Moet er een waarschuwing op ongezonde voeding? ‘Er is dringend nood aan een mentaliteitsverandering’

© getty
Trui Engels
Trui Engels Journalist Knack

Is ultrabewerkte industriële voeding een sluipend gevaar voor de mens net zoals de klimaatverandering? En zo ja, moet er een waarschuwing op de verpakking komen?  

George Orwell schreef het al in 1937 in The Road to Wigan Pier: “Misschien ontdekken we op de duur dat blikvoeding een dodelijker wapen is dan het machinegeweer.” Wat zou de Britse schrijver vandaag over ultrabewerkte industriële voeding te zeggen hebben?

Sinds enkele jaren wordt het steeds duidelijker dat bepaalde industrieel geproduceerde voedingsproducten ongunstige gezondheidseffecten kunnen hebben op de mens, zoals chronische ziekten als obesitas, diabetes, hart- en vaataandoeningen, het prikkelbaredarmsyndroom en depressie. Bij kinderen en adolescenten is er een verband tussen fabrieksvoeding en onder andere cardio-metabolische risico’s en astma.

Ook het omgekeerde is onomstotelijk aangetoond: een gezond voedingspatroon met verse producten leidt tot gezonde mensen die tot op hoge leeftijd gezond blijven. 

De studie van het effect van industriële voeding op de gezondheid is echter een erg ingewikkelde klus. De ellende met voedingsonderzoek is dat we nu eenmaal een mix van alles eten (vet, suiker, zout, additieven …) die zodanig door elkaar gehusseld zijn dat het onmogelijk is om de gevolgen van één bepaald voedingsmiddel of bestanddeel daarvan te onderzoeken. De gezondheid van een mens wordt ook nog eens beïnvloed door lichaamsbeweging, alcoholgebruik en erfelijke aanleg. Mensen die veel industriële voedingsmiddelen nuttigen, zijn bijvoorbeeld ook vaker rokers die weinig bewegen. 

Hoewel onzekerheid een kenmerk is van de wetenschap, stapelen de bewijzen rond fabrieksvoeding en gezondheid zich, net als bij de klimaatdiscussie, stilaan op. ‘Ultrabewerkte voeding is zeer calorierijk, het verzadigt minder, het is ontwikkeld om lekker te zijn en er is heel wat marketing mee gemoeid’, zegt Jolien Jonckheere van het Vlaams Instituut Gezond Leven. ‘Een hoge consumptie van ultrabewerkte voeding kan een effect hebben op de ontwikkeling van obesitas. En wie obesitas heeft, heeft ook een hoger risico op andere ziekten zoals hart- en vaatziekten en kanker. Maar of de hoge bewerkingsgraad zelf het risico op deze aandoeningen vergroot, is nog onduidelijk. Dat is moeilijk vast te stellen.’

In zijn in 2017 gelanceerde voedingsdriehoek adviseert Gezond Leven om bij voorkeur zo weinig mogelijk ‘lege calorieën’ te consumeren. Dat zijn producten met een hoog gehalte aan suiker, (verzadigd) vet en/of zout en tegelijk een laag gehalte aan eiwitten, voedingsvezels, vitaminen en/of mineralen. Vaak zijn ze het resultaat van complexe industriële processen en vallen ze dus ook onder de noemer van ‘ultrabewerkte voeding’.

Het zijn calorieën zonder inhoud, maar wel met grote gevolgen. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) is het aantal gevallen van obesitas sinds midden jaren 70 wereldwijd bijna verdrievoudigd. Meer dan 650 miljoen volwassenen zijn obees en meer dan 1,9 miljard volwassenen hebben overgewicht, onder wie 370 miljoen kinderen. Aangestuurd door de stijgende obesitascijfers is ook het aantal gevallen van diabetes type 2 wereldwijd verdubbeld sinds de jaren 80 met nu zo’n 420 miljoen patiënten.

Obesitas was bovendien nog nooit zo gevaarlijk als vandaag. Tijdens de covidperiode hadden obese mensen drie keer meer kans om in het ziekenhuis opgenomen te worden. Gecombineerd met dieetgerelateerde aandoeningen als hart- en vaatziektes en diabetes, leidt obesitas zelfs tot zes keer meer ziekenhuisopnames.

Er is dringend nood aan een mentaliteitsverandering, net zoals met het roken is gebeurd.

Hella Van Laer, voedingswetenschapper en diëtist

Suiker, de bouwsteen van de supermarkt

Hoe is het zover kunnen komen? Enerzijds domineerde jarenlang een fout discours over verzadigd vet de voedingswetenschap en anderzijds werd suiker in de vorm van fructose-glucosestroop steeds goedkoper. Omdat er een overdaad was aan goedkope maïs in de VS, die werd geteeld voor de productie van maïszetmeel, en de Amerikaanse regering de productie met gulle hand subsidieerde,
begon in de jaren zeventig het grootschalige gebruik van maïssiroop met een hoog fructosegehalte.

Het wereldwijde experiment van de afgelopen decennia om de totale hoeveelheid vet in onze voeding te vervangen door extra (hoofdzakelijk sterk geraffineerde) koolhydraten heeft voor onze gezondheid rampzalig uitgepakt. Pas sinds kort wordt erkend dat niet het vet op zich, maar wel wat en hoeveel je in de plaats eet, veel belangrijker is. Ondertussen hebben we jarenlang kilo’s suiker door onze strot geramd gekregen: 80 procent van de bewerkte voedingsmiddelen bevat suiker, ook zoute en hartige producten waar je het helemaal niet in verwacht (mayonaise, ketchup, soepen, blikgroenten, kant-en-klare maaltijden, pastasauzen, brood … ).

Een overdaad aan suiker kost volgens een onderzoek in Nature wereldwijd 35 miljoen doden per jaar, het maakt dik, schaadt de stofwisseling, verhoogt de bloeddruk, verstoort het hormonale evenwicht en is slecht voor de lever. Net als alcohol en tabak is suiker in feite een drug.

Zijn kunstmatige zoetstoffen zonder calorieën dan beter? Helaas. Ook over zoetjes als aspartaam, saccharine en sucralose, die honderden keren zoeter zijn dan normale witte suiker, bestaat bezorgdheid. Studies hebben een mogelijk verband gelegd met migraine, epilepsie, vroeggeboortes en hersenkanker. En hoewel ze geen calorieën bevatten, bestaat de kans op gewichtstoename omdat ze het genotscentrum van de hersenen activeren, maar niet de verwachte bevrediging geven, waardoor men dus gaat compenseren. Zoetstoffen zouden ook verstorend werken op de hormonen die onze eetlust regelen. Al die zoetigheid heeft ook een invloed op de smaak van kinderen. Hun smaakvermogen raakt afgestompt en ze ontwikkelen een grotere hunker naar zoetigheid. Dat alles heeft gevolgen op latere leeftijd.

‘De meeste mensen in mijn praktijk zijn op de een of andere manier afhankelijk van ongezonde voeding’, vertelt voedingswetenschapper en diëtist Hella Van Laer. ‘Ons brein is helaas niet mee geëvolueerd met onze maatschappij. Sommige wetenschappers vinden dat suikerverslaving moet worden opgenomen in DSM-5, een classificatiesysteem van psychische stoornissen. Eetgedrag gebeurt vaak onbewust door diepgewortelde gewoontes of zeer impulsief en instinctmatig gedrag. En dat gedrag stuurt ons richting suiker-, zetmeel- of vetrijke, hapklare voeding, niet richting broccoli. Ons brein wil onmiddellijk genot. Nochtans kan je lichaam ook op een andere manier gelukstoffen aanmaken: via beweging. Maar dit vergt nét dat tikkeltje meer moeite dan die snelle hap. Het effect van sport en krachttraining werkt veel langer na. Eten geeft je slechts een heel kort fijn gevoel. Nadien ebt het snel weg en je voelt je nadien vaak net futloos.’

Mensen geven in allerlei voedselenquêtes aan dat ze etiketten lezen, maar in werkelijkheid doen ze dat niet.

Theo Niewold, voedingsexpert

Je kunt dan wel zelf kiezen om je voeding te ‘ontzoeten’ door bepaalde zaken niet of minder te eten. Het probleem is dat producenten miljoenen besteden om je het zogenaamde ‘gelukzaligheidspunt’ te laten bereiken, de perfecte hoeveelheid van een ingrediënt om overconsumptie te genereren. Iedereen die ooit geprobeerd heeft om slechts een half pakje chips of halve beker ijs te degusteren, weet waarover we spreken. Veel fabrieksvoeding smelt gewoon in de mond, je lichaam hoeft geen vezels of eiwitten te verwerken en je blijft maar verder schrokken.

Instinctief grijpen we naar suiker-, zetmeel- of vetrijke, hapklare voeding,

‘Zoveel mogelijk voor pure, onbewerkte voedingsproducten gaan, rijk aan vezels, gezonde vetten en voedzame eiwitten kan nochtans de afhankelijkheid in je brein van voeding voor een groot deel loskoppelen’, meent Van Laer. ‘Als je dit combineert met cardio- en krachttraining voel je je lichamelijk én mentaal ook een pak sterker, waardoor de nood om naar eten te grijpen vanzelf al een pak kleiner wordt. Een win-winsituatie. Ja, het vereist de nodige inspanningen maar de effecten zijn zo krachtig en fijn om te ervaren: veel leuker dan telkens zo’n kortstondig moment van genot.’

Saaie boodschap

Al jarenlang klinkt tot in den treure dezelfde boodschap: eet verse, onbewerkte of weinig bewerkte voedingsmiddelen en kook zoveel mogelijk je eigen potje zodat je weet wat je eet. Maar elke dag een ander recept bedenken en een vers en zelf gekookt gerecht op tafel toveren (en ook nog eens de afwas doen)? Daar kruipt tijd in. We kunnen van de consument simpelweg niet verwachten dat hij of zij helemaal op eigen kracht de omslag maakt.

‘We hebben het allemaal druk’, aldus diëtist Van Laer, die ook een kookboek voor drukbezette ouders schreef. ‘Mensen ervaren stress, werken non-stop, hebben vaak een chronisch slaaptekort, zijn continu mentaal bezig met smartphones. Het zijn allemaal enorme valkuilen die ten koste gaan van écht tijd maken om een voedzame en pure maaltijd op tafel te zetten. Kant-en-klare ultrabewerkte voeding is makkelijk en voor de meeste mensen helaas ook lekker. Op de duur wordt dit een gewoonte, waar de  voedingsindustrie handig op inspeelt. En ook al weet je wat gezonde voeding is, het is niet zo makkelijk om consequent “neen” tegen junkfood te zeggen. Mensen zien ook vaak het bos door de bomen niet meer of steken hun kop in het zand. Zelfs sommige huisartsen hebben amper tijd, zin of doen de moeite niet om een mogelijk voedingsprobleem aan te kaarten bij hun patiënten.’

Druk, druk, druk… snel even een broodje uit de supermarkt halen.

67,6 procent van de Belgische mannen en 51,4 procent van de vrouwen sleuren te veel kilo’s met zich mee. 22 procent van de volwassenen is zelfs obees. Van de Belgische kinderen tussen 2 en 17 jaar kampt 20 procent met overgewicht. Een kleine 6 procent van de kinderen heeft obesitas. Is het dan geen tijd voor drastischere maatregelen door een gezondheidswaarschuwing op de verpakking van industriële voeding aan te brengen? Of zelfs een verbod op fabrieksvoeding?

Iedereen wil een wonderoplossing, maar die is er niet. Mensen willen iets nieuws, iets modieus zoals keto, paleo of intermittent fasting.

Theo Niewold, voedingsexpert

‘Zulke waarschuwingen hebben weinig effect’, zegt voedingsexpert Theo Niewold. ‘Mensen geven in allerlei voedselenquêtes aan dat ze etiketten lezen, maar in werkelijkheid doen ze dat niet. We merken uit studies dat de resultaten van zulke enquêtes niet sporen met de verkoopcijfers. En wie gaat bovendien bepalen welk product “fout” is en welk niet? Classificatiesystemen zijn vaak erg verwarrend. Kijk maar naar de Nutri-Score die aan olijfolie een score C geeft, terwijl het in de mediterrane wereld de hemel wordt in geprezen voor zijn gunstig effect op de cardiovasculair gezondheid. Je kunt je al voorstellen welke enorme politiek-economische strijd er zal losbarsten bij zo’n waarschuwingslabel.’

Volgens Niewold is de komst van de industriële grootproductie tegelijk een zegen als een vloek. Miljoenen mensen kregen dankzij de goedkope voedselketen toegang tot voeding. Maar tegenwoordig eten we er gewoonweg veel te veel van. ‘Vraag je mij wat de drie belangrijkste oorzaken van de huidige obesitascrisis zijn? Eén: te veel eten; twee: te veel eten; en drie: te veel eten. Het gaat alleen maar om de hoeveelheid. Ook vegetariërs kunnen te dik worden. Kijk maar naar India waar obesitas een enorm probleem aan het worden is omdat voeding steeds betaalbaarder wordt voor de middenklasse. Goedkope industriële voeding is ook nog eens op zo’n manier gemaakt dat het heel erg smakelijk wordt bevonden door de consument die het als zoete broodjes slikt.’ 

Het traditionele gezondheidsadvies van “eet niet te veel en eet gevarieerd”, is een goed advies, maar doodsaai. Niewold betreurt dat: ‘Iedereen wil een wonderoplossing, maar die is er niet. Mensen willen iets nieuws, iets modieus zoals keto, paleo of intermittent fasting.’ ‘Als het allemaal makkelijk was, zouden er vandaag niet zoveel mensen overgewicht hebben’, vult Van Laer aan.

Zowel de hoogleraar als de diëtist zien wel mogelijkheden in het onderwijs. ‘Kinderen moeten op school al op heel jonge leeftijd leren wat écht gezonde voeding is’, zegt Van Laer. ‘En weten welke factoren ons eetgedrag bepalen. Bijna iedereen grijpt naar ongezonde voeding als coping mechanisme om stressvolle situaties en bepaalde emotionele gebeurtenissen te verwerken. Het is belangrijk om aandacht te besteden aan die gevoelens en ermee leren omgaan.’

Kinderen moeten op school al op heel jonge leeftijd leren wat écht gezonde voeding is.

De voedingsindustrie en lokale overheden maken het ons evenwel niet makkelijk. Uit een onderzoek van Sciensano blijkt dat het aanbod van junkfood rond Vlaamse scholen tussen 2008 en 2020 is toegenomen en heeft geleid tot zwaardere kinderen. Een basisschool in Vlaanderen telt momenteel gemiddeld 3,8 gemakswinkels en 6,3 fastfoodrestaurants binnen een afstand van een kilometer. Voor de secundaire scholen liggen deze aantallen nog hoger, met respectievelijk 7,6 gemakswinkels en 12,7 fastfoodrestaurants binnen een afstand van een kilometer.

‘De jeugd is een essentiële factor om de obesitascurve, die nu alleen maar omhoog gaat, in te dijken’, aldus Niewold. ‘Het fastfoodaanbod rond scholen moet aan banden worden gelegd en we moeten jongeren bewust maken dat zelf koken erg belangrijk. In de VS is de tijd die men aan het bereiden van een maaltijd besteedt ondertussen gezakt naar zes minuten. In die tijd kun je geen lekker gerecht bereiden.’

Een zaadje planten in de hersenen van de jonge én oudere consument? Dat is mogelijk het begin van een oplossing. Pas als de consument beseft wat fabrieksvoeding met het lichaam doet, zal de vraag naar gezondere producten toenemen en zullen supermarkten en bedrijven vanzelf volgen. Want ook de actoren uit de voedselomgeving, zoals de overheid en de industrie dragen een verpletterende verantwoordelijkheid. Van Laer: ‘We moeten mensen bewust maken van de effecten op lange termijn van te veel ultrabewerkte voeding in hun eetpatroon. Er is dringend nood aan een mentaliteitsverandering, net zoals met het roken is gebeurd. Zet massaal in om mensen zo lang mogelijk écht gezond te houden. Zet in op die preventie. Het loont op lange termijn méér dan ooit, zowel op menselijk als op economisch vlak.’

Meer lezen over wat er in fabrieksvoedsel zit en wat dat betekent voor jou? Dat doe je op https://www.knack.be/dossier/weet-wat-je-eet/

Partner Content