Erkenning van buitenlandse diploma’s blijft struikelblok: ‘Ik werk als poetsman, maar blijf een arts’

Mensen met een migratieachtergrond werken vaak onder hun niveau. Artsen komen rond als poetsmedewerkers en ingenieurs als winkelbedienden. Om daar verandering in te brengen, is de erkenning van buitenlandse diploma’s in ons land essentieel. Maar die verloopt allesbehalve vlekkeloos.

‘Een erkend diploma, gecombineerd met jaren ervaring. Ik had eindelijk weer nieuwe hoop’, vertelt Pedro Ponce. De 58-jarige goedlachse man groeide op in Peru, waar hij de titel Doctor of Medicine behaalde. Met zijn diploma op zak bouwde hij onder meer een ziekenhuis waar hij werk gaf aan honderden mensen en hij maakte hygiënische gezondheidszorg toegankelijk voor het gewone volk. Vandaag werkt hij als poetsman bij het Antwerpse Manpower. De reden? Zijn diploma uit Peru werd in België niet erkend.

De erkenning van buitenlandse diploma’s gebeurt bij ons hoofdzakelijk door het National Academic Recognition Information Centre (NARIC). Om een diploma te laten erkennen zijn er twee opties: bij de niveaugelijkwaardigheid gaat NARC-Vlaanderen na met welk Vlaams niveau een diploma overeenstemt, bij een specifieke erkenning wordt bepaald met welk Vlaams diploma een studiebewijs overeenkomt.

Om een erkenning aan te vragen, moeten migranten een kopie van hun diploma voorleggen, een opsomming van gevolgde vakken, het aantal lesuren, een puntenlijst en eventueel zelfs een beschrijving van elk vak. Dat alles moet vertaald worden in een van de drie landstalen of in het Engels.

‘NARIC focust te veel op papieren documenten’, zegt Nele Spaas, beleidsmedewerker arbeidsmarkt bij het Minderhedenforum. ‘Mensen die snel moesten vertrekken en niet de nodige documenten konden meenemen, komen daardoor in de problemen.’

Met twee jonge kinderen was terug naar de universiteit gaan geen optie, dus begon ik te werken.

Pedro Ponce, arts

Die mensen hoeven niet te wanhopen, vertelt Daniël De Schrijver, coördinator van NARIC-Vlaanderen. Zo zijn er intakegesprekken voor vluchtelingen die geen volledig dossier kunnen voorleggen. ‘Maar dat is een tijdsintensieve aangelegenheid. We moeten telkens contact opnemen met de adviesverleners en vragen of zij bereid zijn om die gesprekken te organiseren. Dat ligt niet altijd voor de hand.’ Daarom zijn de intakegesprekken voorlopig geen volwaardig alternatief voor documenten over een onderwijsloopbaan.

Nog struikelblokken? Dit bijvoorbeeld: een diploma dat in Vlaanderen erkend is, wordt nog niet automatisch erkend in Wallonië. De Franstalige Gemeenschap blijft terughoudend, zegt De Schrijver.

Volgens Spaas worden veel migranten ook afgewezen vanwege alles-of-nietsdenken. Ontbreekt één vak? Dan wordt hun aanvraag afgekeurd. Het Minderhedenforum kaart dat probleem al jaren aan: ‘Wij pleiten ervoor dat een diploma in dat geval erkend wordt op voorwaarde dat de aanvrager bijvoorbeeld een vak of stage inhaalt.’

Alles of niets

Ook Ponce liep de erkenning mis omdat bij hem een vak ontbrak. ‘Ik heb een zware procedure doorlopen met zelfs een schriftelijk en mondeling examen. Mijn Nederlands was toen nog niet goed, maar ik legde beide delen zonder problemen af. Na enkele weken kreeg ik mijn resultaat: ik kwam een vak tekort om een erkenning te krijgen.’

Ponce moest terug naar het eerste jaar van de universiteit. ‘Met twee jonge kinderen was dat geen optie, dus begon ik te werken.’

Toch bleef hij niet bij de pakken neerzitten. In 2005 probeerde hij opnieuw zijn diploma te laten erkennen – met hetzelfde resultaat. Hij begon dan maar als poetsman bij Manpower in Antwerpen, waar hij nog altijd werkt. ‘Toch kan niemand mij zeggen dat ik geen arts ben. Ik heb de diploma’s en jaren ervaring. Ik ben een geneesheer, ook al werk ik hier als poetsman. Dat zal altijd zo blijven.’

Wachten sinds 1998

Nog een probleem dat verschillende organisaties en aanvragers aankaarten is de lange wachttijd. NARIC-Vlaanderen beweert een aanvraag binnen 60 tot 120 dagen af te handelen, afhankelijk van het soort erkenning. Als er documenten ontbreken of het contact met het land van oorsprong moeilijk verloopt, neemt de wachttijd toe.

Ik heb de diploma’s en jaren ervaring. Ik ben een geneesheer, ook al werk ik hier als poetsman. Dat zal altijd zo blijven.

Een mogelijke oplossing is een precedentenlijst. Op basis van de diploma’s die NARIC door de jaren behandelde, kan een lijst worden opgesteld zodat hetzelfde getuigschrift niet twee keer nagekeken hoeft te worden. Toch ontbreekt die lijst nog. ‘We hebben ooit met een precedentenlijst gewerkt,’ legt De Schrijver uit, ‘maar we zijn daarvan afgestapt. Elk onderzoek is individueel. We houden niet alleen rekening met het behaalde diploma, we kijken ook naar werkervaring en bijkomende opleidingen of diploma’s. Als er een precedentenlijst is, kun je die elementen daar moeilijk in verwerken.’

Over de lange wachttijd kan de Georgische Anna Balamtsarashvili meespreken. Ze behaalde een master in de rechten in Tbilisi en werkte daarna vier jaar als jurist, tot ze in 1998 naar België verhuisde. Ze deed meteen een aanvraag om haar Georgische diploma te erkennen – en wacht nog altijd op het antwoord. ‘Ik heb meermaals contact opgenomen met het NARIC, maar kreeg altijd hetzelfde antwoord: “We zijn ermee bezig.” Na een tijdje ben ik gestopt met bellen. Het had toch geen zin.’

Balamtsarashvili is niet de enige die nooit een antwoord kreeg. Omdat een aanvraag vroeger volledig op papier moest gebeuren, konden dossiers verloren gaan. Dat bevestigt Spaas: ‘We hebben wel vaker klachten gehad over verdwenen dossiers. Nu de procedure steeds meer digitaal verloopt, komt dat gelukkig minder voor.’

Hefboom

Uit onderzoek van het HIVA-Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving (KU Leuven) blijkt dat bepaalde sectoren meer kijken naar competenties dan naar diploma’s. Competentietests inzetten zou een alternatief kunnen zijn voor diploma-erkenning. Maar die tests zijn duur en zeker voor kleine bedrijven niet altijd even toegankelijk. Een mogelijkheid zou zijn om die tests te subsidiëren voor mensen die zonder een erkend diploma solliciteren.

NARIC-Vlaanderen werkt, tot slot, aan een volledig digitale procedure, ondersteund met pop-ups die uitleggen waarom een bepaald document nodig is. ‘We willen ook tijd vrijmaken om aanvragers te begeleiden, bijvoorbeeld door telefonisch vragen te beantwoorden’, legt De Schrijver uit. De bedoeling is om uiteindelijk de concurrentie tussen laaggeschoolden te verkleinen en van de erkenning van buitenlandse diploma’s een hefboom te maken om de economie te versterken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content