Youssef Kobo
‘In Brussel is iedereen bevoegd, maar niemand verantwoordelijk’
‘Assymetrisch bestuur en de totale versplintering van macht over de verschillende niveau’s hebben het Brussels Gewest geen goed gedaan’, schrijft Youssef Kobo. Hij ziet nog heel wat hinderpalen waardoor het risico op nieuwe rellen blijft bestaan.
Voor de tweede keer op een paar dagen tijd werden de Brusselse ordediensten vorige week verrast door een spontane uitbarsting van geweld. De amateuristische aanpak en de onhandige communicatie van lokale politici waren tekenend voor het falen van de Brusselse politiek. Bepaalde spanningen die al jaren heersen in Brussel zijn eindelijk uitgebarsten, zorgwekkend voor een stad die slecht is uitgerust om deze problemen het hoofd te bieden.
Twee weken geleden sloeg een bijeenkomst van honderden voetbalsupporters die de kwalificatie van het Marokkaanse voetbalelftal voor het wereldkampioenschap voetbal 2018 op het Beursplein vierden al snel om in geweldadige rellen. Enkele dagen later sloeg de vlam weer in de pan wanneer een meet and greet met een bekende vlogger en zijn jonge fans drastisch uit de hand liep. Wederom werden de ordediensten overdonderd door de snelle escalatie van het geweld. Extra troepen moesten op het laatste moment opgevorderd worden terwijl lokale politici aan een verbijsterd publiek moesten uitleggen hoe nieuwe ongeregelheden konden ontstaan op een steenworp van waar de laatste rellen slechts enkele dagen voordien plaatsvonden.
‘In Brussel is iedereen bevoegd, maar niemand verantwoordelijk’
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest – het ongewilde liefdeskind van twee rivaliserende ouders, Vlaanderen en Wallonië – lijdt al jaren aan een gebrek aan sterk leiderschap en een duidelijke visie dat een regio van haar allure verdient.
Dankzij haar onbegrijpelijke institutionele structuren en haar talloze bestuursniveaus, vinden zelfs de meest ervaren beleidsmakers het zo goed als onmogelijk om een serieuze impact te hebben op de problemen die de grootstad teisteren. Meer dan drie decennia lang werden, vooral langs Franstalige zijde, problemen zoals armoede, werkloosheid, geweld, misdaad en radicalisering met de mantel der liefde bedekt door lokale politici. In Brussel is iedereen bevoegd, maar niemand verantwoordelijk.
Wat beleidsvoering in Brussel zo gecompliceerd maakt is dat het de enige regio in ons land is die bestuurd wordt door politieke partijen van beide kanten van de taalgrens. Op het hoogste niveau vinden we de Brusselse Hoofdstedelijke Gewestregering, de VGC en het COCOF. Daarbovenop is er het Brussels parlement en 19 verschillende gemeenten die elk een eigen gemeenteraad en een volwaardige administratie behelmen. Voor de veiligheid staan nog eens 6 verschillende politiezones garant. Dit voor een Gewest met slechts 1,1 miljoen inwoners. Het hoeft niet te verwonderen dat er in Europese kringen vaak gegrapt wordt dat Brussel het meeste aantal politci per capita telt. Iets dat overigens niet klopt, Montenegro spant de kroon op dit vlak.
De Franstalige en Nederlandstalige partijen houden er beiden een verschillende politieke cultuur op na en hebben tegenstrijdige agenda’s. Het resultaat van deze botsende visies leidt vaak tot meer chaos op het terrein. Dit soort assymetrisch bestuur en de totale versplintering van macht over de verschillende niveau’s hebben het Brussels Hoofdstelijk Gewest geen goed gedaan.
Broeihaard voor vervreemding
De afgelopen tien jaar maakte Brussel een ware bevolkingsexplosie mee, er kwamen meer dan 200.000 nieuwe inwoners bij. Waardoor de overheidsdiensten en de infrastructuur van het Gewest zwaar onder de druk kwamen te staan. Het komende decennium komen daar nog eens 250.000 Brusselaars bij. Een enorme uitdaging voor een regio die hier helemaal niet op voorzien is.
Na 30 jaar wanbestuur door lokale politici heerst er in sommige gemeenten zoals Molenbeek, Schaarbeek en Anderlecht tot 30-50% jeugdwerkloosheid en verlaat bijna één derde van de jongeren het middelbaar onderwijs zonder diploma.
Het is dit soort omgevingen die het perfecte broeihaard vormen voor vervreemding van en wrok tegen onze samenleving bij bepaalde achtergesteld jongeren. De afgelopen jaren werd Brussel hier meermaals met de neus op de feiten gedrukt toen op slechts 3 jaar tijd meer dan 200 inwoners het Gewest verruilden voor het Syrische strijdtoneel. In diezelfde periode werden zes internationale aanslagen of pogingen tot terreuraanslagen gelinkt aan extremisten die zich schuilhielden in Brussel. Een Gewest met zes verschillende politiezones waar niemand nog weet wat er op haar gebied gebeurt of wie er verantwoordelijk is vormt de perfecte schuilplaats voor extremisten en criminelen die onder de radar willen opereren.
De rellen van de afgelopen weken hebben veel weg van de rellen in de Franse banlieues in 2005 en de rellen in Londen in 2011.
Een deel van de Brusselse jeugd voelt zich al jaren verraden door de politieke klasse en koestert een diepgewortelde misprijzen tegenover de ordediensten. In plaats van hier op te ageren hebben vele lokale politici, zoals Philippe Moureaux in Molenbeek, er jarenlang voor gekozen om bepaalde mistoestanden te negeren omwille van electorale overwegingen.
De rellen van de afgelopen weken hebben veel weg van de rellen in de Franse banlieues in 2005 en de rellen in Londen in 2011. Bij beiden fenomenen werden de lokale authoriteiten overweldigd door het spontane uitbreken van geweld bij jongeren uit de binnenstad. In beide gevallen braken politici, journalisten, onderzoekers en opiniemakers zich nog maandenlang het hoofd hoe dit geweld zo snel kon uitbreken.
Over het feit dat de relschoppers van de afgelopen weken zwaar gesanctioneerd moeten worden en dat er geen verzachtende omstandigheden bestaan voor de ravage die zij hebben aangericht, is zo goed als iedereen het eens. Wie denkt dat de openbare ruimte een plek is om zijn of haar frustraties op af te reageren – of het nu om hooligans in de Jupiler League om jonge relschoppers in onze hoofdstad gaat – verdient een zware straf. Daarnaast moeten we deze gelegenheid aangrijpen om bepaalde zaken die mislopen in het Brussels Gewest aan te pakken. Het opbod aan stoere praat door politici en van burgers op sociale media verandert maar in de praktijk maar weinig op het terrein.
Gordiaanse knoop
Brussel telt nog steeds veel geëngageerde beleidsmakers die zich met veel overgave op hun werk storten om de gordiaanse knoop die de Brusselse politiek is te ontwarren. Zolang de Brusselse structuren niet aangepast zijn aan de uitdagingen waarvoor het Gewest staat, zolang sommige politici weigerachtig staan om bepaalde problemen – armoede, tewerkstelling en criminaliteit – bij de wortel aan te pakken, zal de vervreemding van jongeren van onze samenleving alleen maar toenemen. En blijft het risico op nieuwe rellen en verdere escalatie van het geweld toenemen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier