Bart Caron (Groen)
‘Het lijkt erop dat de nieuwe Vlaamse regering de cultuursector eens goed wil pakken’
Vlaams parlementslid Bart Caron (Groen) schrijft een brief naar de cultuursector naar aanleiding van de besparingen die voor de deur staan. ‘Brave en onschuldige cultuurvormen mogen blijven bestaan, kritische uitingen en vernieuwende vormen worden zwaar aangepakt.’
Ik schrijf jullie zelden of nooit een brief. Logisch voor een vertegenwoordiger van een politieke partij. Maar als de nood het hoogst is … Ik wil het hebben over de besparingen van de Vlaamse regering van N-VA, Open VLD en CD&V in de cultuursector. Forse besparingen. Net daarom.Ik wil graag mijn ontgoocheling en boosheid met jullie delen.
Vlaamse regering pakt kunstsector extra-hard aan
Als het niet goed gaat met de openbare financiën, dan moet iedereen besparen. Dat is het mantra van de nieuwe Vlaamse regering. Moet ook Cultuur dan een bijdrage leveren? Zeker niet in de ordegrootte die de regering nu hanteert.
Uit het budget voor Cultuur, Jeugd en Media wordt op een klein miljard euro, 51 miljoen euro weggeknipt. Dat is meer dan 5 procent; opvallend veel. De minister heeft daar nog geen uitleg over gegeven. De besparingen in andere sectoren zoals onderwijs of welzijn zijn veel beperkter. Ze beperken zich tot enkele procenten op werkingssubsidies, zelden of nooit op loonsubsidies.
Waarom dat verschil? Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat de nieuwe Vlaamse regering van N-VA, Open VLD en CD&V de cultuursector eens goed wil ‘pakken’. Het is een keuze die ideologisch geïnspireerd is. Het zijn immers kritische geesten, die kunstenaars en culturele werkers, die de gang van zaken in de samenleving becommentariëren en op geheel eigen wijze benaderen.
De besparing van 51 miljoen in de cultuursector kan de sector 1000 jobs kosten. De Vlaamse regering verschuift zo de kost van de werkloos geworden culturele medewerkers naar de federale werklozenkassen. Ik mag niet cynisch worden, maar het kost me moeite. Want N-VA, Open VLD en CD&V snoeien voor 51 miljoen in de cultuursector om er meteen weer 44 miljoen uit te geven voor een megalomaan prestigeproject in Ruisbroek. Dat choqueert.
Kunstsector werd zwart gemaakt
En wij allen die dachten wij dat er al lang geen discussie meer was over de zin en de noodzaak van de ondersteuning van het sociaal-cultureel werk, het lokaal cultuurbeleid, de zorg voor en ontsluiting van het cultureel erfgoed, de kunsten. Bestaat er dan toch geen eensgezindheid over de intrinsieke waarde en de maatschappelijke meerwaarde?
Maar nee, tal van maatschappelijke actoren voeden een negatief beeld van de cultuurwereld, alsof het een wereld zou zijn van subsidieslurpers en potverteerders. Grof. Economische groei en een blakend bedrijfsleven is de prioriteit en bepaalt de maat van het goede leven. Heeft die neoliberale visie van vermarkting van de culturele sector al elders aangetoond dat het een meerwaarde heeft niet alleen financieel economisch maar ook maatschappelijk? En heeft de (gesubsidieerde) culturele sector niet al ten overvloede bewezen dat die maatschappelijke en zelfs economische meerwaarde door haar wel degelijk wordt gerealiseerd?
De regering sponsort brave kunst en straft de stoute
De wijze waarop de kersverse minister van Cultuur Sven Gatz (Open VLD) die besparing heeft gespreid over de verschillende sectoren, mag eveneens merkwaardig worden genoemd. De kunstensector mag 7,5% inleveren, de verenigingen en vormingsinstellingen 5%, de erfgoedorganisaties 4%. De grote instellingen worden gespaard met hun 2,5% inlevering. De vormingsinstellingen werden al met 25% gepakt door de vorige minister, Joke Schauvliege (CD&V) . De huidige doet er nog 5% bij. De steunpunten, belangenbehartigers en expertisecentra worden met 20% ingekort.
Een bijzonder punt is de toekomst van de middelen voor lokaal cultuurbeleid. Het gaat om een kwart van het totale cultuurbudget, zo’n 100 miljoen euro. Daarmee worden cultuur- en gemeenschapscentra, openbare bibliotheken, het lokaal verenigingsleven en allerlei evenementen vandaag ondersteund. Ook daar gaat 5% van af, maar wat erger is, het hele budget wordt overgeheveld naar het gemeentefonds, zonder oormerking. De cultuurminister verliest zijn bevoegdheid en vooral een groot deel van zijn budget. In de cultuursector is er wellicht niemand die dit wil.
Ook geografisch zijn er grote verschillen in hoe zwaar er bespaard zal worden: of is het louter toeval dat de N-VA-VLD-CD&V-regering de Vlaamse cultuurhuizen in Brussel verhoudingsgewijs zwaarder treft dan pakweg die in Antwerpen ?
Ook die keuze is ideologisch gekleurd. De canon en de traditie – lees onschuldige en eerder brave cultuuruitingen – mogen, terwijl kritische uitingen en vernieuwende vormen zwaar worden aangepakt. Zijn het voorafnames op de volgende subsidierondes in de kunsten, het cultureel erfgoed en het sociaal-cultureel werk?
Nu zou men in deze situatie de minister van Cultuur nog kunnen ontzien. Hij heeft niet mee onderhandeld over het regeerakkoord en de afgesproken besparingen. Maar men kan van hem wel verwachten dat hij partij kiest voor de culturele sectoren. Een cultuurminister moet eerder een fan zijn dan een bestuurder… Moeten we hoopvol zijn over de toekomst? Hij zal ooit wel goed nieuws brengen, dixit Sven Gatz zelf. Maar we moeten het stellen met zo’n vage belofte. Veel perspectief biedt hij niet.
Actie!
En nu? Ik wil in het parlement de kaart trekken van de cultuurwereld. En dat mag meer zijn dan het status quo. Er zijn immers talloze uitdagingen en ernstige noden. Maar, maar. Dat is niet eenvoudig te klaren. De hardheid en kilte – ideologisch geïnspireerd en met een gebrek aan kennis en inzicht – waarmee de Vlaamse regering vandaag handelt, vereist een bredere basis. Eenvoudiger gesteld: de volksvertegenwoordigers moeten met de culturele sectoren overleggen hoe de situatie te keren. Ik wil mijn job van ‘volks-vertegenwoordiger’ letterlijk opnemen. U kan me contacteren…
(Bart Caron is voorzitter van de Commissie Cultuur in het Vlaams Parlement)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier