Bert Bultinck
‘De hebzucht van Shell is niet minder genadeloos dan de jongste hittegolven en overstromingen’
Het leven is mooi voor producenten van fossiele brandstoffen. Ondanks alle inspanningen voor een groenere wereld, met einde- loze pleidooien voor energietransities en andere windmolenparken, blijven gas- en oliemultinationals met overwinningen pronken, alsof er nooit een klimaatprobleem is geweest. Vorig jaar verdubbelden de energieproducenten hun winst tot 219 miljard dollar, waarvan tientallen miljarden terugstroomden naar de aandeelhouders. En ze hebben de smaak te pakken: vorige week kondigde Shell aan dat het opnieuw volop inzet op de meest winstgevende takken. Voor alle duidelijkheid: dat is niet hernieuwbare energie. Het Britse energiebedrijf beloofde ‘genadeloos’ te blijven zoeken naar meer winsten voor de aandeelhouders. Het woord is niet slecht gekozen. De hebzucht van Shell is niet minder genadeloos dan de jongste hittegolven, bosbranden en overstromingen.
Bedrijfsleiders, beursanalisten en een indrukwekkend aantal politici zijn het erover eens: het ‘realisme’ is terug, de groene ‘hysterie’ ligt achter ons, we hebben toch al flink ons best gedaan. Een beetje lippendienst hier, een sustainable development goaltje daar, en het is weer business as usual. We mogen onze beschaving toch niet kapotvergroenen? Ten slotte is er niemand die zeker weet dat we zonder Russisch gas de komende winter even makkelijk zullen doorkomen als vorig jaar – ja, ook dat refrein is terug. Met een zweetdruppel op het voorhoofd spelen consumenten, ondernemingen en overheden een zoveelste ‘chicken game’. De eerste die verduurzaamt is gezien.
Shell zette zich vorige week plots op de kaart als een van de brutaalste spelers. De Britse energiereus was er na het klimaatakkoord van Parijs als de kippen bij om dure beloftes te doen. Het was het eerste big oil-bedrijf dat beloofde tegen 2050 klimaatneutraal te worden. Maar vorige week bleek die belofte dan toch iets té duur. Omdat Shell vooruitloopt op schema, draait ceo Wael Sawan de kranen gewoon weer open. In 2021 verkocht het bedrijf een belangrijk deel van de olieproductie. Dat is een uitstekende manier om het eigen groene rapport op te leuken – plots daalde de totale productie spectaculair (verrassend!) – maar de aarde wordt er geen milligraad minder warm van. Voortaan pompt niet Shell, maar een andere oliereus – ConocoPhillips – de schalieolie naar boven. Tel uit je winst. En de beloftes? Die worden simpelweg teruggedraaid. De olieproductie zal ‘stabiliseren’, en de gasproductie wordt doodeenvoudig verhóógd.
De Nederlandse onderzoeksjournalist Marcel Metze volgde Shell decennialang van nabij. In zijn interview met Knack enkele weken terug dichtte hij de multinational ‘enorm veel’ technische expertise en intelligentie toe. ‘Tegelijk’, zei hij, ‘lijdt het bedrijf aan een soort ziekte. Dan heb ik het over de communicatiecultuur, en de afwezigheid van intrinsieke ethische principes.’ Shell kleurt netjes binnen de lijntjes van de wet, maar maakt verder zo veel mogelijk winst. Je zou kunnen zeggen dat zoiets normaal is voor een beursgenoteerd bedrijf – in de jaren zeventig zeiden economen dat winst maken de énige plicht was van een ceo. Je zou ook kunnen zeggen dat zo’n bedrijf meer dan voldoende ruimte heeft om grensverleggend veel kapitaal in onderzoek en groene innovatie te investeren. Maar Shell, zo luidt het, wil niet achterblijven op de Amerikaanse concurrenten. Metze spreekt van een ‘zieke ingesteldheid’, die tegelijk een afspiegeling is van ‘een zieke wereld’.
In een interview met Financial Times vorige week was de ceo van Shell trots op zijn eigen daadkracht, niet het minst als het gaat om het wegsnijden van minder winstgevende groene takken van het bedrijf. Shell gaat op een geëngageerde manier met zijn werknemers om, zei Sawan, ‘maar we lopen een risico als we het concept van zorg dragen voor mensen verwarren met hoe we kapitaal investeren’. En de opwarming van de aarde? ‘Het antwoord kan niet zijn dat we in schone energie investeren en weinig winst maken, en zo ons geweten sussen.’ Het geweten: nog zo’n goed gekozen woord.
Omdat de gasprijs de afgelopen twee weken op de wereldmarkt verdubbelde, tot 50 euro per megawattuur, komen er vandaag weer meer vragen over de Europese gasvoorraad. Die zit nu al op 70 procent, dus de vooropgestelde 90 procent tegen november lijkt vlot haalbaar. Maar het heeft er alle schijn van dat de recente verdubbeling niet de laatste prijzenschok zal zijn. Het is goed om in het achterhoofd te houden: als de komende maanden de zenuwachtigheid over de winter weer oplaait, dan zal Wael Sawan daar niet bedroefd om zijn.