Mathias De Clercq (Open VLD)
‘Laten Nederland, Frankrijk en Duitsland in 2017 een nieuwe wind door Europa waaien?’
‘De populistische vloedgolf is geen onontkoombare fataliteit’, schrijft Vlaams parlementslid Mathias De Clercq (Open VLD). Hij hoopt dat de Nederlandse verkiezingsuitslag de aanzet is voor een optimistischer stemming op het oude continent.
Eind vorig jaar schreef de Neue Zürcher Zeitung dat 2016 de ‘Triumph des Populismus’ was. Het jaar van de Brexit, van president Trump, van bijna-president Höfer, van zorgbarende ontwikkelingen in Polen en Hongarije. De existentiële crisis waarvoor Europees Commissievoorzitter in zijn jongste State of the Union waarschuwde, zou helemaal een feit worden als Nederland, Frankrijk en Duitsland in 2017 de volgende landen vormen die overstag zouden gaan voor het populisme. De voorspelde Nederlandse dijkbreuk bleef echter uit. Minister-president Rutte hield stand en bewees daarmee dat zijn kwaliteiten als regeringsleider worden geapprecieerd. Optimistische, pro-Europese partijen als D66 en GroenLinks wonnen afgetekend. Wilders won ook, al bleef hij ver van de landslide zoals lang werd voorspeld.
‘Laten Nederland, Frankrijk en Duitsland in 2017 een nieuwe wind door Europa waaien?’
Afgelopen woensdag leken de nuchtere Nederlanders uiteindelijk toch te passen voor wilde avonturen met Wilders, beducht als ze zijn voor mogelijke reputatieschade in de wereld. Al droeg de vaststelling dat de Brexit geen winnaars zal opleveren en het zwalpen van Trump daar misschien ook toe bij. Uiteindelijk leken leiderschap, realisme en optimisme de voornaamste recepten waarvoor de Nederlanders afgelopen woensdag kozen. Daarmee beweren dat het populisme nu plotsklaps verdwenen zou zijn, is echter fout. Wel lijkt de perfect storm, die zou zorgen voor een definitieve doorbraak gaan liggen, al was het maar voor even. Een aantal weken geleden schreef ik nog dat er een spook van angst door het Westen waart. Hoewel hoopgevend, is dat spook met deze uitslag absoluut niet weg.
Niets is immers toevallig. De voedingsbodem voor populisme is er. We moeten onderkennen dat ernstige problemen de fundamenten van onze samenleving lijken te bedreigen. Denk aan de afkalvende steun voor het project Europa, de steeds instabielere internationale geopolitieke context met een isolationistische VS-president, een assertiever Rusland, de autocratische tendensen in Turkije en het kruitvat genaamd Midden-Oosten, disruptieve economische veranderingen, Salafistische terreur en de vluchtelingencrisis. Veel zaken veranderen snel. Te snel voor heel wat burgers. De geschiedenis kende geen einde na de Koude Oorlog. Integendeel. Economische en culturele globaliseringsangst bestaan. In dat opzicht is het geen wonder dat valse profeten daar garen proberen bij te spinnen.
Recepten voor populistische leiders
Vandaag lijkt de gesloten samenleving voor velen een gepaste, gemakkelijke oplossing voor al de uitdagingen die op ons afkomen. Terugtrekken achter eigen grenzen zou ons, volgens populisten, kunnen verlossen van al het leed in de wereld. Die stellingnames in combinatie met misprijzen voor de gerechtelijke overheid en de media, vormt zowat het te volgen recept voor populistische leiders. Iedereen die ingaat tegen “de wil van het volk” wordt verfoeid. De Duitse Princetonpoliticoloog Jan-Werner Müller beschrijft dat treffend in zijn recente boek Wat is populisme? Hij roept echter ook op tot een assertieve houding en het bestrijden van de populistische boodschap met feiten. Dat kan door te wijzen op inconsequenties. Wie immers de aard van onze uitdagingen analyseert, moet vaststellen dat deze niet op te lossen zijn met een zogenaamde taking back control-aanpak. Wel Integendeel.
‘Oplossingen voor de problemen die onze samenleving vandaag kenmerken vereisen nieuwe stappen in die Europese samenwerking.’
De liberaal-democratische samenlevingsvisie die de naoorlogse wereldorde kleurde, baseerde zich op het scheppen van vrede door internationale coöperatie, toenemende economische interdependentie en integratie, met als meest vergevorderde voorbeeld de Europese Unie. Oplossingen voor de problemen die onze samenleving vandaag kenmerken vereisen nieuwe stappen in die Europese samenwerking. Nederland zou dat als founding father van het Europese integratieproces duidelijk moeten stellen en durven verdedigen. Een faire aanpak van de vluchtelingencrisis is slechts te regelen op Europees niveau, net zoals het beantwoorden van de bestaande zorgen over globalisering, veiligheid, de monetaire unie of het vrij verkeer binnen Europa. Heel wat burgers beseften dat ook bij de Nederlandse verkiezingen. Pro-Europese partijen werden beloond, hoewel er natuurlijk verschillende schakeringen bestaan tussen die partijen over hoever het integratieproces zou mogen gaan. In ieder geval hangt een Nexit niet langer in de lucht. Integendeel, de uitslag biedt hoop op een optimistischere stemming op het oude continent.
Met deze verkiezingsuitslag hoop ik alvast dat het Nederlandse nog te vormen kabinet terug een voortrekkersrol opneemt binnen Europa, nu het integratieproces onzeker is en veel Europeanen twijfelen aan haar doelmatigheid. Niet omdat verdere integratie of meer samenwerking een doel op zichzelf zouden vormen, maar net omdat dit oplossingen kan bieden voor de problemen en angsten waar de Europese burgers vandaag mee kampen. Het tegendeel beweren kan misschien wel helpen in het aantrekken van kiezers, maar zorgt niet voor oplossingen.
Zestigste verjaardag van Verdrag van Rome
In dat opzicht vormde het feit dat de Benelux zichzelf weer lijkt te hebben heruitgevonden als Europese voortrekker, al een voorzichtige eerste aanzet. Premiers Rutte, Michel en Bettel gooiden de afgelopen tijd gezamenlijk hun gewicht in de schaal in het creëren van nieuwe toekomstperspectieven voor de EU. Het is de hoogste tijd. Het Europese project heeft een nieuw elan nodig.
Eind deze maand is het zestig jaar geleden dat de Benelux-landen met Italië, Frankrijk en West-Duitsland het Verdrag van Rome ondertekenden. Dat vormt het aan te grijpen momentum om de Europese erfenis opnieuw volop te verdedigen, maar vooral om te werken aan een optimistisch Europees project dat oplossingen biedt aan de uitdagingen van vandaag. Het hoeft immers niet het jaar te worden waarin een perfect storm de fundamenten van onze democratie wegvaagt. De populistische vloedgolf is geen onontkoombare fataliteit. Binnen 2 maanden zal Emmanuel Macron de nieuwe president van de Vijfde Republiek zijn, en dat met een optimistisch programma dat lijnrecht ingaat tegen het populistische discours. En in Duitsland zullen de twee pro-Europese kandidaten Merkel en Schulz het zeker halen op de extreemrechtse AfD. Als het even meezit wordt 2017 het jaar waarin pasgevormde Nederlandse, Franse en Duitse regeringen een nieuwe wind door Europa doen waaien en het integratieproces nieuw leven inblazen. Om daartoe te komen moeten de politieke krachten die deze ideeën voorstaan vooral niet bang zijn van hun eigen schaduw. Ook dat bewezen de Nederlandse verkiezingen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier