Line De Witte (PVDA)
Is een kil, groot en onpersoonlijk winkelcentrum echt de toekomst?
Line De Witte (PVDA) hekelt de paradoxale houding van CD&V en Open VLD over Uplace. ‘Ze tonen een mooi staaltje van paraplupolitiek. N-VA kan je van die hypocrisie alvast niet beschuldigen.’
De Raad van State schorst de milieuvergunning voor Uplace. Een zoveelste uitstel voor het project, terwijl eerder nog enthousiast werd aangekondigd dat de bouw van het shoppingcenter nog dit jaar van start zou gaan. Of dit zoveelste uitstel een effectieve stop betekent, is nog niet duidelijk. De zonering, de handelsvestigings- en de bouwvergunning blijven van kracht. Een schorsing is geen vernietiging, valt te horen bij Vlaams minister Schauvliege, die graag nog verder onderhandelt over Uplace.
Open VLD en CD&V tonen een mooi staaltje van paraplupolitiek in het Uplace-dossier. In het Vlaams Parlement stemmen ze voor, maar in de Leuvense gemeenteraad uiten ze zich als tegenstander van het shoppingcenter.
Fractieleiders Koen Van Den Heuvel (CD&V) en Bart Somers (Open VLD) gaan nog wat verder. Als respectievelijk Puurs en Mechels burgemeester verwerpen ze het dossier dat de regering, waar hun partijen ook in zetelen, goedkeurt. Het is om schizofreen van te worden.
N-VA kan je van die hypocrisie alvast niet beschuldigen. De partij is vanaf het begin voorstander van dit project, en kondigde een tijd geleden zelfs aan dat Lorin Parys, als ex-Chief Operating Officer (COO) bij Uplace, de strijd aangaat voor de Leuvense burgermeestersjerp. Maar willen de Leuvenaars wel een burgemeester die kiest voor het grote geld, de Turteltaks en langere files, maar tegen de middenstand?
Van kleine zelfstandigen in Leuven en Vilvoorde over milieuactivisten tot bezorgde burgers, allen verzetten zich tegen Uplace. Het verrast dan ook niet dat Lorin Parys zijn mond houdt over het project waar hij drie jaar geleden nog enthousiast voor lobbyde. Een paar jaar geleden zei hij als COO nog het volgende: ‘We zijn innovatief. We scheppen 3.160 permanente voltijdse banen en nog eens 120.000 mandagen in de bouwsector. Het project wordt een internationale attractie, een toeristische trekpleister. En het maakt de regio interessant voor internationale investeerders.’
Is een kil, groot en onpersoonlijk winkelcentrum echt de toekomst?
De toekomst van twintigste-eeuwse shoppingcentra
Laten we even meestappen in het waarom van zo’n shoppingcenter. Het zorgt voor jobs, zeggen de voorstanders enthousiast. Jobs, jobs, jobs. We kunnen er natuurlijk gaan shoppen, maar ook een filmpje kijken. Mocht er een grote nood zijn aan nieuwe shoppinggelegenheden, zou zo’n complex op vlak van jobcreactie een goede zaak kunnen zijn (hoor mijn voorwaardelijkheid). Dan komen er jobs bij in Uplace, en blijven de jobs in Leuven en Vilvoorde onaangetast. Als er echter geen nood aan is, zullen de jobs in Leuven en Vilvoorde verdwijnen, of de jobs in Uplace zullen van een zeer tijdelijke duur zijn.
En overbodig is het. Dat toont Docks Bruxsel duidelijk aan. Het complex opende in oktober zijn deuren aan de Van Praetbrug, nauwelijks 5 kilometer verwijderd van Uplace.
Sophie werkt bij Docks in een supermarkt. Zo lang het nog duurt, zegt ze zelf, want er komt geen kat. Zelfs tijdens de kerstperiode was het zo goed als leeg. Mensen gaan liever in de stad winkelen, daar zijn mogelijkheden genoeg voor. Niet enkel Sophie denkt er zo over. Equilis, de ontwikkelaar van Docks Bruxsel wilde het shoppingcenter in november – toen het hooguit een maand open was – al verkopen. ‘Te koop: Shoppingcenter, amper gebruikt’, het had een zoekertje kunnen zijn op 2dehands.be.
Willen de Leuvenaars wel een burgemeester die kiest voor het grote geld, de Turteltaks en langere files, maar tegen de middenstand?
Als Docks Bruxsel zo’n flop is, moeten we dan echt een paar kilometer verder een nieuw shoppingcomplex bouwen?
Een kil, groot en onpersoonlijk shoppingcomplex, recht weggeplukt uit de twintigste eeuw, is dat echt de toekomst? Gaan we niet beter massaal voor winkels dicht bij de mensen? Voor een stad waar het aangenaam leven is, rondkuierend, een winkel in de buurt, een park wat verderop, voldoende open ruimte en voldoende mogelijkheden om elkaar te ontmoeten. Dat lijkt me de stad van de 21ste eeuw.
N-VA, de partij van files en fijnstof
Uplace is niet enkel overbodig, het is ook gewoon slecht voor mens en milieu. Het complex zou naar schatting voor 22.000 auto’s extra per dag zorgen. Brussel is wereldkampioen wat fileleed betreft. Wie ’s morgens met de auto naar Brussel moet, weet dat maar al te goed. Zoveel extra auto’s zullen dat probleem enkel vergroten, dat spreekt. En niet enkel wat file betreft zijn die hoeveelheid auto’s een probleem. De meer dan 42.000 omwonenden in Vilvoorde en Machelen worden nu al niet gespaard van fijn stof. De PVDA voerde er recent nog actie tegen. Fijn stof vergroot de kans op kanker en hartfalen, het doet het aantal prematuur geboren baby’s toenemen, veroorzaakt diabetes bij kinderen en vermindert dus algemeen de levenskwaliteit aanzienlijk.
Wiens belangen gaan voor? Die van projectontwikkelaars en betonlobby? Of die van de gewone mensen? Het moge duidelijk zijn dat ik daar anders over denk dan de Vlaamse regering, met N-VA op kop. En daarom mijn vraag aan u meneer Parys. Als ex-COO van Uplace, als lid van een van de regeringspartijen in de regering, maar ook als inwoner en zelfverklaard toekomstig burgemeester van mijn stad, wiens belangen wil u dienen?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier