Waarom de Nutri-Score strenger wordt
De nieuwe Nutri-Score wil u in 2024 nóg gezondere voedingskeuzes doen maken. Suiker, ongezonde vetten en zout worden voortaan nog meer afgestraft.
Voedingswetenschappers hebben de Nutri-Score onder de loep genomen en verfijnd. Het gezondheidslabel dat sinds 2019 in België wordt gebruikt, bepaalt aan de hand van een lettersysteem van A (groen) tot E (rood) hoe gezond de samenstelling van een product is binnen een bepaalde voedingscategorie (vaste voeding, dranken, vetten en oliën, kaas, vlees).
Positieve componenten (hoeveelheid eiwit en vezels en het aandeel fruit en groenten) per 100 gram van het product worden in mindering gebracht met de negatieve eigenschappen (gehalte aan energie, suikers, verzadigd vet, zout). Hoe lager de score, hoe meer u het product beter vermijdt.
Wat verandert er aan de Nutri-Score?
Het systeem kreeg in het verleden kritiek vanwege zijn rare kronkels. ‘Hoe kan het dat diepvriesfrieten met label A “gezonder” zijn dan zalm met label D’, was een vaak gehoorde kritiek. De bedenkers van het label gingen hiermee aan de slag en kwamen met een nieuwe rekenmethode, waardoor maar liefst 40 procent van de producten hun score ziet veranderen.
Voortaan wordt de drempel tussen categorie A en B verhoogd, waardoor het moeilijker wordt voor producten om het meest gezonde label te verkrijgen. Diepvriespizza’s met score A? Die gaan eruit.
Dranken
Zoetstoffen worden strenger beoordeeld omdat uit recente studies en uit de aanbevelingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) blijkt dat ze geen gezondheidsvoordeel opleveren tegenover traditionele suikers. Daarom krijgen light frisdranken voortaan een score C in plaats van B. (Zoetstoffen in etenswaren worden vreemd genoeg niet afgestraft.) Slechts één drank krijgt nog Nutri-Score A, namelijk water.
Melk en plantaardige dranken worden dan weer in de categorie ‘dranken’ geplaatst in plaats van ‘vaste voeding’ en dat heeft een negatieve impact op hun score. Melk wordt nu beoordeeld op basis van het vetgehalte en plantaardige varianten op de aanwezigheid van suiker. In het nieuwe systeem gaat chocolademelk van Cécémel van B naar E, zo berekende Test-Aankoop. Dat is een dubbele afstraffing omdat het product niet alleen verandert van categorie, maar ook de aanwezige suikers meer worden afgestraft.
Vis en vlees
Vette vis vormt voortaan een aparte categorie waardoor sardienen en tonijn van B naar A gaan. Gerookte varianten hebben nog steeds een slechtere score vanwege het hoge zoutgehalte. Bij vlees werd een onderscheid ingevoerd tussen ‘rood en verwerkt vlees’ enerzijds en ‘gevogelte’ anderzijds. Die laatste bevat magere proteïnen en krijgt daarom een betere score.
Vetten en oliën
Oliën die minder verzadigde vetten bevatten, zoals olijf-, raapzaad-, koolzaad- en walnootolie, gaan van score C naar B. Nieuwe telgen in de categorie ‘vetten en oliën’ zijn noten en zaden.
Brood
Witbrood zakt van B naar C omdat vezels een groter aandeel krijgen bij de positieve componenten van een product. Een volkorenbrood krijgt daardoor een A. Voor rijst of pasta wordt er echter geen onderscheid gemaakt tussen de geraffineerde en de volkoren varianten.
Heeft de Nutri-Score nu nog tekortkomingen?
Het blijft een verwarrend systeem. In tegenstelling tot wat je zou denken is de Nutri-Score niet bedoeld om aan te duiden of een product ‘gezond’ of ‘ongezond’ is. Een diepvriespizza is duidelijk niet gezond, maar kan door de aanwezigheid van veel groenten een A krijgen. De Nutri-Score houdt echter geen rekening met de mate van bewerking en de aanwezigheid van additieven. Roomijs met Nutri-Score B is dus niet ‘gezonder’ dan een tomatensaus met Nutri-Score C. Die laatste bevat misschien wel veel zout, maar de eerste zit vol E-nummers.
Ook de aanwezigheid van bijvoorbeeld calcium in zuivel, de bereidingswijze, portiegrootte en frequentie spelen geen rol. Zo blijven voorgesneden frieten een A hebben. Ja, aardappelen zijn gezond, maar niet als u ze de frituurketel ingooit. En olijfolie heeft nu wel score B, het betekent niet dat je er elke dag sloten van moet gebruiken.
Omdat de Nutri-Score niet verplicht is, doen niet alle producenten en supermarkten mee. Of ze labelen enkel de producten die een A of B scoren en laten hun ongezond gamma ongemoeid. Een verplichting zou tot gevolg hebben dat voedingsbedrijven aan de recepten van hun producten moeten sleutelen om ze gezonder te maken. Maar daar schuilt dan weer een probleem voor producten met een zogenaamd ‘beschermde oorsprongsbenaming’ zoals Parmezaanse kaas. Die mogen hun receptuur niet aanpassen of ze verliezen hun bescherming.
Is de Nutri-Score dan wel een goed systeem?
Consumenten laten zich doorgaans niet leiden door een logo. Al jaren staat op de achterkant van het voedseletiket verplicht een tabelletje met de voedings- en energiewaarde, uitgedrukt in kcal/100g. Maar daarvoor moet je het product omdraaien, dat kost moeite. Daarbij komt dat er ook zoiets bestaat als het oerbrein. Gaat u op het einde van een zware werkdag naar de supermarkt, dan is het niet onlogisch dat uw oerbrein een stuk chocolade in plaats van een appel in het mandje zwiert.
Toch is de Nutri-Score een goede leidraad. Het is een consumentvriendelijk, wetenschappelijk onderbouwd, lobbyvrij en efficiënt systeem. Volgens wetenschappelijk onderzoek is de Nutri-Score – ondanks zijn mankementen – het meest doeltreffend om consumenten wegwijs te maken in het grote aanbod van producten in de supermarkt, in het bijzonder de minder voedselgeletterde consumenten. Maar er is ook een groep die onterecht meent dat gezonde voeding niet lekker kan zijn. Wanneer die mensen moeten kiezen tussen twee identieke producten met respectievelijk score C en score D, zullen zij eerder voor het tweede product kiezen. Dat kan natuurlijk niet de bedoeling zijn.
Maar enkel en alleen een voedsellabelsysteem is onvoldoende om de samenleving tot gezondere keuzes aan te zetten. Ook de voedingsdriehoek, een suikertaks, gezonde producten toegankelijker en goedkoper maken, voedselonderwijs en een verbod op reclame voor ongezonde voeding dragen daartoe bij.
De Nutri-Score wordt gebruikt in België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland, Spanje en Zwitserland, en is kandidaat om het officiële gezondheidslabel van Europa te worden. Helaas houden grote voedingsbedrijven en landen die bijvoorbeeld marktleider zijn in Parmezaanse kaas die beslissing tegen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier