
High protein-washing: zijn eiwitrepen zo gezond als de verpakking doet uitschijnen?
Wie in de supermarkt een reep met het label ‘hoog in eiwitten’ uit het schap plukt, verwacht een voedzaam en verantwoord tussendoortje. Maar niet elk duur eiwitverrijkt product is automatisch gezond en vaak schuilt er een groter marketingverhaal achter, zeggen experts.
In supermarktrekken springen ze meteen in het oog: repen, drankjes en snacks met ‘high protein’ op de verpakking. Proteïnerijk eten is trendy. Eiwitten zijn immers cruciaal voor de opbouw van spiermassa, het herstel na inspanning en een langdurig verzadigd gevoel. Geen wonder dus dat deze producten een gezond imago hebben en zo populair zijn bij sporters, diëters en gewone consumenten. Maar dat imago is niet altijd terecht. Zoals veel voedingshypes behoeft ook deze nuance.
Bedenkelijke herkomst
Diëtist Ria Vanderstraeten waarschuwt voor het blind vertrouwen in het label ‘hoog in eiwitten’ op eiwitrepen. ‘Wie denkt goed bezig te zijn door z’n eiwitbehoefte te dekken via snoeprepen, komt bedrogen uit want veel essentiële voedingsstoffen worden via snoeprepen niet aangebracht. Daar zijn gezonde basisvoedingsmiddelen voor nodig, zoals zuivel, vis of peulvruchten.’
Volgens Vanderstraeten is het belangrijk om stil te staan bij welk eiwit een product bevat. ‘Als je doel is om meer spiermassa op te bouwen, dan kies je beter voor wei-eiwit dan voor collageenhydrolysaat’, zegt ze. ‘Wei bevat onder meer leucine, een essentieel aminozuur dat nodig is om vetvrije massa aan te maken. Collageen daarentegen bevat een ander aminozuurprofiel, en is voor dat doel minder geschikt.’
Collageenhydrolysaat wordt doorgaans gewonnen uit dierlijk weefsel, zoals de huid van runderen of de schubben van vissen, reststromen uit de vis- en vleesindustrie. ‘Niet meteen iets wat consumenten spontaan met gezondheid associëren’, merkt Vanderstraeten op. ‘Veel merken vermelden amper iets over de herkomst van hun collageen. Op het etiket staat vaak alleen dat het van bijvoorbeeld rund komt, maar niet uit welk deel of hoe het verwerkt werd.’
Rimpels zijn besmettelijk: nieuwe inzichten over ouder worden
Ongezonde toevoegingen
Naast collageen bevatten veel eiwitrijke tussendoortjes additieven, zoals maltitol. ‘Dat is een suikeralcohol die in grotere hoeveelheden voor darmklachten kan zorgen, zoals een opgeblazen gevoel of diarree’, aldus Vanderstraeten. Dat ingrediënt wordt vaak toegevoegd om het suikergehalte en de energieaanbrengst te verlagen, waardoor het product een gezonder imago krijgt. Maar de vraag is of dat effect op de gezondheid werkelijk positief is.
Hoe je het ook draait of keert, je blijft kiezen voor een snoepreep.
Ook andere additieven, zoals smaakstoffen, worden toegevoegd om het geheel beter te doen smaken, want lekker verkoopt nu eenmaal. Hoe je het ook draait of keert, je blijft kiezen voor een snoepreep – en die is bovendien vaak duurder dan andere, meer voedzame eiwitrijke alternatieven.
Vergelijk bijvoorbeeld een klassieke Snickers met de ‘high protein’-variant. De eiwitversie bevat inderdaad meer eiwit (tot 35 gram per 100 gram tegenover 8,7 gram), maar de basis blijft grotendeels dezelfde. In plaats van suiker wordt er gebruikgemaakt van maltitol, een zoetstof die de hoeveelheid calorieën verlaagt, maar dit maakt de reep niet per se gezonder voor het lichaam.
Het belangrijkste verschil ligt dan ook in het label en het imago die aan de eiwitvariant worden gekoppeld. Het beantwoordt aan de groeiende vraag naar producten die als ‘gezond’ of ‘sportief’ worden gepromoot.
Prijzige proteïnes
Meerdere merken spelen in op deze trend. Mars Incorporated biedt verschillende ‘high protein’-repen aan, net als het Britse MyProtein en Fulfil (met aandeelhouders Ferrero en Hershey’s), die ook in de Belgische supermarkten terug te vinden zijn. De samenstelling varieert, maar blijft vaak gecombineerd met suikeralcoholen en andere additieven.
‘Consumenten linken een hogere prijs aan betere kwaliteit, maar dat is niet altijd terecht.’
Die repen zijn doorgaans ook duurder dan traditionele snacks. Als we het voorbeeld van de high protein-Snickers er weer bij halen, zien we dat die 2,99 euro kost, terwijl je voor een klassieke Snickers maar 1,29 euro betaalt. Volgens Liselot Hudders, professor marketingcommunicatie en consumentengedrag aan de UGent, wordt die meerprijs vaak gerechtvaardigd door marketing. ‘Consumenten linken een hogere prijs aan betere kwaliteit, maar dat is niet altijd terecht. Zeker bij functionele voeding speelt verpakking een grote rol, en vaak wordt er veel geld gespendeerd aan de marketing van zulke producten.’
High protein-washing
Er kan dus worden gesproken van ‘high protein-washing’: producten die via labels en verpakkingen als gezond gepromoot worden, terwijl dat inhoudelijk niet altijd klopt. ‘Consumenten vertrouwen op visuele cues zoals ‘hoog in eiwitten’ of ‘bron van eiwitten’. Die kunnen handig zijn in de zoektocht naar een eiwitrijk product, maar ook misleiden als ze niet stroken met de volledige samenstelling van het product’, zegt Hudders.
Volgens de Europese wetgeving mag een product zich ‘high in protein’ noemen als minstens 20 procent van de energiewaarde afkomstig is uit eiwitten, bij ‘source of protein’ volstaat 12 procent. In eiwitrepen wordt dit vaak als een hoge troef uitgespeeld, maar daarbij blijft het meestal stil over andere, minder wenselijke toevoegingen, zoals zoetstoffen of kunstmatige stoffen.
Hudders benadrukt het belang van duidelijke communicatie: ‘Consumenten zouden makkelijk moeten kunnen nagaan wat er in een product zit, waar het vandaan komt, en of de gezondheidsclaims kloppen. Dat vraagt bewustwording, zodat consumenten makkelijk healthwashingclaims kunnen doorprikken. Maar ook inspanningen van de producenten zijn noodzakelijk.’
Voor wie op zoek is naar een voedzaam, eiwitrijk tussendoortje, zijn er ook eenvoudige alternatieven. ‘Een kommetje Griekse yoghurt of een handje noten leveren ook veel eiwitten, en bevatten al die additieven niet’, aldus Vanderstraeten. ‘En vaak zijn ze nog goedkoper ook.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier