Jean-Marie Dedecker (LDD)
‘Ik heb het stilaan gehad met die groene progressieve haarkloverij’
‘Ik krijg een indigestie van het groene proefballonnenblazersensemble dat elke dag een nieuwe zeurstok vindt om op te kauwen en per wet wil opleggen hoe ik moet leven’, schrijft Jean-Marie Dedecker.
Greta Thunberg, een puber uit Zweden, nog groen achter de oren, en de zeventienjarige Anuna De Wever uit onze contreien, hebben zich ontpopt tot de handpoppen van de politiek correcte klimaatkerk. Anuna staat samen met Groen-voorzitster Meyrem Almaci zelfs op het testbeeld van de VRT.
Ik heb het stilaan gehad met die groene progressieve haarkloverij.
Met slogans dat we maar geld moeten bijdrukken om windmolentjes te financieren en dat we onze sinaasappelen hier maar moeten kweken in plaats van ze uit Spanje in te voeren, wordt het meisje op het schild gehesen als nieuwe messias van het klimaatevangelie. Als een getalenteerd klimaatstakingsleider bekritiseert ze met holle retoriek het regeringsbeleid en zowel ministers als journalisten staan met open mond en kwispelstaartend te luisteren als apostelen op het laatste avondmaal. Het laatste oordeel en de zondvloed zijn nabij. Minister Joke Schauvliege is al verdronken, enkel zijzelf heeft er een traan om gelaten. Er ontbreekt echter altijd een groot element om de groene dromen realistisch te noemen: wie betaalt de rekening van de miljarden die aan de klimaatgoden geofferd worden om de apocalyps af te wenden?
‘Een mars op idealistische gronden is als een thuiswedstrijd’, schrijft Yorien vdH. ‘Lekker samen met gelijkgezinden naar de wedstrijd. Dezelfde gedachten, hetzelfde gevoel: onze club is de beste en de tegenstander is fout.’ Een strijd tussen de good guys en de bad guys, in een sfeer van pseudo-intellectueel en ecologisch hooliganisme. We zijn allen groepsdieren die zich happy voelen als ze onder gelijkgestemden zijn. You’ll never walk alone. Je mag je eigen gender kiezen en je eigen huidskleur, je bent per definitie veganist of flexitariër, je bent migratiedol en cultuurmarxist. Je mag mensen met een andere mening bespotten, want je bent redder van de planeet. Je moet met de ongelovigen, de ketters, niet in debat gaan, want je bent verkondiger van ‘het grote gelijk’. Je houdt van wetenschap als afgesloten consensus, niet als resultaat van kritisch onderzoek dat zichzelf voortdurend in vraag stelt.
‘Noot aan media: wie charlatans als Rik Torfs aan het woord laat, is medeplichtig aan het legitimeren aan klimaatontkenning.’ Aldus Sacha Dierckx van de linkse denktank Minerva op Twitter. Een kerkjurist gekapitteld door een zelfverklaarde behoeder van het klimaat.
https://twitter.com/SachaDierckx/status/1090627234409390081Sacha Dierckxhttps://twitter.com/SachaDierckx
Noot aan media: wie charlatans als Rik Torfs nog aan het woord laat, is medeplichtig aan het legitimeren van klimaatontkenning.
— Sacha Dierckx (@SachaDierckx) January 30, 2019
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
550rich3153600000Twitterhttps://twitter.com1.0
Ondergetekende moet volgens het hysterisch discours van journaliste Tine Hens van MO* (Tine Hens schrijft onder andere ook voor Knack Focus, nvdr.) zelfs voor de rechtbank gesleept worden wegens verregaand klimaatnegationisme. Het Sovjetpolitbureau was een vriendenclubje in vergelijking met de inquisitie van de klimaatkerk. Inktkoelies die normaal schreeuwerig de vrije meningsuiting propageren willen nu ook zelf de kritische geesten bevriezen. Ik ben geen klimaatontkenner, maar ik las zowel de rapporten van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC), als teksten van andere wetenschappers die zich vragen stellen over catastrofale gevolgen die de opwarming van de aarde met zich zou meebrengen.
Ik luister naar de Nederlandse klimaateconoom en IPCC-panellid Richard Tol die in Het Laatste Nieuws zegt dat wie apocalyptische ideeën verspreidt dat alleen maar doet om zijn politieke invloed te vergroten. Hij kapittelt de grootvaders die hun kinderen klimaatnachtmerries bezorgen en waarschuwt voor het instorten van de halve wereldeconomie door een zo snel mogelijk CO2-neutraal beleid.
Ik ben ook grootvader, nog een reliek van een uitstervend ras van vooruitgangsoptimisten die geloven in wetenschappelijke vooruitgang, en die lak hebben aan apocalyptische religiën. In onze oertijd gingen we niet brossen voor de bossen, maar we speelden er in en ademden er CO2 uit, de zuurstof van ons plantenrijk. We overleefden de zure regen. Onze speeltuin was niet alleen voorbehouden voor de kamsalamander, maar ook voor ons. We zwommen zelfs in vervuilde kanalen en overleefden het ook, want zowel onze lucht als onze waterlopen zijn de laatste halve eeuw nooit zo zuiver geweest als vandaag. We verheerlijkten warme zomers en genoten van elke zonnestraal op onze blanke huid. We sportten niet op elektrisch aangedreven loopbanden, maar liepen in het warme gras of duwden zelf de grasmaaier. We hadden lak aan klimaatwijsneuzen die in de jaren zeventig verkondigden dat er hongersnoden op komst waren door de Global Cooling.
We spraken toen zelfs af met ons lief in plaats van te chatten. Om de telefoon te gebruiken moesten we het eerst aan vader vragen. Kinderen zwegen als de ouderen praatten. Leraars hadden toen nog meer gezag dan hun leerlingen, en spijbelen werd bestraft in plaats van aangemoedigd. Vandaag worden Vitabishummeltjes van zeven van de spijbelstraat geplukt om voor een microfoon in een kijkkast de psalmen van de klimaatkerk na te neuriën, nu nog de proefbuisbaby’s. We leerden dat er warme en koude periodes op onze blauwe planeet waren en we moesten de wet van Archimedes onder de knie hebben.
We werden niet naar school gebracht door de taxidienst van helikopterouders. We fietsten nog naar de bibliotheek, terwijl de datacenters van Google, de nieuwe encyclopedieën van onze puberende besjes, vandaag jaarlijks zo’n 260 miljoen watt verbruiken. Onze patatten werden geschild op krantenpagina’s, en de resterende bladzijden dienden als Wc-papier. We dronken melk uit flessen die gespoeld werden en opnieuw gevuld en overleefden de bacteriën. Onze uitsloofmoeders kookten de was en hingen die te drogen aan de wasdraad, van menstruatiedoeken tot babyluiers. Deze generatie vervuilende ouders heeft ervoor gezorgd dat de spijbelaars van deze wereld in pampers opgevoed werden, en van een nooit geziene welvaart kunnen genieten.
Ik heb het stilaan gehad met die groene progressieve haarkloverij. Het superioriteitsgevoel van de groene stedelingen en geitenwollensokkenvaders met zo’n babydraagtuigje op hun buik. Het groenlinkse ideaalbeeld van de deugelite loopt over de verheerlijking van de natuur en de geneugten van de multicultuur. Hun koters spijbelen uit angst voor de grote klimaatapocalyps. Ze worden politiek vertegenwoordigd door Groen, stilaan een bourgeois-partij. Hun mandatarissen verheerlijken zichzelf als socialisten met een diploma, en hun hoogopgeleide kiezers zijn volgens mij in hoofdzaak stedelingen. Ze zijn bezorgd om het milieu, maar worden zelf niet geconfronteerd met de uitwassen van de natuur, noch met de economische gevolgen van hun politieke keuzes. Wie weet vinden ze zelfs dat de giraffen in de zoo coltruien moeten dragen. Ze omhelzen bomen, maar kennen het verschil niet tussen een den en een spar.
Dankzij de verguisde Joke Schauvliege is er nu wel een boscoach in de aanbieding. Hun moestuin is beperkt tot een dakterras en een bloempot vol spruitjes. Elk weekend naar de zelfplukboerderij. Geitenwollen kringloopmoeders praten in de biowinkel meer met de broccoli, de kurkuma en de quinoa dan met de winkeljuf. In hun stedelijke elitaire bubbel zijn ecologisten immers aanhangers van de cultus die sterfelijkheid herleidt tot oorzaken die aan iemands gedrag te wijten zijn. Voor elk genot een ziektebeeld. Straks gaan we nog met de Climate Express naar Tournée Minérale, naar Dagen Zonder vlees, en vieren we Mei Plasticvrij om boete te doen voor ons bestaan op Moeder Aarde.
Er wordt ons nu ook nog een nieuwe zonde aangepraat: vliegschaamte.
Er wordt ons nu ook nog een nieuwe zonde aangepraat: vliegschaamte, onder het motto ‘luister naar mijn woorden maar kijk niet naar mijn daden’. Op het Wereld Economisch Forum in Davos landden er 1500 privévliegtuigen voor het kapitalistisch ecofestival van de rijkeluiselite. De groene maanlichtdansers die naar de klimaatconferentie in Katowice vlogen stootten ook evenveel CO2 uit als 8.200 Amerikaanse gezinnen op een heel jaar. Toch vinden die wereldverbeteraars dat dit transportmiddel te goedkoop is voor het vervuilende klootjesvolk. Een heen en terugticket naar Benidorm moet volgens Groen duurder worden voor het gelehesjesproletariaat, zodat ze enkel nog te voet naar Compostella mogen, met de bakfiets naar de zoo en met de trottinette de Kemmelberg op.
Ik krijg een indigestie van het groene proefballonnenblazersensemble dat elke dag een nieuwe zeurstok vindt om op te kauwen en per wet wil opleggen hoe ik moet leven. Voor de spijbelaars hou ik het bij de wijze woorden van diezelfde Richard Tol: dat ze beter hun best zouden doen op school, voor ingenieur zouden studeren en later iets zouden uitvinden waardoor de Indiërs en de Chinezen minder uitstoten. ‘Two things are infinite. The Universe and human stupidity. And I’m not sure about the Universe.’ Een wijs man, die Albert Einstein.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier