Marleen Finoulst
Marleen Finoulst Arts en journalist

Kinderen zijn de grootste slachtoffers van allergieën. Maar een tijdige diagnose, zelfs in de eerste levensmaanden al, kan veel leed besparen.

Allergieën namen in de afgelopen 20 tot 30 jaar vooral bij kinderen enorm toe. Sommigen spreken zelfs van een verdubbeling. Volgens Margo Hagendorens, kinderallergoloog aan het Universitair Ziekenhuis Antwerpen, zijn daar verschillende verklaringen voor. ‘We herkennen een allergie tegenwoordig sneller dan vroeger. Niet alleen beschikken we over meer diagnostische mogelijkheden, waarschijnlijk hebben we ook meer aandacht voor de mens in het algemeen. Maar dit kan zeker niet de enige verklaring zijn voor de snelle toename van het aantal gevallen van allergie. Omgevingsfactoren spelen ongetwijfeld de belangrijkste rol. Er is onder meer de ‘hygiënehypothese’ die als mogelijke verklaring naar voren wordt geschoven. De toename van het aantal allergieën wordt in verband gebracht met een verbeterde hygiëne, een verandering in levensstijl en het minder doormaken van infecties. Maar dat is zeker niet de enige verklaring.’

Zeker is dat de eerste levensjaren cruciaal zijn voor het ontwikkelen van onze natuurlijke weerstand. En ook daarvóór, tijdens de zwangerschap, is het niet uitgesloten dat omgevingsfactoren het immuunsysteem van het nog ongeboren kind beïnvloeden. Wat die invloeden precies zijn, is nog niet duidelijk. Hagendorens: ‘In Europa zijn enkele grote studies aan de gang die nagaan welke (prenatale) omgevingsfactoren de gezondheid van het kind en de kans op allergie in het latere leven beïnvloeden. Ook de Universiteit Antwerpen is momenteel bezig met zo’n studie (PIPO-studie). Daarbij worden meer dan 800 kinderen al van voor de geboorte opgevolgd.’

Niet alleen prenatale omgevingsfactoren, ook het immuunsysteem van de moeder kan een impact hebben. Bij mensen met een allergie is de balans tussen bepaalde witte bloedcellen van het immuunsysteem verstoord. In de zwangerschap is die balans op dezelfde manier uit evenwicht als bij iemand met een allergie. Hagendorens: ‘Dat onevenwicht is nodig om de zwangerschap normaal te laten verlopen. Als het immuunsysteem zich niet op deze wijze zou aanpassen in de zwangerschap, is de kans op een miskraam groot. Pasgeborenen hebben op hun beurt diezelfde scheefgetrokken immuunbalans als zwangere vrouwen en mensen met een allergie, althans in de eerste levensmaanden. Nadien keert het evenwicht in het immuunsysteem terug. Dit herstel is mogelijk dankzij de invloed van bepaalde omgevingsfactoren. Als die factoren niet voorhanden zijn, dan kan het systeem zich niet heroriënteren en neemt de kans op een allergie toe. Nu rijst de vraag natuurlijk wat er precies nodig is om de balans te herstellen. Mogelijk behoren virale infecties tot de noodzakelijke prikkels om de immuuncellen weer mooi in balans te krijgen. De zoektocht naar deze factoren is momenteel een prioriteit in het wetenschappelijk onderzoek.’

Frequent gebruik van antibiotica bij kinderen wordt ook vaak als oorzakelijke factor gezien in de toename van allergieën. Hagendorens: ‘Daar zijn argumenten voor, maar zekerheid hebben we nog niet. Antibiotica kunnen de darmflora beïnvloeden, die mogelijk een rol speelt in het verkrijgen van het evenwicht in de immuunbalans. Een voorbeeld. Zweedse onderzoekers hebben de darmflora van Zweedse kinderen vergeleken met de darmflora van kinderen uit Estland, waarbij veel minder allergieën voorkomen. Uit deze studie is gebleken dat de darmflora in beide groepen sterk verschilt. Het enige dat we vandaag met zekerheid kunnen zeggen, is dat ongetwijfeld meerdere factoren samen verantwoordelijk zijn voor de spectaculaire toename van allergieën bij kinderen.’

VLEKJES WEGSMEREN

De meest voorkomende allergieën bij kinderen in de eerste levensjaren zijn voedingsallergieën: koemelk, eieren en soja bijvoorbeeld. Naarmate de kinderen opgroeien, reageren ze meer en meer allergisch op substanties die in de lucht zweven, zoals huidschilfers van katten, uitwerpselen van de huisstofmijt, en in een latere fase pollen.

Allergische verschijnselen volgen gewoonlijk een welbepaald chronologisch verloop. Het gemiddelde allergisch kind begint met maagdarmklachten en eczeem in de eerste levensjaren, gewoonlijk met een piek rond één tot twee jaar. Bij de meerderheid van de kinderen verdwijnen die problemen langzaam bij het opgroeien. Bij het ouder worden verschijnen dan vaak luchtwegklachten, zoals astma. Die klachten pieken gemiddeld rond de leeftijd van 10 jaar. Nog wat later, in de adolescentie en op jongvolwassen leeftijd, duiken neus- en oogklachten op. ‘Deze opeenvolging van allergische uitingsvormen is typisch voor een kind met een allergische constitutie, maar het blijft een gemiddelde situatie’, aldus Hagendorens. Veel kinderen groeien dus uit hun allergie.

Dit patroon leidde tot een hardnekkig misverstand: sommigen denken dat het eczeem van het kleine kind bij het opgroeien naar binnen geslagen is, wat uiteraard nonsens is. Hagendorens: ‘Nog zo’n hardnekkig misverstand is dat je de allergiediagnose niet kunt stellen vóór de leeftijd van vier, vijf jaar. Ook dat is onzin. Allergie kan al gediagnosticeerd worden in de eerste levensmaanden, door huidtesten of bloedonderzoeken.’ Hagendorens vindt die diagnostiek ook erg belangrijk. Inzicht in de situatie verandert namelijk de houding van de omgeving. Arts en ouders zijn alerter voor nieuwe mogelijk allergische verschijnselen. ‘Bovendien kun je preventieve maatregelen nemen. Stel dat een kind van één jaar allergisch is voor eieren. Zo’n kind heeft later meer kans op andere allergieën, dus doen de ouders er goed aan om geen huisdieren in huis te halen en geen tapijt in de slaapkamer te leggen. Op die manier kun je anticiperen en latere gezondheidsproblemen voorkomen.

Naast het vermijden van contact met de substantie (of stof) die verantwoordelijk is voor de allergie, beschikken we over zeer goede medicatie om allergische verschijnselen te behandelen. Vergeet niet dat een allergie zoals astma en bepaalde voedingsallergieën zelfs vandaag nog levensbedreigend kunnen zijn. Dankzij goede medicatie zijn overlijdens door allergische reacties bij kinderen hoogst uitzonderlijk geworden. De meeste producten worden ook goed verdragen.’

De angst voor preparaten op basis van cortisone, zoals bepaalde verstuivers voor de behandeling van astma, is volgens dokter Hagendorens onterecht. ‘Het klopt dat deze producten de groei kunnen beïnvloeden, maar wanneer we nauwlettend toekijken op de gebruikte doses, blijkt de eindlengte toch niet beïnvloed. Bovendien mag je niet vergeten dat een chronische ziekte zoals astma op zich al de groei kan afremmen. Men wijst altijd met de vinger naar de medicijnen en vergeet daarbij dat een goede behandeling ook tot een veel betere levenskwaliteit leidt en het risico op overlijden drastisch inperkt. Dankzij een goede therapie kunnen astmatische kinderen sporten, hoeven kinderen met eczeem niet gebukt te gaan onder de ontsierende huiduitslag, enzovoort. Het spreekt natuurlijk voor zich dat we niet moeten overmedicaliseren en dat we de behandeling voortdurend moeten evalueren. Als het kan, schroeven we het therapeutische schema terug.’

Hoe houden kinderen het vol om dagelijks medicijnen te nemen? Hagendorens: ‘We moeten zowel de kinderen als de ouders voortdurend motiveren om de therapie te volgen. Zeker als de symptomen goed onder controle zijn, lijkt een behandeling niet meer nodig. Daarom leggen we niet alleen aan ouders, maar ook aan kinderen vanaf ongeveer zes jaar uit waarom ze de medicijnen nodig hebben en wat de behandeling met hen doet. Een kind met astma kan een perfect normaal leven leiden en alle activiteiten meedoen op voorwaarde dat het zijn behandeling volgt.’

Kinderen vinden dat natuurlijk niet altijd leuk. Op chronische ziekten in de kindertijd rust nog altijd een zeker taboe. Een kind dat op school voor een grote sportinspanning eerst zijn puffer moet gebruiken, doet dat meestal niet zo graag in het bijzijn van anderen. Eczeem is wellicht nog een groter taboe. Kinderen met eczeem worden daarop aangekeken. Toch is het niet de bedoeling dat ouders blijven smeren tot elk vlekje onder controle is. Maar leg dat maar eens uit aan hun omgeving.

Marleen Finoulst

Op chronische ziekten in de kindertijd rust nog altijd een zeker taboe.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content