Guido Lauwaert
‘Het volk laat zich inpakken door de opperstalmeester van het grootste luchtkasteel ter wereld’
Zo is nu eenmaal elke bevolking, dat in luchtkastelen gelooft en wuift naar de opperstalmeester. Of hij nu groen ziet, blank, oranje, geel, grijs of zwart.
Er zijn van die momenten waarop iedereen dagelijks wel eens nadenkt, afhankelijk van zijn situatie, over de kunst van het nadenken. De rijke overdenkt zijn armoede, de onschuldige zijn schuld, de acteur zijn geklooi, de journalist het opgeblazen nieuws, de man zijn potentie en de vrouw waarom er verdomd maar geen kind komt van zijn seksuele snoeverij. De hele kunst is om niet eens te denken. Het lukt niemand, ook niet de opperstalmeester van het grootste luchtkasteel ter wereld.
En een van die momenten waarin hij denkt, wanneer zijn luchtvoertuig naar Rome vliegt en hij even de ogen sluit, dat hij die Brave Little Belgians toch mooi heeft ingepakt, vraagt hij zich af hoeveel keer in zijn positie hij een land, zijn volk en zijn leiders al heeft ingepakt. Hij wil niet het antwoord weten, want hij weet dat de beste vragen degene zijn zonder antwoorden. De vraag is al vele malen opgedoken. Op het antwoord zit niemand te wachten, hij allerminst. In plaats van een antwoord komt er na de vraag een feit bovendrijven. Namelijk dat hij als inpakker een woordkunstenaar is. Zonder dat talent was hij nooit opperstalmeester geweest. Dat beseft hij maar al te goed. Maar hij is het nu eenmaal en blijft dat, zolang de wet het toestaat en hij zijn broek niet laat zakken in de Sint-Pietersbasiliek van Rome, omdat hij alle reële en denkbare voorrechten heeft die nu eenmaal passen bij het opperstalmeesterschap.
Er mag dan wel eens wat kritiek zijn op de beloftes die hij niet is nagekomen, hij weet dat zijn positie daar boven staat. Door het feit dat die voorrechten voor de wereld die geen weet heeft van wat er zich in zijn werkkamer en leefruimte afspeelt, wel een antwoord heeft op die vraag, zonder enige betekenis echter, want hij is de opperstalmeester. En niet alleen de opperstalmeester maar ook de woordvoerder van de hele bemanning van het grootste luchtkasteel ter wereld.
Andere opperstalmeesters moeten zich af en toe zorgen maken over hun positie, maar hij niet. Hij is een burger boven alle verdenking door de steun van zijn bemanning, waarvan sommigen slechts in schijn zijn woorden en daden bekritiseren, omdat zij nu eenmaal aangeduid zijn, door hun onderstalmeester, om het niet eens te zijn met de opperstalmeester. Dat zij enkel tijd moeten winnen om te kunnen opvallen, voor hun achteropvliegend luchtkasteel Ook zij beseffen dat raken aan het systeem inhoudt dat het grootste luchtkasteel dan lucht verliest en elke lek, hoe klein ook, een grote wordt, en een grote garandeert een crash, meer dan een crash, a car wreck. Elk wrak valt eigenlijk op te lappen, zodat het applaus oogst en boegeroep kan opleveren om hun hindernissenspel.
Wat zou hij zich zorgen maken over zijn positie als alles maar schijn is, en de massa, wegens de domheid van zijn eigen gewicht, blijft samendrommen om een glimp van hem op te vangen en denkt dat hij naar hen wuift, terwijl hij gewuifd heeft omdat een cel van de software die bij de eerste gedachte om opperstalmeester te worden bij hem actief is geworden, de cel van het wuiven is. Het gebeurt dat hij dat wuiven beu is, alles went, zelfs alcohol en comfort, maar de automatische piloot activeert het gebaar, zodat het beu worden geen zuur in de maag oplevert.
Eenmaal de ogen weer geopend weet hij dat hij over een kwartier weer moet wuiven. Zal hij knielen of buigen voor de paus, hij de opperstalmeester van het grootste luchtkasteel ter wereld? Hij zal zeggen, ‘Nice to see you. I’m happy to be here, master of heaven and hell. Many thanks, latin man?’ Over de toespraak die volgt hoeft hij zich geen zorgen te maken, een staljongen is verantwoordelijk voor de overhandiging van de toespraken in de juiste volgorde.
Maar goed. Hij weet, over een paar dagen ben ik thuis, doe mijn schoenen uit, mijn kostuum, trek een joggingpak aan, val in mijn divan en grijp in een automatisch gebaar naar de zapper en zie hoe ik het volk kan inpakken, en het volk zich gewillig laat inpakken. Zo is nu eenmaal elke bevolking, dat in luchtkastelen gelooft en wuift naar de opperstalmeester. Of hij nu groen ziet, blank, oranje, geel, grijs of zwart. En daarom moet ik morgen weer op stap met mijn luchtvoertuig, wuiven en toespraken houden waarvan ik een kast vol heb. Er moeten slechts wat sleutelwoorden en naamwoorden aan veranderd worden. Maar daar zorgt mijn gescreende staljongen wel voor.
En met de paus die hem op de televisie voorgaat naar zijn werkvertrek, valt de opperstalmeester in slaap, en hoog boven de wolken van zijn slaap komt Billy Holliday naderbij, al zingend op sarcastische toon: ‘They can’t take that away from me.‘
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier