Architectencollectief Bento vervangt beton door… champignon
‘Een stad ontwerpen die produceert in plaats van consumeert’, dat is het motto van architectencollectief Bento. Dankzij mycelium, een ecologisch en levend materiaal afkomstig van paddenstoelen, wil Bento de stad bouwen en renoveren met een duurzamere architectuur die zo weinig mogelijk impact heeft op het milieu.
In een van de zalen van het kasteel van Jolimont in Watermaal-Bosvoorde is de broedmachine volop aan het werk. Na drie weken is het mycelium klaar. Dan kan het volgens een geheim recept worden ‘gekookt’ en omgevormd tot een vast materiaal. Om er bijvoorbeeld een krukje, een isolerende wand of zelfs een baksteen van te maken.
De drie jonge Brusselse architecten Corentin Dalon, Florian Mahieu en Charles Palliez zijn er zich maar al te goed van bewust dat de planeet geen eindeloze voorraad hulpbronnen heeft. Ze staan op de bres voor een architectuur die gebruikt wat er al is en die zo weinig mogelijk vervuilt. Met hun collectief Bento hebben ze zich verdiept in mycelium: een levend, ecologisch materiaal van biologische oorsprong dat geen afval produceert.
Op de universiteit sensibiliseerden ze ons niet genoeg voor bouwen, en nog minder voor materialen.
Grondstoffen herwaarderen
‘Als architecten zijn wij verantwoordelijk voor de impact van onze ontwerpkeuze’, zegt Corentin. ‘En die impact begint al bij de eerste lijn op een vel papier. Van het winnen van de grondstof tot het einde van de levenscyclus.’ Florian en Corentin kwamen tot dit besef tijdens hun afstudeerproject in een kinderopvangcentrum in Benin. ‘Op de universiteit sensibiliseerden ze ons niet genoeg voor bouwen, en nog minder voor materialen. Ter plaatse zagen we hoe ze bouwden met ruwe aarde. Toen we zelf begonnen te experimenteren en het materiaal elke dag zagen reageren op de werf, was dat een echte eyeopener’, vertelt Corentin.
En dus sloegen de drie vrienden van de architectuurfaculteit La Cambre-Horta de handen in elkaar om natuurlijke, levende materie weer centraal te stellen in de architectuur.
Brussel is een van de groenste Europese steden: het gewest telt meer dan 8.000 hectare groene ruimte, waarvan 4.383 hectare in het Zoniënwoud. Vanuit hun ambitie ‘zoveel mogelijk te gebruiken en herwaarderen wat er is’ trok Bento naar dit immense bos, op zoek naar het juiste stukje paddenstoel om voor hun experimenten te gebruiken.
Levend en regeneratief materiaal
Mycelium is het vegetatieve apparaat van paddenstoelen, het geheel van organen dat hen in staat stelt te groeien. Deze schimmelmaterie bestaat uit vertakte zwamdraden. Charles legt het proces uit: ‘We mengen het met verschillende substraten, zoals een taart, en het mycelium dient als bindmiddel. Het is een levende, regeneratieve “lijm”. De zwamdraden werken dan op het substraat om een vaste stof te vormen.’
Zwammen worden onterecht geassocieerd met vuil en verrotting. Maar het is net gezond, waterafstotend en niet-allergeen.
Die substraten kunnen bijvoorbeeld hout, hennep of karton zijn. Het zijn bronnen van koolstof, stikstof, minerale en sporenelementen, ideaal voor de goede ontwikkeling van het mycelium. Dat reageert door de kern van het materiaal ‘op te sluiten’. Daarna wordt het drie weken in de warme, donkere incubator van 20 m³ gezet. Tot slot wordt het mengsel gedroogd om de ontwikkeling van het mycelium te stoppen.
Zo gebruikte Bento beukenhout van het Zoniënwoud om een krukje te maken, de Stool17. Het mycelium werkte rond het hout om het zitvlak te vormen.
Het collectief experimenteert ook met panelen voor isolerende, akoestische en thermische wanden. ‘Zwammen worden onterecht geassocieerd met vuil en verrotting’, betreurt Florian. ‘Maar het is net gezond, waterafstotend en niet-allergeen.’
Weg met beton
De bouwsector is verantwoordelijk voor de productie van 75% afval, 50% grondstoffenverbruik en 30 tot 40% broeikasgasemissies, waarvan 4 tot 8% voor cement. ‘Daarom hebben we aandacht voor de impact van ons ontwerp. In de stad is alles gebaseerd op beton en wij willen af van dat model’, zegt Florian.
Daar waar materialen voor geïndustrialiseerde processen moeten geëxtraheerd en gekookt (1400°C voor cement) worden, heeft mycelium bijna geen impact: het moet niet worden geëxtraheerd en de incubator moet maar op 26°C gehouden worden.
Bovendien wordt mycelium niet als afval beschouwd: als biomateriaal (afkomstig van planten) kan het terugkeren naar de natuur zonder de bodem te verontreinigen. ‘Het proces is dus omkeerbaar. Maar cement kan door zijn chemische samenstelling niet terug in de grond en is moeilijk te recycleren’, aldus Corentin.
Van experimentele naar duurzame architectuur
Bento wil zijn ideeën uitbreiden en vindt dat de 1,6 miljoen m² lege ruimte in Brussel gebruikt zou kunnen worden voor de lokale productie van materialen op basis van mycelium, zoals natuurlijke panelen voor de thermische renovatie van gebouwen in de hoofdstad. Een project dat Bento in december nog de Europan 16-prijs opleverde, een Europese wedstrijd rond het thema van de levende stad. Bento wil het CIVA-gebouw in Elsene – een museum, archiefcentrum en architectuurbibliotheek – omvormen tot een centrum voor architectuur en experimenten met levende materialen. Met een productievestiging, een laboratorium en een grote experimenteerhal op ware grootte.
Het onderzoek naar mycelium staat nog in de kinderschoenen, maar moet uiteindelijk leiden tot een structurering van de sector. Met name het gebruik van normen zal verplicht zijn.
Charles, Corentin en Florian zijn vastbesloten mycomaterialen in te burgeren. Geen gezwam, maar resoluut op weg naar een duurzame architectuur.
Guylaine Germain
Het Klimaatalarm van Knack
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier