‘Dit is veel leuker dan een restaurant’
Hoe lekker is een stukje rots? U proeft het in Pentamerone, de ‘culinaire muziektheatervoorstelling’ die Peter De Bie samen met Jo Roets en figurentheatermaker Marc Maillard maakt. Theater om op te eten!
Sinds 1997 leggen u en Jo Roets zich toe op culinair theater. Dit is de eerste keer dat er poppen tussen de gerechten opdraven. Waarom?
JOROETS: Die keuze heeft te maken met de verhalen die we vertellen. Dit is een ode aan de vertelling. Vijftien jaar geleden las ik Giambattista Basiles Pentamerone uit 1636. Die sprookjesbundel is een antwoord op Giovanni Boccaccio’s Decamerone (1351).In de Decamerone worden in tien dagen tijd honderd erotische, burgerlijke verhalen verteld. Basile vertelt in vijf dagen vijftig sprookjes die volkser en kleurrijker van taal zijn. Er wordt veel gegeten, gedronken, geslacht en geboerd. We bewerkten het boek tot een vijfdelig stuk waarin alle personages uit de vijftig verhalen op de een of andere manier opduiken.
MARCMAILLARD: Daarvoor ontwierpen we een resem latexpoppen, van koningen tot valse feeën en reuzenvlooien, die van de ene liefdeshistorie in het andere gruwelverhaal terechtkomen. Het ene sappige verhaal volgt het andere op, en het ene gerecht het volgende.
U bedacht sappige recepten bij die sappige verhalen?
DE BIE: (grijnst) Dat had gekund, maar het is nu ook weer niet omdat er over vijgen, knoken en geitenkoppen wordt gesproken, dat ik met vijgen, mergpijpen en geiten kook. Ik maak het mezelf en de toeschouwer graag iets moeilijker. Bovendien vind ik het in deze tijden mijn plicht om vegetarisch te koken. En zoals de poppen uit het ene verhaal ook weer opduiken in het andere verhaal, zo zullen ingrediënten uit het ene gerecht haast onherkenbaar opduiken in het andere gerecht.
Geeft u elk verhaal een geur?
DE BIE: Dat probeer ik. Tijdens een verhaal waarin een koning verliefd is op de geur van mirte, hangt die geur ook in de zaal. Maar subtiel spelen met geuren, kan niet in een zaal, terwijl ik dat wel wil. Ik ben gepassioneerd door de gezelligheid en verbondenheid die eten én verhalen doen ontstaan tussen de mensen. ‘Theater om op te eten’ is enorm arbeidsintensief – daarom zijn er amper makers die dit doen -, maar het levert hele fijne avonden op. Dit is veel leuker dan een restaurant. We nemen de toeschouwers mee op een trip, in een verhaal waardoor ze vertrouwen krijgen om te eten wat we hen voorschotelen.
Schotelt u riskante dingen voor?
DE BIE: Ik serveer geen vieze dingen, maar ik bied wel hapjes en drankjes aan die heel anders smaken dan ze eruitzien. Zoete rotsen, bijvoorbeeld. (lacht) Dat doe ik ook in Aromagic, de andere creatie die deze zomer te zien is. Daar zit je in een eivormige tribune rondom de scène, vanwaar we je uitdagen heel uiteenlopende smaken te proeven. Tijdens Pentamerone zit het publiek in een volkskeukenachtig decor.
Wat wil u met Pentamerone bereiken?
DE BIE: Een gezellige feel good-theateravond aanbieden die de mensen uitnodigt om na te denken over hoe we staan tegenover wat ons vreemd is. En over onze omgang met voedsel. Daarom creëer ik in 2016 Picknick, geïnspireerd op De tuin der lusten van Jeroen Bosch. Het wordt een apocalyptische picknick waarin ik de overvloed tegenover de schaarste plaats. Mentale schaarste. Zoveel als er op onze borden ligt, zo weinig denken we erover na.
Aromagic (Laika), vanaf 04/07 op Festival au Carré in Mons, www.mons2015.eu. Pentamerone (Laika en Figurentheater Froe Froe), vanaf 08/07 tijdens de Zomer van Antwerpen
Els Van Steenberghe