Elisabeth Meuleman (Groen)
‘Het is vooral heel jammer dat Rik Torfs steeds meer hardop zegt dat er studenten zijn die hij niet hoeft’
‘Ik deel de bezorgdheid van Rik Torfs dat te veel studenten een keuze maken voor hoger onderwijs die niet bij hen past’, schrijft Elisabeth Meuleman (Groen). ‘Maar dan hebben we nood aan oplossingen die de oriëntering naar het hoger onderwijs versterken, niet aan elitaire voorstellen.’
Rik Torfs pleit voor een minder gemakkelijke toegang tot de universiteit (De universiteit is niet voor iedereen, 9 mei 2015). Wie de mediaoptredens van rector Torfs een beetje volgt, kan niet anders dan vaststellen dat het beperken van de toegang tot zijn universiteit een van de speerpunten is van zijn beleid. De ‘gulle’, ‘ongebreidelde’, ‘nagenoeg grenzeloze’ toegang tot de universiteit moet aan banden worden gelegd. Over de acties die ertoe kunnen leiden dat meer studenten slagen, horen we helaas veel minder.
Vorig jaar besliste de KUL dat eerstejaars minstens 30 procent van de opgenomen studiepunten moeten halen. Lukt dat niet, dan mogen zij zich het jaar erna niet opnieuw inschrijven voor dezelfde opleiding.
Het liefst wil de KUL nog een stuk verder gaan. Op termijn wil Rik Torfs verplichte én bindende toelatingsproeven inrichten voor kandidaat-studenten. Daarom heeft hij een uitgesproken mening over de hervorming van het secundair onderwijs: een aparte stroom waarin leerlingen uitdrukkelijk worden voorbereid op een academische bachelor. Alle andere scholieren die zich dan nog willen inschrijven aan de universiteit, worden onderworpen aan een verplichte en bindende toelatingsproef.
‘Algemeen bindende toelatingsproeven aan de universiteit fungeren als een hakbijl’
Groen is sterk gekant tegen deze voorstellen. Algemeen bindende toelatingsproeven fungeren als een hakbijl. Algemene testen voor een grote groep studenten zijn gevaarlijk, omdat de foutenmarge te groot is. Er zullen scholieren zijn die slagen, maar achteraf toch geen diploma halen aan de universiteit. Veel erger is dat er kandidaten niet zullen slagen, terwijl ze wel het potentieel hebben om een mooie studieloopbaan af te leggen. Met andere woorden: de maatschappelijke schade die wordt aangericht is enorm.
De MENO-studie, die het effect van toelatingsproeven onderzocht, toonde aan dat dit vooral slecht uitdraait voor mensen met een migratieachtergrond of voor scholieren uit lagere sociaal-economische milieus. Daarover zegt Rik Torfs dat ze nog steeds onvoldoende participeren. Terecht, in Vlaanderen komt slechts 5,75% van de studenten uit laaggeschoolde gezinnen. Zij maken nochtans 18% uit van de bevolking. Het is dan ook verbazend dat hij pleit voor een harde en asociale maatregel als de toelatingsproef.
‘In geen enkel rijk land ligt de verwachte uitstroom van universitairen de komende jaren zo laag als bij ons’
Het is vooral heel jammer dat de rector van de KUL meer en meer hardop zegt dat er studenten zijn die hij niet hoeft. Het spoort ook niet met de uitdagingen waar onze kennissamenleving voor staat. De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) waarschuwt dat er in Vlaanderen te weinig jongeren doorstromen naar de universiteit. De groei vertraagt zorgwekkend. In geen enkel rijk land ligt de verwachte uitstroom van universitairen de komende jaren zo laag als bij ons. Er ligt dus een belangrijke opdracht voor ons hoger onderwijs om meer jongeren aan boord te houden. We hebben ze nodig in de samenleving van morgen.
Morsen met de kennis en de creativiteit van onze jongeren is geen optie. Ik deel de bezorgdheid dat te veel studenten een keuze maken voor hoger onderwijs die niet bij hen past. Maar dan hebben we nood aan voorstellen die de oriëntering naar het hoger onderwijs versterken. Wij pleiten voor een studiekompas in het 5de middelbaar dat leerlingen positief oriënteert. Oriënteringsproeven kunnen kostbare, indicatieve informatie verschaffen. Maar algemene, bindende testen zijn een stap achteruit. Ook de Vlaamse onderwijsraad (Vlor) en de Vlaams Vereniging van Studenten (VVS) moeten er niet van weten. De Leuvense studentenraad formuleerde trouwens heel interessante voorstellen om de oriëntering van toekomstige studenten te verbeteren. Zij pleiten voor het ijken van interesses en competenties van alle scholieren, in combinatie met een opleidingsgebonden benadering.
Verantwoordelijkheid van Hilde Crevtis
De verantwoordelijkheid van de Minister van Onderwijs is groot. De scherpe besparingen in het hoger onderwijs en de afschaffing van het aanmoedigingsfonds maken de zaken niet eenvoudiger. We hebben nood aan middelen en aan bindende afspraken met de instellingen hoger onderwijs om startende studenten de begeleiding te bieden die zij nodig hebben.
Tenslotte, en last but not least, verwachten we van Hilde Crevits een hervorming van het secundair onderwijs die komaf maakt met de waterval, die schooluitval tegengaat en die zorgt voor een positieve studieoriëntering.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier