijd hebben en de straat op gaan om een thema op te blazen.
Kunnen die protesten geen verandering brengen in het milieubeleid?
Lovelock: Och, politici moeten geen aandacht besteden aan dat soort protesten. Die houden vanzelf weer op eens er een nieuw thema de kop opsteekt.
Welke acties moeten politici dan ondernemen tegen de klimaatopwarming?
Lovelock: Kijk, we vliegen allemaal veel te veel. De prijs van een vliegtuigticket moet omhoog. Maar wie de uitstoot van koolstofdioxide echt wil verminderen, moet vooral inzetten op kernenergie. Veel mensen zijn er bang voor, maar kernenergie is extreem betrouwbaar.
Wie de uitstoot van koolstofdioxide echt wil verminderen, moet vooral inzetten op kernenergie.
Dat zien de slachtoffers van Tsjernobyl en Fukushima anders.
Lovelock: In 2011 heeft de tsunami in Japan ongeveer 20.000 mensenlevens geëist. Bij de kernramp in Fukushima is bijna niemand omgekomen.
In veel gevallen steekt kanker pas veel later de kop op.
Lovelock: Ik heb de laatste jaren wel tien keer kanker gehad, dat was helemaal niet zo erg. Je hebt gewoon een goede dokter nodig. Die opereert je en dat is het dan. Jammer genoeg wachten mensen vaak te lang waardoor de behandeling moeilijk wordt.
Ik heb de laatste jaren wel tien keer kanker gehad, dat was helemaal niet zo erg.
Was de kernuitstap in Duitsland een vergissing?
Lovelock: Zeker. Frankrijk doet het helemaal anders. Ik heb er verschillende kerncentrales bezocht. Ik stond naast een opslagbassin met brandstofelementen en mijn meetapparaat toonde een beduidend lagere stralingswaarde aan dan op eender welke andere plaats. Ik had zowaar kunnen baden in het water, het had een aangename temperatuur.
In uw nieuwe boek stelt u voor een soort zonnescherm tussen de aarde en de zon te plaatsen om de opwarming tegen te gaan. Meent u dat echt?
Lovelock: Een scherm met een diameter van zo’n 160 kilometer tussen de zon en de aarde zou de opwarming meteen stoppen.
Is zoiets betaalbaar?
Lovelock: Het zou niet meer kosten dan een bemande Marsmissie.
Is het zinvol om als plan B Mars te koloniseren, zoals Elon Musk van plan is?
Lovelock: Elon Musk heeft te veel sciencefiction gelezen. Als ik zoveel geld zou hebben als hij, zou ik het niet verkwisten aan de kolonisering van Mars. Het is daar verschrikkelijk, je kunt de lucht niet inademen en de druk van atmosfeer is maar een fractie van wat je op de Mount Everest zou ervaren. We zouden dat geld beter investeren in het redden van de aarde.
‘Als ik zoveel geld zou hebben als Elon Musk, zou ik het niet verkwisten aan de kolonisering van Mars.’
Hebt u nog meer ideeën om de aarde af te koelen?
Lovelock: We kunnen zwavelgas in de atmosfeer pompen waardoor er koelende wolken ontstaan, zoals na een vulkaanuitbarsting.
Begrijpen we de planeet goed genoeg om ons aan zulke experimenten te wagen?
Lovelock: Er zijn altijd onvoorziene neveneffecten. Jammer genoeg is de huidige wetenschap niet genoeg uitgerust om de globale verbanden te begrijpen. Aan de universiteit leren studenten alleen maar hoe ze voor hun examens kunnen slagen. Universiteiten zouden ze moeten afschaffen.
U maakt een grapje?
Lovelock: Nee, dat meen ik. Het meeste van wat ik weet, heb ik in het laboratorium geleerd. Niet aan de universiteit. Als ingenieur moet je de globale verbanden kunnen zien, als wetenschapper niet. Het vliegtuig van de gebroeders Wright werd niet gebouwd door wetenschappers in een lab maar door twee practici op het strand. De kathedralen zijn gebouwd door handwerkers die hun gevoel volgden.
‘Universiteiten zouden ze moeten afschaffen.’
Hoe bent u bij de milieukunde terechtgekomen?
Lovelock: In de jaren 40 maakten we in het zuiden van Engeland vaak zonnige dagen mee. In de jaren 50 werd het steeds mistiger, vooral wanneer de wind uit Europa overwaaide. In die tijd geloofde iedereen in een natuurlijke oorzaak. Ik niet. Ik besloot op onderzoek uit te gaan en begon chloorfluorkoolstoffen (cfk’s) te meten. Die worden door mensen geproduceerd. De concentratie cfk’s was inderdaad drie keer zo hoog wanneer de wind uit Europa kwam in plaats van over de Atlantische Oceaan.
Hoe hebt u dat gemeten?
Lovelock: Ik heb toen in twee weken een nieuw soort meetapparaat in elkaar geknutseld, dat enorm nauwkeurig was. Die nauwkeurigheid had echter ook nadelen. Zo ben ik eens meegevaren met een Duits onderzoeksschip op de Atlantische Oceaan. Daar gebruikten ze spuitbussen voor praktisch alles waardoor ik aan boord niet kon meten. Ik heb me dan maar in een klein rubberbootje gezet en liet me achter het schip meetrekken op de Sargassozee. Dat was een geweldige ervaring, ik kon voelen hoe gigantisch de oceaan is.
Waar komt uw liefde voor de natuur vandaan?
Lovelock: Die heb ik van mijn vader. In zeker opzicht was hij een jager-verzamelaar. Hij had twaalf broers en zussen. Na de dood van mijn grootvader moesten zij zichzelf zien te redden. Hij kende de leefgebieden van planten en dieren maar had geen echt opleiding genoten. Hij heeft me veel geleerd tijdens onze lange wandelingen, bijvoorbeeld hoe je een forel vangt met je blote handen. Hij geloofde dat hij in de best mogelijke wereld leefde.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog verrichtte u medisch onderzoek naar brandwonden. In het kader van dat onderzoek moest u de huid van konijnen verschroeien maar dat weigerde u. Waarom?
Lovelock: Zou u een konijn kwellen?
Als het een mensenleven zou redden?
Lovelock: Bah, hoe weerzinwekkend. Ik bracht nog liever mezelf brandwonden toe. Dat was pijnlijk maar je kan eraan wennen. Zo kon ik vroeger een brandende sigaret uitduwen op mijn hand. Dat is veel beter dan me slecht te voelen omdat ik een levend wezen heb gemarteld.
Handelde u vanuit religieuze overtuigingen?
Lovelock: Misschien wel, ik was toen lid van de Quakers (een protestantse geloofsgemeenschap, nvdr.). Maar dat vond mijn vrouw niet goed daarom ben ik uitgetreden. Quakers hebben nochtans een mooie definitie van God, ‘de stille stem binnenin’.
In uw boek legt u de focus op artificiële intelligentie als redder van het klimaat. Ons geweten speelt een minder belangrijke rol. Waarom?
Lovelock: Dat is niet alleen hoe ik het zie maar ook hoe veel experten het zien. Niet zo lang geleden had ik de programmeur Demis Hassabis op bezoek. Hij ontwierp het AI-programma dat de wereldkampioen in het denkspel Go versloeg.
Wat als die kunstmatige intelligentie zich tegen de mens keert?
Lovelock: Artificiële intelligentie kan tienduizend maal sneller denken dan de mens. Dat is ongeveer het snelheidsvoordeel dat de mens tegenover planten heeft. Maar wij sparen de planten ook omdat ze ons van voedsel voorzien.
Die kijk op artificiële intelligentie als heilbrenger klinkt nogal goedgelovig.
Lovelock: Het zou niet de eerste verbazingwekkende sprong in de evolutie zijn. Al het leven is door eindeloos veel toevalligheden ontstaan uit organische chemie, uit het puin van sterrenexplosies. In dat opzicht is het opduiken van intelligente cyborgs maar een kleine volgende stap.
‘Het opduiken van intelligente cyborgs is maar een kleine volgende stap in de evolutie.’
Is het die hoop die u zo vrolijk en fit houdt?
Lovelock: Ach, weet u, als je 100 jaar oud bent, begin je je af te vragen welke grote gebeurtenissen er zich nog kunnen afspelen tijdens je leven. Opgeven is gemakkelijk. Maar om de een of andere reden voel ik een zeer diepe tevredenheid. Als ik ’s ochtends wakker word, dank ik vaak ‘Wat een prachtige wereld! Ik leef hier met mijn vrouw, we houden van elkaar, wat zou ik me nog meer kunnen wensen?’
James Lovelock, ‘Welkom in het Novaceen’, Atlas Contact, 176 blz., 19,99 euro
© Der Spiegel
Vertaling: Cynthia Van Muylder
Lees ook: 11 oplossingen voor het klimaat: ‘Ja, technologie kan ons redden’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier