Diep in de oceanen
Met haar project Mission Blue geeft Sylvia Earle de oceanen plekken vol hoop. De leden van de antarctische expeditie Under The Pole zagen het ijs smelten. En Luiz Rocha wil diepe koraalriffen bestuderen om de ondiepe te redden. Diep in de oceaan werken uitzonderlijke mensen aan een betere wereld.
In partnership met Rolex
‘We moeten de planeet behandelen alsof ons leven ervan afhangt, en dat is ook zo.’ Met haar project Mission Blue – de installatie van honderden Marine Protection Areas (MPAs), ook ‘Hope Spots’ genoemd – wil de Amerikaanse mariene biologe Sylvia Earle 30 procent van de oceanen beschermen tegen 2030. Momenteel is slechts 8 procent beschermd.
‘We hebben lang gedacht dat de oceanen zo groot en veerkrachtig waren dat er ze niets kon overkomen’, zegt Earle, een Rolex Testimonee sinds 1982. ‘Maar in enkele decennia tijd verstoorden we de planetaire systemen en nu pas beseffen we hoe belangrijk de oceanen zijn.’
Sylvia Earle spendeerde meer dan zevenduizend uren van haar leven onder zee. ‘Wanneer je duikt, weet je nooit wat je gaat vinden. Je weet alleen dat het iets fantastisch zal zijn. Bij elke duik zie ik nieuwe dingen. Niet alleen nieuwe specimen, maar ook nieuwe bewegingen en ik verwerf nieuwe inzichten in hoe de oceanen functioneren en hoe ze zich verhouden tot wat er op het land gebeurt. Het is telkens een les in nederigheid: onder water worden we geconfronteerd met onze beperkingen als wezens die lucht nodig hebben om te leven.’
In 1970 leidde ze het project Tektite II: een team van louter vrouwelijke aquanauten verbleef toen twee weken in een laboratorium op de bodem van de oceaan bij de Maagdeneilanden. ‘De vissen kregen ineens een gezicht. Dat was een ontdekking, het was me in meer dan duizend duikuren niet opgevallen. Maar nu merkte ik dat geen twee vissen dezelfde zijn. We hebben allemaal ons DNA en dat geldt ook voor vissen. Sinds Tektite II eet ik geen vis meer.’
In de jaren vijftig begon Sylvia Earle als jonge wetenschapper de oceanen te exploreren. ‘Intussen hebben we veel over de oceanen geleerd. Ook waarom ze zo belangrijk zijn. Het is een illusie dat iemand zonder de oceanen zou kunnen leven. Zelfs al krijg je in je leven de oceanen nooit te zien, dan nog raken ze je elke keer als je ademhaalt en bij elke druppel water die je drinkt.’
‘De oceanen regelen het klimaat en het weer. Ze creëren de planetaire chemie, ze bevatten 97 procent van het water op aarde en zijn verantwoordelijk voor meer dan de helft van de zuurstof in de atmosfeer. Oceanen zijn de hoeksteen van het leven op aarde. Geen blauw, geen groen. Geen oceanen, geen leven.’
Bij elke duik ontdekte Sylvia Earle nieuwe dingen, maar stelde ze ook vast: het gaat niet goed met de oceanen. ‘De helft van de koraalriffen, wierwouden, mangroves en kustmoerassen is verdwenen. Ongeveer 90 procent van de vissoorten die we graag op het menu zetten, is verdwenen of wordt in hun voortbestaan bedreigd. De chemie van de oceaan verandert door de toevoeging van kooldioxide; in de oceaan wordt die omgezet tot koolzuur. Daar komt nog het afval van het land bij, dat we zelf in de oceanen storten of dat via het grondwater of de rivieren in de oceanen terecht komt.’
Op de schuldvraag geeft ze het antwoord dat iedereen kent. ‘Menselijke activiteiten liggen aan de oorsprong van de problemen’, bevestigt Earle. ‘Veel onheil komt van technologieën die de mens in oorlogstijd ontwikkelde en nadien aanwendde om de snelheid en het volume van het verschepen te verhogen, en voor de vondst, vangst en marketing van het oceanische wildlife op een industriële schaal. Neem nu sonar. Dat werd ontwikkeld om duikboten te detecteren en wordt nu ingezet om vis te vinden.’
‘Nieuwe materialen ? synthetische netten, vooral ? maakten de uitrusting om te vissen betaalbaarder en duurzamer, maar ook bedreigender voor het leven in zee. De oceanen raken verstopt door weggegooide of verloren netten, lange vislijnen, vallen en andere tuigen die miljoenen vissen, mariene zoogdieren en vogels doden. De illegale, niet gerapporteerde visserij neemt miljoenen vissen weg bovenop honderd miljoenen tonnen die legaal worden gedood. De wetten die de visserij regelen, moeten dringend aan de realiteit van de veranderde en veranderende oceaan worden aangepast. De marketing van ocean life ontwikkelde bij brede lagen van de bevolking meer trek in seafood. Maar wie de ocean wildlife consumeert, stelt zich bloot aan wat deze dieren hebben gegeten en waarin ze hebben rondgezwommen. Al dat materiaal wordt op moleculair niveau afgebroken tot toxische partikels.’
Sylvia Earle startte in 2009 met Mission Blue. ‘Ik wil wereldwijd zoveel mogelijk mensen en instanties verenigen en zo de bekommernis om natuurbescherming versterken. Hope Spots zijn vitale plekken voor de gezondheid van de oceanen. Het kunnen gezonde zones zijn, maar ook bedreigde of beschadigde. Vaak gaat het om ecologisch en/of sociaaleconomisch relevante area’s, bijvoorbeeld plaatsen waar mensen rechtstreeks afhankelijk zijn van een gezonde mariene omgeving. We bestuderen, revitaliseren en beschermen die plekken.’
‘Exploratie ligt aan de basis van Mission Blue: de oceanen beter leren kennen. Die kennis willen we zo breed mogelijk delen. Het is belangrijk dat we mensen inspireren en tot actie bewegen. Zodat ze zeggen: om deze plek van de oceaan geef ik, ik wil er een Hope Spot van maken. Want iedereen kan een Hope Spot nomineren.’
Mission Blue werkt met Champions, dat zijn lokale projectmanagers. ‘Lokale gemeenschappen nomineren Hope Spots en ze worden ook bij de bescherming betrokken. Doorgaans komen ideeën om een area te beschermen van een centrale regering die het dan aan de lokale gemeenschap oplegt. Dat wekt lokaal doorgaans niet het gewenste engagement op. Mission Blue echter vertrekt vanuit de lokale gemeenschap, die hoeft dus niet meer te worden aangespoord. Lokaal engagement is een sleutel voor milieubehoud op de lange termijn. Mission Blue fungeert als een katalysator van die lokale inspanningen. We verlenen bijstand. Soms geven we Champions een internationale stem zodat ze op een hoger niveau worden gehoord en hun project hoger op de agenda komt.’
Ziet Sylvia Earle ook redenen voor klimaatoptimisme? ‘Ja, ik zie ook positieve verandering. Er zijn nu meer walvissen en schildpadden dan toen ik een kind was, omdat de meeste landen ze nu beschermen. Waar we beschermde zones installeren, herstellen de dieren. Globaal gezien gaat het de jongste jaren wat beter met de oceanen, maar de problemen worden wel dringender. Er dreigen onomkeerbare veranderingen. Zodra je het punt van no return passeert, zullen er soorten uitsterven.’
Maar net dat punt van no return voedt ook hoop. ‘Dit is een moment dat de mensheid nog niet eerder kende – namelijk dat we ons realiseren dat de aarde in gevaar verkeert. Elke actie die je onderneemt heeft een wereldwijde impact. Zelfs kleine dingen maken een verschil. Wat je met je afval doet, hoe vervuilend je daden zijn, de keuze van wat je eet of niet eet – dat heeft allemaal verstrekkende gevolgen. Niemand kan alles doen, maar iedereen kan iets doen om de planeet te redden.’
Iedereen. Ook amateurwetenschappers. ‘Dat doen ze nu al’, geeft Sylvia Earle aan. ‘Vele duikers ruilden hun harpoengeweren in voor camera’s. Wat een wetenschapper onder water doet, kan iedereen, zelfs een kind. Je hoeft niet academisch gevormd te zijn om een relevante bijdrage te leveren.’
Academisch gevormd is zijzelf uiteraard wel. ‘Men noemt mij een milieuactivist, maar ik blijf mezelf zien als een wetenschapper. Ik exploreer en ik informeer. Exploratie opent onze ogen: kijk, dit gebeurt er met de ecosystemen van de aarde. Rolex’s Perpetual Planet initiative legt dezelfde klemtoon: exploratie als middel om de planeet te beschermen.’
Rolex zette in 2014 zijn schouders onder Mission Blue. Sylvia Earle: ‘Dankzij Rolex kon Mission Blue het aantal Hope Spots uitbreiden. We hebben er nu meer dan 130, een verdrievoudiging sinds 2014. Het netwerk van Mission Blue groeit sneller dan ooit. In 2020 overschreden we de kaap van een miljoen volgers. De Champions verzamelen bewijsmateriaal, voeren studies uit, posten blogs, documenteren hun natuurlijke omgeving en veranderen hun gewoonten. Sinds 2014 steunde Rolex dertig expedities. En ze helpen ons bij de uitbouw van onze communicatieteams en digitale platformen. Rolex doet wat elk bedrijf, elk land en eigenlijk ieder van ons zou moeten doen: proberen van de wereld een betere plaats te maken.’
Duiken onder het smeltende poolijs
In 2010 reisde de Deepsea Under The Pole by Rolex-expeditie onder leiding van de Fransman Ghislain Bardout naar de Noordpool. Daar voerden de acht bemanningsleden onder leiding van de Fransman Ghislain Bardout wetenschappelijke experimenten uit op en onder de ijskap. Voor Bardout werd een jongensdroom werkelijkheid: hij had een fascinatie voor de Noordpool en zocht vergeefs naar arctische onderwaterfoto’s.
Alleen al ter plekke geraken bleek een kolossale onderneming. De voorbereiding nam bijna drie jaar in beslag: planning, fundraising, research, logistiek, fysieke en mentale training. ‘Toen het vliegtuig ons op 26 maart 2021 op de Noordpool dropte, voelde dat als het einde van de expeditie, terwijl ze nog moest beginnen’, vertelt Bardout.
Het team ondernam een twee maanden durende skitocht van 800 kilometer naar Ellesmere, het Canadese eiland in de Noordelijke IJszee, op het bewegende poolijs. Onderweg stopten ze geregeld en schoten bij het scubaduiken beelden onder het ijs. Toen ze 89°19′ NB bereikten, begreep Bardout dat de aanpassing aan de polaire omstandigheden de grootste uitdaging vormde. De buitentemperatuur bedroeg min 40 graden Celsius toen ze voor het eerst doken, ‘de eerste dagen waren een hel’, getuigt Bardout. ‘We hadden strenge kou verwacht, toch kwam het als een schok. De kou trok door alle lagen van onze kleding en sneed in ons vel. Bevriezing was een constante vijand.’
Bovendien begon het materiaal bijna onmiddellijk te breken: metaal knapte, plastic verbrijzelde, het simpelste mechanisme weigerde dienst. Bardout: ‘Alleen de Rolex-horloges bleven onberispelijk functioneren.’
Bij een van de eerste duiksessies liep het duikpak van Emmanuelle Périé, de vrouw van Bardout en het enige vrouwelijke expeditielid, vol met ijswater. En dat was niet de enige beproeving, vertelt ze. ‘Probeer je maar eens in te beelden hoe we ons na een duik bij temperaturen van min 45 probeerden droog te wrijven. En toen we onze kleren droogden in de uitlaat van onze generator, vatte mijn parka vuur. Met zulke zaken werden we de eerste dagen geconfronteerd. Het was heftig.’
Bardout, met meerdere arctische expedities op zijn cv, onderkende het gevaar, en riep een moratorium op duiken af. Eerst moest het team zijn evenwicht hervinden en zich aan de brutale omstandigheden aanpassen. De volgende tien dagen kampeerden ze, gingen zeven uur per dag skiën om hun conditie op peil te houden, herstelden hun uitrusting en bewogen zich zuidwaarts verder over drijvend ijs.
‘Het was een cruciale beslissing’, meent Bardout. ‘Uit ervaring weet ik dat de eerste tien, twaalf dagen een expeditie maken of kraken. Hadden we onszelf en de zaken niet onder controle gekregen, dan had de expeditie op een drama kunnen eindigen.’
In die wachttijd van tien dagen warmde het op, maar dat bleek geen onverdeeld goed nieuws. Begin april klom de temperatuur in 24 uur tijd op van min 40 naar min 1, wat stormwinden veroorzaakte en de vaste ijsvelden veranderden in een warboel van ijsblokken (ter hoogte van buildings) in open water. De wind joeg de ijsschotsen waarop ze zich bevonden meer dan 30 kilometer van hun bestemming weg. Zo erbarmelijk waren de omstandigheden dat het bevoorradingsvliegtuig niet kon landen en de pakketten met parachutes moest droppen – ver weg van het kamp om breuken in het ijs te vermijden en ook om te voorkomen dat ze in het open water zouden vallen. Gelukkig werden de weersomstandigheden gaandeweg gunstiger en werden de duiksessies hervat. Het team vond zijn ritme.
In samenwerking met de Géo Scaph Association kon de expeditie de invloed van de poolzee op de menselijke fysiologie, vooral dan de lichaamstemperatuur, meten. En voor klimatoloog Christian Haas van de Alberta University in Canada verzamelde het team data over de dikte van de sneeuw- en ijslaag.
In de weken dat ze op de Noordpool verbleef, documenteerde Deepsea Under The Pole by Rolex de signalen van klimaatverandering, inbegrepen het smelten van de bodem van de ijslaag, die volgens Bardout en Périé (ze waren in 2007 en 2008 al op de Noordpool geweest) merkelijk dunner en kwetsbaarder wordt.
‘Wanneer de zon schijnt, smelt het ijs – dat is een natuurlijk proces’, legt Bardout uit. ‘Zodra de lente aanbreekt, gebeurt dat al duizenden jaren op de Noordpool. Maar nu zagen we grote gebieden van open water en ijsberen die zwemmend grote afstanden aflegden, en dat is niet normaal. De ijskap smelt voor onze ogen en ze herstelt niet. De meeste mensen denken dat alleen de toppen van ijsbergen afbreken, maar wat wij met onze eigen ogen zagen en konden filmen, is dat ook de bodemlaag van de ijskap smelt.’
Door het smelten van sneeuw en ijs werd het landschap met de dag verraderlijker. De expeditieleden zagen in dat het oorspronkelijke plan, de combinatie van duiken en de kust van Ellesmere bereiken, niet haalbaar was. Bardout besliste om zich te focussen op het duiken en vervolledigen van hun fotodocumentatie, de beste en meest uitvoerige die ooit werd gemaakt.
De expeditie werkte 51 duiksessies af, maar toen de temperatuur in de derde week van april 10 tot 15 graden hoger lagen dan normaal en de ijsschotsen elke dag meer braken, besloten ze de Noordpool te verlaten – vroeger dan gepland. “We hoorden krakende geluiden terwijl we doken en we hoorden ze toen we ’s nachts in onze tent lagen. We voelden de druk van het ijs verminderen. Dan sluipt er angst naar binnen.’
‘De zee onder de ijskap is bijna volledig onbekend’, besluit Ghislain Bardout. ‘De weinige beelden die ervan bestaan, werden telkens op dezelfde plaats genomen – op een veilige afstand van een logistieke basis met vliegvelden. De zee onder het ijs is overal anders, de onderzeese landschappen variëren enorm. Met onze expeditie wilden we de schoonheid van die wereld tonen voor hij verdwijnt.’
De diepe koralen verkennen om de ondiepe te redden
Luiz Rocha is een van de laureaten van de Rolex Award for Enterprise editie 2021. De Braziliaan wil de diepe koraalriffen in de Indische Oceaan (in de buurt van de Maldiven, die bestaan uit 1190 koraaleilanden, gegroepeerd in 26 atollen) exploreren. Over deze riffen, die worden beschouwd als een van de laatste toevluchtsoorden voor koralen, is weinig geweten, vooral over de riffen die lager dan 60 meter liggen. Vooral deze diepere riffen wil Rocha, een technisch bekwame duiker die diepten van 150 meter aankan, verkennen. Hij betreedt een gebied waar nog nooit een mens kwam.
De exploratie van zo’n schemerzone is altijd riskant en zowel technisch als psychisch veeleisend. Het vergt een hoge graad van discipline, vastberadenheid en skills. Rocha spendeerde meer dan zesduizend uren onder water en nam al deel aan meer dan zeventig wetenschappelijke expedities, waarvan hij er de helft leidde.
Globaal beschouwd zijn de ondiepe koraalriffen momenteel aan het sterven door de stress als gevolg van de klimaatverandering. Omdat het nationaal inkomen van de Maldiven afhangt van koraaltoerisme, wil de overheid achterhalen hoe ze haar natuurlijke erfgoed kan beschermen. Misschien kan de kennis over diepe koralen daarbij helpen.
‘Omdat we de diepere koraalriffen niet goed kennen, zijn ze ook niet beschermd’, zegt Rocha. Mesofotische koraalriffen (meso is Latijn voor midden) bevatten zowel lichtafhankelijke koralen als algen en organismen die overleven in water met weinig lichtpenetratie. Rocha wil die onbekende zones in kaart brengen en er het leven bestuderen. Op basis van vorige expedities verwacht hij nieuwe specimen van vissen en mariene organismen te ontdekken. ‘Die wil ik dan beschermen, want het zijn unieke producten van een evolutionair proces dat miljoenen jaren heeft geduurd. Voor mij zijn ze als kunst.’
De diepe koraalriffen bevatten mogelijk chemicaliën voor medicijnen en ze zijn een voedselbron voor eilanden. Ze vormen een meetlat om de gezondheid van de oceanen te monitoren. De ontdekkingen van Rocha kunnen bijdragen tot de blauwdruk van Marine Protected Areas in de wereld.
Rolex steunt personen en organisaties die voor de problemen van de planeet oplossingen zoeken en ontwikkelen en die zo bijdragen tot het verbeteren van de wereld en bewaren van de planeet voor de volgende generaties. In deze serie zet Knack deze inspanningen in de kijker. Knack realiseerde die verhalen in volle redactionele onafhankelijkheid.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier