De belangrijkste stemmen in het klimaatdebat: wie is de kampioen van groen?

© Knack

Wie is de groenste van het hele land? Als er groene miss- of misterverkiezingen worden georganiseerd, dan zou de milieukoepel Bond Beter Leefmilieu met het kroontje gaan lopen, zo blijkt uit een rondvraag van Knack onder ecowatchers en spelers uit het veld.

Gevraagd naar wie de meeste macht heeft in de groene beweging in Vlaanderen komt de Bond Beter Leefmilieu (BBL) als eerste uit de bus, gevolgd door Greenpeace en Natuurpunt. Youth for Climate met boegbeeld Anuna De Wever werd minder vernoemd, maar heet wel het ontegensprekelijke zwaartepunt binnen de beweging op dít moment. ‘Niet alleen vanwege de massa’, zegt gewezen Groen- en vandaag onafhankelijk Vlaams Parlementslid Hermes Sanctorum. ‘Maar ook omdat Anuna De Wever dit in dik één maand voor elkaar kreeg. Dat is simpelweg indrukwekkend.’ Knack-journalist en bioloog Dirk Draulans , die al decennia klimaat, milieu en natuurbeleid volgt, is formeel: ‘Het zijn de klimaatspijbelaars die van het klimaatprotest, dat al even sluimert, een politiek feit hebben gemaakt.’

De groene beweging bestaat al even niet meer enkel uit mensen op blote voeten met arafatsjaals om.

Ignace Schops, Regionaal Landschap Kempen en Maasland

Algemeen secretaris van het Algemeen Boerensyndicaat Guy Depraetere, de man die Joke Schauvliege (CD&V) uitnodigde voor de nieuwjaarstoespraak die haar als minister fataal zou worden, kijkt ook naar de Youth for Climate-betogingen. ‘Vraag die jonge gasten wat ze zelf doen voor het milieu, en velen zullen zeggen: minder vlees eten. Er zijn krachten die van veeteelt de kop van Jut maken: Gaia, het Ethisch Vegetarisch Alternatief (EVA) en de bedenkers van Dagen zonder Vlees.’ Hij is niet tegen een dag per week geen vlees eten, of tegen een waakhond voor dierenwelzijn, benadrukt hij. ‘Maar een organisatie als Gaia heeft duidelijk een geheime agenda: het vegetarisme. Dankzij sociale media kunnen zij die boodschap zeer luid brengen.’

Bart Staes, Europees Parlementslid voor Groen, wijst dan weer naar zeer grote groene spelers die búíten de beweging staan. ‘Kijk naar professor Hans Bruyninckx (KU Leuven), directeur van het Europees Milieuagentschap. Hij heeft een directe link met de Europese Commissie én met het Europees Parlement. En natuurlijk Jos Delbeke, die van 2010 tot 2018 als directeur-generaal voor het klimaat bij de Europese Commissie het klimaatbeleid van de jongste decennia uitzette.’ Daarnaast verwijst Staes naar Olivier De Schutter (UCL), die een rapport over de nood aan een duurzaam voedsel- en landbouwbeleid opstelde door drie jaar lang wetenschappers, boerenorganisaties, politici en ngo’s samen te brengen. En uiteraard noemt hij, ‘in alle bescheidenheid’, ook zijn eigen Europees Parlement. ‘Onze fractie is daar de groene motor, onder meer dankzij klimaatwetenschapper Bas Eickhout (GroenLinks) – dé klimaatexpert van het halfrond. Hij kreeg onlangs nog een kerosinetaks goedgekeurd, een van de eisen van de betogende scholieren.’

Vlaams Parlementslid Wilfried Vandaele (N-VA) vindt het c.v. van Youth for Climate nog te mager om echt te spreken over macht. ‘Macht moet je op de lange termijn meten. Het is nog maar de vraag wat zal overblijven van deze steekvlam.’ Hij kijkt eerder naar Natuurpunt. ‘Dat heeft grond én leden. Een breekijzer van formaat.’ Natuurpunt kan inderdaad een mooi rapport voorleggen. Het ontstond in 2001 uit de fusie van De Wielewaal vzw en Natuurreservaten vzw, en beheert vandaag zo’n 24.000 hectare natuurgebieden. 107.333 gezinnen zijn lid; het totale aantal leden ligt dus makkelijk dubbel zo hoog. In 2017 haalde de organisatie 1.725.000 euro aan particuliere giften op. ‘Wie zulke cijfers kan voorleggen, heeft veel macht, ja’, zegt Vera Dua, van 1999 tot 2003 Vlaams minister van Landbouw en Leefmilieu voor Agalev, en sinds 2013 voorzitter van de BBL, waarvan Natuurpunt deel uitmaakt. ‘Een minister die goede punten krijgt van zo’n grote ledenorganisatie spreekt honderdduizenden mensen aan. Het is dan ook nogal wiedes dat je de deur opent wanneer Natuurpunt aanklopt aan je kabinet.’

Natuurpunt heeft grond én leden. Dat is een breekijzer van formaat.

Wilfried Vandaele, N-VA

Van Greenpeace tot Dorpscomité

Dat geldt nog veel meer voor de BBL, als koepel van liefst 140 verenigingen. Onder hen mastodonten als Natuurpunt, Greenpeace, de Klimaatcoalitie en het WWF maar ook gespecialiseerde kenniscentra als Bos+ en FSC Belgium en kleine, hyperlokale initiatieven zoals Milieufront Omer Wattez vzw uit de Vlaamse Ardennen of het Vlaams-Brabantse Dorpscomité Wilsele-Dorp. De BBL is bovendien veel breder dan klassieke natuur- of milieubewegingen, weet Dua. ‘Ook de transitiegroepen zitten bij ons, van initiatieven voor deelauto’s tot mensen die met stadslandbouw bezig zijn. De BBL is een netwerk van mensen die het anders willen.’

Dat de Bond Beter Leefmilieu de kroon spant, komt doordat hij zowel intern als extern sterk netwerkt, legt algemeen directeur Danny Jacobs uit. Hij draait al 30 jaar mee in de milieubeweging. ‘De BBL werd in 1971 opgericht met maar één doel: natuur en milieu op de politieke agenda zetten. Dat heeft ons 20 jaar gekost. Vergeet niet dat in die jaren maar een paar ambtenaren met het onderwerp bezig waren – geen ministers, zoals nu. Gaandeweg zijn we geholpen door de EU, en ook door de eerste staatshervorming, die de bevoegdheden rond natuur en milieu naar de gewesten over-hevelde. Van dan af zijn we ons goed gaan organiseren.’ Dat moest ook, zegt Jacobs, want de groene transitie werd een splinterbom. ‘Het gaat om energie, ruimtelijke ordening, voeding, economie, fiscaliteit… Vroeger zat het thema opgesloten in Leefmilieu, nu kloppen we bij alle vakministers aan op alle niveaus.’

Willem-Frederik Schiltz, Vlaams Parlementslid en energiespecialist van de Open VLD, komt de BBL al eens tegen. Bijvoorbeeld in de algemene raad van de energiewaakhond VREG. ‘De BBL valt op met zijn inhoudelijke expertise. Beleidscoördinator Mathias Bienstman is een hele knappe kerel. Hij verkondigt gematigde, goed onderbouwde standpunten. Ik herken die strategie ook bij een kleinere speler als de Organisatie Duurzame Energie (ODE). Zij brengt parlementsleden, bedrijfsleiders en experts samen op studiedagen. We zitten daar niet allemaal op dezelfde golflengte, maar ODE brengt ons wel dichter bij elkaar. Zoiets werkt bij mij beter dan het pure ideologische verhaal van Greenpeace of het WWF.’ Greenpeace heeft wel een grote impact bij het grote publiek, weet Schiltz. ‘Iederéén kent de spectaculaire beelden van de enorme gele spandoeken die worden ontrold op kerncentrales.’

Bert Wollants, federaal energiespecialist van de N-VA, ziet inhoudelijk weinig verschil tussen de geïnstitutionaliseerde organisaties en de activistische spelers. ‘Het is vooral een verschil in communicatie. Ik heb de indruk dat binnen het groene netwerk iedereen grotendeels op dezelfde lijn zit.’

BBL-directeur Danny Jacobs knikt. ‘We proberen alles af te stemmen, ook met de felste leden. Zo vermijden we dat we elkaar extern tegenspreken, wat de vakbonden weleens doen.’ Dat kan omdat er voldoende ruimte blijft voor elk lid, legt Dua uit. ‘Er is een zeer duidelijke thematische taakverdeling: natuurbehoud is voor Natuurpunt, biodiversiteit wereldwijd voor het WWF, kernenergie voor Greenpeace, jacht voor Vogelbescherming Vlaanderen… We lopen elkaar niet voor de voeten.’ Die werkwijze, vult Jacobs aan, laat toe om op tijd en stond los te komen van de agenda om tot een nieuwe, nog breder gedragen agenda te komen. ‘Neem Sign for my Future, de campagne waaraan ook 160 ceo’s meedoen. Dat kon organisch groeien omdat we veel samenwerkten met topondernemer Thomas Leysen. Hij maakte de opening naar zijn sector, wij naar de onze.’

Voor de BBL zijn milieu, duurzaamheid en klimaat geen linkse thema’s.

Danny Jacobs, directeur BBL

Die samenwerking is kenmerkend voor de groene beweging, zegt Pieter Leroy, hoogleraar milieu en beleid aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. De Vlaamse socioloog bestudeert al zijn hele academische carrière de milieubeweging en het milieubeleid, wat hem onderscheidingen opleverde van zowel de Vlaamse overheid als het Nederlandse koningshuis. ‘De verschillende strategieën binnen de beweging maakt dat ze verschillende vormen van macht heeft. Natuurpunt en de BBL oefenen ze uit via de weg van de onderhandeling, bijvoorbeeld door lekker te botsen met landbouwers in de overkoepelende Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen (Minaraad). Greenpeace en co., daarentegen, willen onrechtvaardigheden blootleggen en de publieke opinie aanscherpen.’ Sanctorum ziet de BBL en Natuurpunt als de paarden die de kar trekken, het WWF en Greenpeace als zwepen die het tempo aangeven.

Geitenwollensokken

Een andere verklaring voor de groeiende kracht van de groene beweging is dat de geitenwollensokkenkarikatuur steeds minder geldt, meent comedian Wouter Deprez. Hij toonde zich in 2015 combattief groen door in het Essers-dossier hard in de clinch te gaan met minister Joke Schauvliege. ‘Groenen waren vroeger sowieso tegen jacht, genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s), boeren en kernenergie. Nu worden de standpunten veel uiteenlopender. Ook bedrijfsleiders engageren zich. Dat zij kritiek krijgen van de linksere groenen is helemaal goed. Door dat interne debat, door die diversiteit wint de beweging aan kracht en de discussie aan kwaliteit.’

Wie als geen ander nieuwe groene strijdmiddelen vond, is Ignace Schops. Hij is de directeur van Regionaal Landschap Kempen en Maasland en is een deskundige in biodiversiteit en landschapszorg. Schops werd bekend als bezieler van het eerste nationale park van Vlaanderen, het Nationaal Park Hoge Kempen. ‘Ik heb beleidsmakers kunnen overtuigen door een bijkomende taal te spreken over natuur en milieu: de taal van het geld. Vandaag brengt het park 191 miljoen euro per jaar op. De groene beweging bestaat al even niet meer enkel uit mensen op blote voeten met arafatsjaals om.’

Die open houding heeft de BBL ook op politiek vlak aangenomen, zegt Jacobs. ‘Zo’n vijftien jaar geleden hebben we voor onszelf bepaald dat milieu, duurzaamheid en klimaat geen linkse thema’s zijn. Dat was, toegegeven, geen gemakkelijke knoop om door te hakken. Maar we hebben het gedaan, en daardoor kan ik nu met trots zeggen dat wij met evenveel openheid naar de N-VA, de Open VLD en de CD&V stappen als naar de SP.A en Groen. Wij kunnen met elk van hen onder vier ogen spreken. Zonder dat vertrouwen krijg je niets gedaan.’ N-VA-Kamerlid Bert Wollants bevestigt dat. ‘Wanneer wij klimaatresoluties bespreken, dan zet de BBL heel makkelijk de stap naar ons. Dat hoeft niet te verbazen. Ook wij zijn met die dossiers bezig, alleen leggen we soms andere klemtonen.’

Beke moet doen wat hij moet doen, maar ik heb eerder het gevoel dat Anuna en co. gevoed worden door de groene beweging en niet door de partijen – extreemlinks of anderszins.

Bert Wollants, federaal energiespecialist van de N-VA

Het werpt de vraag op naar de beruchte recuperatie van de groene beweging. CD&V-voorzitter Wouter Beke sprak vorig weekend in De Morgen over extreemlinkse recuperatie, een echo van wat zakenkrant De Tijd twee dagen eerder al schreef: ‘De klimaatbeweging is een watermeloen, een groene schil waaronder een dieprode kern schuilgaat.’ Watermeloen, dat was in de jaren negentig al het koosnaampje van het Vlaams Blok voor Agalev. Vera Dua moet erom lachen. ‘Spoken zien is blijkbaar besmettelijk. Die 160 ceo’s van Klimaatmandaat, zijn dat allemaal rode rakkers?’ Dua wuift om het even welke recuperatie weg. ‘Ach, Natuurpunt proberen ze weleens in N-VA- of CD&V-hoek te duwen. En ik was vijftien jaar geleden ook partijpolitiek actief. Houdt dat de BBL tegen om met de N-VA te praten? Nee toch? En net zo belet die dialoog ons niet om bijvoorbeeld Youth for Climate te steunen.’

De N-VA’ers Wollants en Vandaele en de liberaal Schiltz vinden Bekes verdachtmaking weinig solide. Ook Jong VLD loopt mee in de jongerenmarsen, zegt Schiltz. Wollants: ‘Beke moet doen wat hij moet doen, maar ik heb eerder het gevoel dat Anuna en co. gevoed worden door de groene beweging en niet door de partijen – extreemlinks of anderszins. Zolang Greenpeace er transparant over blijft dat het Anuna helpt bij haar mediaoptredens is er geen probleem.’

Schops weet wat de insinuaties drijft: de ‘belangeloosheid’ van de groene beweging. ‘Die maakt ons verdacht. Bij de groene beweging is er minder afgunst over een nieuw gezicht dan in de partijpolitiek. Wie de boodschap vertolkt, maakt niet uit, zolang ze maar verspreid wordt. Van Groen tot Greenpeace: ze helpen Anuna, maar ze kapen haar beweging niet.’ Dat zou indruisen tegen de groene traditie, vult BBL-directeur Danny Jacobs aan. ‘Wij willen ons verbinden met nieuwe initiatieven. Maar altijd om de boodschap te versterken, nooit vanuit een overname-idee. Dat is ons DNA en ons succes: wij maken hen sterk, zodat zij ons sterk maken.’ Sanctorum kaatst de bal terug naar Beke. ‘Als die klimaatbeweging al gekaapt zou zijn door extreemlinks, dan hebben de traditionele partijen daar zelf schuld aan – in het bijzonder de partij die al meer dan tien jaar verantwoordelijk is voor het milieubeleid.’

Volgens Knack-collega Dirk Draulans laat Groen zelfs kansen liggen. ‘Mocht voorzitster Meyrem Almaci de klimaatdossiers beter in de vingers hebben, zou de partij nog veel meer kapitaliseren. Ze had N-VA-voorzitter Bart De Wever onder de mat moeten kunnen vegen in het debat in Terzake, twee weken geleden. Maar ze kwam niet verder dan de algemeenheden die ook Anuna debiteert. Maar dat is wel een meisje van 17, geen partijvoorzitter van de ecologisten.’

Grondstroom

Hoe moet het verder na de bosbrossers? Blijkt de klimaatbeweging een steekvlam, of wordt de bedding gelegd voor een duurzame maatschappelijke grondstroom? Jos Geysels denkt dat het kan. De oud-politiek secretaris van Agalev en huidig voorzitter van de antiarmoedeorganisatie Decenniumdoelen meent dat het milieuvraagstuk een sociaal vraagstuk is geworden. ‘Dit krijgt de allure van de vredesbeweging, die drong in de jaren zeventig ook door tot in elke huiskamer. Net zoals toen zeggen jongeren nu wat ze willen en wat niet. Dat is misschien nog vaag, maar het is wel al meer dan een kreet. Er ís een alternatief, zeggen ze: de planeet kouder, de samenleving warmer.’

In 30 jaar onderwijs heb ik nog nooit een studentengeneratie gekend die zo kosmopolitisch denkt.

Pieter Leroy, hoogleraar milieu en beleid aan de Radboud Universiteit in Nijmegen

Hoogleraar Pieter Leroy denkt dat de klimaatbeweging zich in de aanloop naar de verkiezingen van 26 mei langzaamaan zal organiseren. ‘De eisen zullen beter gearticuleerd worden, de politieke meningsverschillen duidelijker. De klimaatbeweging zal zich enten op een nieuwe, wereldwijde politieke breuklijn: die tussen lokalisme en regionalisme enerzijds, waar het populisme op teert, en een wereldomvattend bewustzijn anderzijds. In Vlaanderen trekt de N-VA voluit de kaart van het eerste, terwijl een belangrijk deel van de klimaatbeweging kosmopolitisch is. In 30 jaar onderwijs heb ik nog nooit een studentengeneratie gekend die zo kosmopolitisch denkt. Zij zijn zich veel meer dan de protestbeweging van de jaren zeventig bewust van het wereldomvattend karakter van het klimaatprobleem, van de plasticvervuiling, van migratie en van het voedselvraagstuk.’

Leroy trekt een links-rechtsas door de klimaatbeweging. ‘Links zullen degenen staan die een fundamentele sociale en maatschappelijke transformatie willen: van andere landbouw tot een eerlijker fiscaliteit. Het is de oude ‘Anders Gaan Leven’-boodschap, maar dan niet meer in louter persoonlijke termen. Jij en ik moeten niet vegetariër worden, er moet minder en beter vlees geproduceerd worden.’ Tegenover die linkerflank ziet Leroy een minder fundamenteel kritische rechterzijde. ‘Die denkt dat we er met smart technology zullen raken. Maar alleen met de elektrische auto en een tweede, derde of zelfs vierde generatie kernreactoren zullen we er niet komen, vrees ik.’

Hoezeer ze ook aan de niet-ecorealistische kant staat, Vera Dua bekijkt de zaken nuchter. ‘Ik ben het niet eens met wie beweert dat de transitie geen verliezers zal kennen. Natuurlijk zal dat wel zo zijn, ook al zullen we aan het eind maatschappelijk winst boeken. De oude, machtige industrieën zullen moeten inbinden, de ouderwetse landbouw zal moeten veranderen.’ Ook Staes zegt niet onnozel te willen doen. ‘Volgens een studie van de London School of Economics zal het op wereldschaal 21.000 miljard euro kosten om calamiteiten te voorkomen. Maar niets doen zal 33.000 miljard kosten. Willen we dus veel geld investeren, of nog meer geld kwijtspelen?’ Hij benadrukt dat klimaatbeleid geen kwestie is van realisten die vragen waar het geld vandaan komt en utopisten die met geld willen gooien. ‘Geld voor een klimaatbeleid kun je vinden door geldstromen te verleggen. Jaarlijks voert de EU voor 500 miljard euro fossiele brandstoffen in vanuit onder meer Rusland en Saudi-Arabië. Dat is 1,4 miljard euro per dag dat je gaandeweg kunt investeren in een slim energienetwerk en goede energieopslag.’

Schops lacht: ‘Op sociale media stond een cartoon van een man die op een klimaatconferentie roept: “Maar wat als het allemaal een hoax is, en we voor niets een betere wereld creëren!?”‘ Hij heeft er goede hoop in. ‘Tijdens de Industriële Revolutie zat ons land in de cockpit. Het heeft ons 100 jaar welvaart gebracht. Dat kunnen we nu ook. We zijn nu al wereldwijd de beste windmolenbouwers op zee. Buurlanden zoals Duitsland bouwen het gebruik van fossiele brandstoffen af, ze willen hernieuwbare energie. Wel, dan moeten wij durven te excelleren in de productie daarvan. Waarom maken we van groene steden geen exportproduct voor Afrika? Als we als klein landje graag wereldkampioen voetbal willen worden, waarom dan niet in klimaatoplossingen?’

Boerenbond-voorzitster Sonja De Becker wenste ondanks herhaalde vragen niet mee te werken aan dit artikel: ‘We zullen hieraan helaas niets substantieels kunnen bijbrengen.’

Partner Content