Zonlicht om Alzheimer te voorkomen?

© Corbis
Jan Etienne
Jan Etienne Redacteur Bodytalk

Nogal wat mensen met dementie blijken een tekort te hebben aan vitamine D. Wil dat zeggen dat we massaal supplementen moeten slikken? Zo eenvoudig is het niet.

Op Wereld Alzheimer Dag (21 september) wordt stilgestaan bij de uitdagingen die de ziekte vormen voor de publieke gezondheid. In België lijden zo’n 165.000 mensen aan een vorm van dementie, waarvan de ziekte van Alzheimer de meest voorkomende vorm is (zo’n 70 procent van de dementerende mensen heeft de ziekte van Alzheimer).

Bij wetenschappers bestaat al langer een vermoeden dat een tekort aan vitamine D een rol kan spelen bij het ontstaan van dementie. Een Britse onderzoeksgroep onderzocht de gegevens van 1658 senioren.Bij het begin van het onderzoek vertoonde niemand enig teken van dementie en werd bij iedereen het vitamine D-gehalte bepaald. Aan het einde van de studie, een kleine 6 jaar later, vertoonden 171 senioren symptomen van dementie, onder wie 102 van alzheimer.

Er bleek een verband te bestaan met de hoeveelheid vitamine D. Bij de senioren met een beperkt tekort aan vitamine D telde men 53 procent meer gevallen van dementie en 69 procent meer van alzheimer dan bij de senioren met een gezonde hoeveelheid vitamine D in het bloed. Het verband was nog sterker in de groep met een ernstig tekort. Daar telde men tot 125 en 122 procent meer gevallen.

‘Ratten zijn geen mensen’

Vitamine D halen we onder meer uit vette vis, eieren, versterkte melk en margarine of supplementen, maar zonlicht blijft de belangrijkste bron

Verrassend hoge cijfers, stelde de onderzoeksgroep. Toch benadrukten de wetenschappers dat dat niet bewijst dat een tekort aan vitamine D effectief een oorzaak is van dementie. Dat kunnen alleen studies aantonen die bewijzen dat het wegnemen van een vitamine D-tekort inderdaad leidt tot een daling van het aantal gevallen van dementie. Bij oude ratten heeft de inname van extra vitamine D alvast positieve effecten. Hun leervermogen en geheugen gaan er duidelijk op vooruit. Maar ratten zijn geen mensen en dus is het niet zeker dat deze aanpak bij mensen dezelfde resultaten zal opleveren.

Het vermoeden dat een tekort aan vitamine D zou kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van dementie komt niet zomaar uit de lucht vallen. Er zijn verschillende mechanismen die in die richting wijzen. Zo zijn er overal in het brein receptoren waarop de vitamine zich kan vastzetten. Dat de receptoren zich daar bevinden, kan alleen maar omdat ze ook een functie hebben, maar welke juist, dat is nog niet uitgeklaard.

Winter

Ze zitten alvast ook in hersen-regio’s die te maken hebben met het geheugen. Diverse delen van de hersenen produceren zelfs enzymen die vitamine D ombouwen tot een actieve stof. De geactiveerde vitamine D draagt vervolgens bij tot de productie van groeifactoren die onder meer zorgen voor de vernieuwing, ontwikkeling en goede werking, het herstel en de overleving van de hersencellen. Verder zou vitamine D bijdragen tot het onderdrukken van ontstekingsreacties in de hersenen, onder andere door het ontstaan van reactieve stoffen af te remmen.

Vitamine D halen we onder meer uit vette vis, eieren, versterkte melk en margarine of supplementen, maar zonlicht blijft de belangrijkste bron. Het ultraviolet B stimuleert in de huid de ombouw van cholesterol tot vitamine D en levert zo 80 tot 90 procent van onze reserves. We hebben relatief weinig zonlicht nodig voor de aanmaak van vitamine D, maar in de winter schijnt de zon hoe dan ook te zwak en verzeilen veel mensen in een tekort. Aangepaste voeding en supplementen kunnen dan een oplossing bieden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content