Jan Blommaert
Hogere begrotingstekorten geven zuurstof aan de economie
Het grote feit van de afgelopen dagen is een rekenfout.Een consequent neoliberaal econoom zou dan ook vanaf nu precies het tegenovergestelde moeten bepleiten als vorige week: ze zouden moeten pleiten voor hogere begrotingstekorten, omdat net die hogere schulden ‘zuurstof aan de economie’ geven.
Het grote feit van de afgelopen dagen – maar ook maanden en zelfs jaren – is een rekenfout. Een onderzoek uit 2010 van Kenneth Rogoff en Carmen Reinhart, allebei zeer eminente academici werkzaam in Harvard, bleek een aantal belangrijke feitelijke en rekenfouten te bevatten. Niets aan de hand zou u zeggen, want we zijn gewend geraakt aan Diederik Stapel en andere dwalende en prutsende wetenschappers, ware het niet dat dit onderzoek tot de absolute canon behoort van het economische beleid.
Kort samengevat stelden Rogoff en Reinhart in hun onderzoek ‘Growth in Time of Debt’ dat overheidsschuld weinig effect heeft op economische (GDP) groei, tot wanneer die schuld een kritisch volume van 90% bereikt. Vanaf dat punt heeft overheidsschuld een aanzienlijk vertragend effect op economische groei, om precies te zijn een negatieve groei van 0,1%. Een uitstekende uitleg is hier te vinden.
Sinds 2010 was dit artikel de beslissende basis voor het bepleiten van een budgettair austeriteitsbeleid, en dit in allerhande gremia. Voor nationale overheden, de EU, de OESO, het IMF, en economische media zoals The Economist en Bloomberg, even goed als voor speculanten en rating bureaus – voor al deze actoren was het helder dat alle overheden ab-so-luut het deficit op hun begroting beneden de 90% moesten houden om economische groei te garanderen. Deficits boven deze limiet zouden een recessie uitlokken. Elk ‘relance’ beleid moet daarom gedragen worden door een ingrijpend begrotingsbeleid. C’est simple.
Let op de timing. Na de bankencrisis van 2008 was zowat overal een scherpe stijging te merken van de overheidsdeficits, en de oorzaak was overduidelijk: overheden sprongen hun banken bij met gigantische hoeveelheden cash, en kregen op het zelfde moment ook minder geld binnen wegens de vertraging van de economie die het gevolg was van de bankencrisis. Dus: net op het moment dat een toename van de openbare schuld onvermijdelijk is, en op een moment dat overheidsuitgaven de dalende private investeringen moeten compenseren om economische groei te behouden, komt er een wetenschappelijke studie die dit ten strengste verbiedt.
Die studie was trouwens niet van Janneke en Mieke. Rogoff is een zeer invloedrijk neoliberaal econoom die belangrijke functies had bij het IMF, en die zich opstelde als extreem orthodox opponent van Joseph Stiglitz, Paul Krugman en andere ‘heterodoxe’ economen die ingingen tegen de doctrines van het IMF en de Fed. Carmen Reinhart is even goed een zwaargewicht. Ze zetelt in de Council on Foreign Relations en is verbonden aan het Centre for Economic Policy Research. Als hun studie dan nog eens wordt gepubliceerd in de American Economic Review dan zal het wel waar zijn zeker?
Een groepje onderzoekers van de University of Massachusetts, Amherst – een trapje lager dan Harvard – onderzocht de gegevens die Rogoff en Reinhart hadden voorgesteld, en kwam tot de bevinding dat er een aantal zware fouten in zaten. Die fouten waren kritisch voor de uitkomst: in plaats van een daling van 0,1% blijkt er een economische groei van 2,2% op te treden bij een schuldvolume van 90%. Herlees dit even: een hoge publieke schuld – 90% – blijkt geen vertragende factor te zijn, maar een factor van groei.
Er wordt in de wetenschap vandaag veel te weinig her-onderzocht. De her-onderzoekbaarheid van wetenschappelijke studies is nochtans een basiscriterium voor wetenschap; de toename van prestatiegericht werken in universiteiten zorgt dat dit steeds minder gebeurt. In het geval dat we hier bespreken werd de fout van Rogoff en Reinhart ontdekt door een 28-jarige doctoraatstudent, die als oefening het onderzoek van Rogoff en Reinhart wilde herhalen en daar niet in slaagde. Het nut en belang van dergelijke her-onderzoeken kan men nooit genoeg onderstrepen, zeker wanneer figuren zoals Angela Merkel en Olli Rehn zich op onderzoeken baseren om verregaande beleidsingrepen te motiveren.
Dat is immers gebeurd: de rekenfout van Rogoff en Reinhart houdt al bijna drie jaar een beweging op gang die overheden dwingt tot verregaande besparingen, en dat in een periode waarin prive-investeringen dalen en er grote sociale en economische behoeften aan overheidsinvestering zijn. Het effect is netto verarming. Meer nog: de EU decreteerde in 2011 dat de lidstaten van de Eurozone het budgettaire stabiliteitspact in hun Grondwetten moesten opnemen. Stel je voor: een bepaalde economische visie moet ‘grondwettelijk’ worden verklaard, waardoor alle andere theorieën en visies meteen ook ‘ongrondwettelijk’ worden. En dan blijkt die visie fout te zijn. De schade die deze rekenfouten hebben aangericht is fenomenaal.
Het belang van deze zaak is echter nog groter. Neoliberalen beweren steeds dat hun visie niet gebaseerd is op een ideologie, maar wel op de harde feiten van de economische wetenschap. Mensen zoals Ivan Van de Cloot herhalen het constant: sorry, maar feiten zijn feiten en cijfers zijn cijfers. En als die feiten dicteren dat een besparingsbeleid het enige middel is om groei te realiseren, dan is dat zo.
Die anti-ideologische opstelling heeft een zwak punt. Wanneer de harde economische feiten niet blijken te kloppen dan stort het hele bouwwerk in. Een consequent neoliberaal econoom zou dan ook vanaf deze week precies het tegenovergestelde moeten bepleiten als vorige week: ze zouden moeten pleiten voor hogere begrotingstekorten, omdat net die hogere schulden ‘zuurstof aan de economie’ geven.
Dat is de reden waarom ik deze rekenfout zulk mega-nieuws vind: het dwingt elke neoliberale econoom ter wereld tot een U-turn in z’n beleidsadviezen. Olli Rehn moet vanaf nu nagaan of landen wel voldoende schuld opbouwen, niet of ze die schuld drastisch genoeg hebben verlaagd. En onze regering kan haar begrotingsplannen in die zin herzien. Meer nog, vanuit een strikt wetenschappelijk standpunt moet ze dit doen.
De rekenfout van Rogoff en Reinhart zet niet alleen die twee Harvard-eminenties te kijk. Ze haalt het hele bouwwerk onderuit dat de EU, in koorzang met die andere economische hogepriesters, al enkele jaren lang aan het bouwen waren. Het biedt dus middelen voor een fundamentele politieke kritiek van dit beleid – niet op ideologische gronden, want neoliberalen wijzen dat hoe dan ook af, maar op grond van de harde wetenschappelijke feiten. Hun eigen logica kan nu tegen hen worden gekeerd.
Doen, zou ik zeggen. Leg uw bestuurders het vuur aan de schenen, eis helderheid van hen: volgen ze de best mogelijke wetenschappelijke adviezen? Of volgen ze een catastrofale rekenfout? En als het dat laatste is: wat gaan ze daaraan doen? Actie!
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier