Vaarwel hamburgergeneratie, welkom Ozempic kids
Welke impact hebben eetlustremmende afslankmedicijnen op een kind in volle groei? En leggen we in de strijd tegen kinderobesitas niet te veel de nadruk op gewichtsverlies?
Na de diabetes- en obesitaspatiënten en na de volwassenen die het om cosmetische redenen gebruiken, hebben fabrikanten van de nieuwste vermageringsmedicatie een nieuwe doelgroep in hun vizier: zwaarlijvige kinderen. Want een blik op de toekomst toont dat het aantal jongens en meisjes met obesitas in Europa tegen 2035 met respectievelijk 61 en 75 procent zal toenemen. Dat zijn 17 miljoen jongens en 11 miljoen meisjes tussen de 5 en 19 jaar. De komende jaren zullen tientallen obesitasgeneesmiddelen het levenslicht zien. Allemaal leiden ze tot spectaculair gewichtsverlies, sommige tot gemiddeld 25 procent.
Experts noemen semaglutide, de werkzame stof in het diabetesmedicijn Ozempic, zonder meer een gamechanger in de strijd tegen oprukkende chronische ziektes als obesitas en diabetes type 2. Hier en daar wordt zelfs het label ‘wondermiddel’ gebruikt. In hogere dosis is semaglutide beschikbaar in het product Wegovy voor afslankdoeleinden, maar dat is voorlopig nog niet in België verkrijgbaar.
Vandaag lijdt in België bijna een kind op de vijf van 2 tot 17 jaar aan overgewicht en heeft bijna 6 procent obesitas. Maar anders dan bij de cijfers voor volwassenen lijkt er in ons land een knik te komen in de curve. ‘Metingen van de CLB’s en het Agentschap Opgroeien tonen de voorbije tien jaar geen duidelijke stijging meer van het aantal kinderen en jongeren met obesitas, maar eerder een stagnatie’, weet An Vandeputte, coördinator van Eetexpert, het kenniscentrum voor eet- en gewichtsproblemen.
Niets voor kinderen
Kinderen en jongeren met obesitas kampen vaak met nog meer fysieke, mentale en sociale problemen dan volwassenen. Toch bestaan voor hen amper therapeutische oplossingen. Alleen het niet-beschikbare Wegovy mag in België aan jongeren met obesitas vanaf 12 jaar worden voorgeschreven.
‘We wachten al maanden op Wegovy’, zegt Véronique Beauloye, pediatrisch endocrinoloog van het Zeepreventorium in De Haan. ‘Ondertussen schrijven bepaalde artsen Ozempic aan tieners voor. Dat is een ontzettend goed geneesmiddel dat net zo effectief werkt bij jongeren als bij volwassenen en weinig neveneffecten vertoont. Maar in principe is het alleen bedoeld voor mensen met diabetes type 2. Dat betekent dat er officieel voor kinderen met obesitas niets voorhanden is. We hadden liraglutide, een minder efficiënt middel dat bekend is als Saxenda. Maar dat is voorlopig niet meer op de markt.’
In de Verenigde Staten wordt semaglutide wel ingezet voor de behandeling van kinderen met ernstige obesitas. Het effect wordt er omschreven als ‘verbluffend’. ‘Een belangrijke kanttekening is dat die spuitjes onder begeleiding van gespecialiseerde artsen worden gegeven. En het gebeurt altijd in combinatie met levensstijlveranderingen’, benadrukt Beauloye. ‘Obesitas bij een kind is een zeer complexe aandoening. Allerlei factoren spelen een rol: de omgeving, het meta- bolisme, de hormonen en het mentale aspect. Met een spuitje alleen red je het niet. Hoe goed de medicatie werkt, hangt af van het individu. Bij sommigen zullen de kilo’s er in een snel tempo af vliegen, bij anderen doet het compleet niets en moeten ze na drie maanden stoppen.’
Met een spuitje alleen redt een kind het niet.
‘Eet wat minder koekjes’
Een medicijn dat nog maar vijf jaar op de markt is, en waarvan artsen de effecten in real time ontdekken, dat boezemt uiter-aard ook angst in. Ozempic en Wegovy vertragen de spijsvertering en bootsen een hormoon na dat de eetlust reguleert. Wie het medicijn gebruikt, kan veel minder eten dan voor hij of zij ermee begon. Kinderen in de groei mogelijk levenslang een eetlustremmend medicijn geven – dat doet bij sommigen alarmbellen afgaan over de lichamelijke en psychologische gevolgen op lange termijn.
Inge Gies, diensthoofd pediatrie bij de obesitaskliniek in het UZ Brussel, begrijpt die bezorgdheid. ‘Dat komt door het hardnekkige idee dat obesitas geen ziekte, maar eerder een luxeprobleem is. “Eet eens wat minder koekjes”, hoor je dan. Of het wordt als een gemakkelijkheidsoplossing gezien: spuitjes om af te vallen. Alsof je diabetes type 2-patiënten, bij wie gewicht en levensstijl ook een rol spelen, geen insuline meer zou toedienen omdat ze maar moeten vermageren. Dat beeld klopt niet. Het is ondertussen voldoende wetenschappelijk aangetoond dat levensstijl slechts een van de factoren is waardoor obesitas ontstaat. Er treden zo veel veranderingen op in het lichaam die het ongelooflijk moeilijk maken om het gewicht naar beneden te krijgen. Maar dankzij de medicatie zijn jongeren opnieuw in staat om te sporten zonder blessures en kunnen ze op die manier makkelijker hun levensstijl aanpassen.’
‘Adolescenten met obesitas sukkelen heel vaak met complicaties’, vervolgt Gies. ‘Een op de vijf heeft een hoge bloeddruk, een op de drie leverschade en -vervetting. Uit studies met semaglutide-inspuitingen bij jongeren blijkt dat niet alleen het gewicht afneemt, maar ook de complicaties. En het risico daalt dat je op latere leeftijd complicaties ontwikkelt. Dat is drie keer gezondheidswinst.’
Slanker én groter
Volgens Gies heeft het gebruik van semaglutide bij twaalf- tot achttienjarigen geen negatieve effecten op de groei. ‘Jongeren met overgewicht en obesitas, vooral meisjes, komen vroeger in de puberteit en stoppen daardoor sneller met groeien. Omgekeerd onderzoeken we de vraag of semaglutide een gunstig effect kan hebben op de lengte van obese kinderen. In het algemeen is de groei van kinderen met obesitas door de vervroegde puberteit in het begin heel goed, maar omdat ze sneller stoppen met groeien zijn die kinderen iets kleiner dan hun slankere leeftijdsgenoten.’
Voor kleinere kinderen vanaf zes jaar zou de impact op de groei wel veel groter kunnen zijn. Dat wordt momenteel onderzocht. ‘Voor we semaglutide bij heel kleine kinderen inzetten, moeten we goed onderzoeken wat het teweegbrengt in het broze groeiproces en het ontwikkelende brein’, vindt Vandeputte van Eetexpert. ‘Welke impact heeft het bijvoorbeeld op het beloningscentrum van de hersenen? Als het veilig is, kan het voor een beperkte groep kinderen met ernstige gezondheidsschade door obesitas eventueel een onderdeel vormen van een hooggespecialiseerd multidisciplinair zorgtraject. Maar dan moet het worden ingebed in een therapieplan dat de nadruk legt op een gezonde levensstijl in de brede zin van het woord. Afslankmedicatie mag voor kinderen nooit het eerste redmiddel zijn.’
Jonge kinderen die starten met medicatie – en hun ouders – moeten goed beseffen dat ze mogelijk levenslang spuitjes moeten gebruiken, aldus Beauloye. ‘Net zoals medicatie tegen een hoge bloeddruk of cholesterol is semaglutide voor het leven. En het kost 250 euro per maand, allesbehalve goedkoop dus. Stop je met de spuitjes, dan is er een reboundeffect. Iedereen heeft een “set point gewicht”. Wat je ook doet, je lichaam wil altijd naar het oude gewicht terugkeren. Mogelijk tonen wetenschappelijke studies dat semaglutide misschien na vijf jaar niet meer nodig is. Voorlopig weten we dat niet.’
Dikmakende omgeving
In ons land zijn er 25 obesitascentra waar kinderen en jongeren met ernstige obesitas en hun familie een volledig terugbetaald behandelingsplan op maat krijgen. Dat gaat dan over beweging, gezonde voeding en psychologische begeleiding. Maar wat met kinderen die alleen wat overgewicht hebben of lichte obesitas? Ook zij worstelen vaak met een laag zelfbeeld en zoeken dan nog meer troost in voeding. Horen zij de lokroep van de ‘makkelijke’ snelle spuit?
‘Dat is absoluut af te raden’, benadrukt Gies. ‘We kennen het effect niet van obesitasmedicatie op de hormonen en de bloedsuikerspiegel van mensen die geen obesitas hebben. Het is nog nooit onderzocht.’ Toch hebben ook die kinderen een extra duwtje in de rug nodig, meent Vandeputte. ‘Er zijn bijkomende investeringen nodig voor een concreet traject met een doordachte preventieve aanpak. Alleen zo kunnen we ernstige obesitas bij kinderen en jongeren voorkomen.’
Kinderobesitas mag geen strijd van gezinnen en gezondheidswerkers alleen zijn. De omgeving bepaalt in grote mate het voedings- en bewegingspatroon van kinderen. Er zijn dwingende maatregelen nodig, zoals regulering van kinderreclame en (suiker)taksen, om een einde te maken aan de dikmakende voedselomgeving. Maar liefst 90 procent van de Vlamingen woont in een ‘voedselmoeras’, een plaats waar er meer ongezond dan gezond voedsel beschikbaar is. Het gaat dan vooral om mensen met een laag inkomen, ouderen en jongeren. Probeer je kind maar eens gezonde voedingsgewoonten aan te leren als de geur van friet en pita voortdurend komt aanwaaien zodra je de deur uitstapt.
‘In plaats van kinderen en gezinnen die op zoek zijn naar een gezonde basisleefstijl met de vinger te wijzen, hebben ze ondersteuning nodig in hun verschillende leefomgevingen’, zegt Vandeputte. ‘In en rond scholen liggen nog heel wat mogelijkheden voor de uitbouw van een groeiondersteunende context. Sociale media zijn nog zo’n belangrijke leefomgeving. Het is essentieel dat we jongeren leren omgaan met bepaalde gevoelens omtrent hun eigen lichaam wanneer ze voortdurend beelden van Kim Kardashian-achtige sterren en influencers voorbij zien flitsen.’
‘Dik maakt ziek’
Het gevaar bestaat dat de afslankspuit jongeren nog meer doet wegzakken in het moeras van de onrealistische lichaamsnormen op sociale media. Het succes van het medicijn bij volwassenen kan tieners inspireren tot misbruik en de aankoop van vervalste versies. Het is niet duidelijk wat de impact is van het onbegeleid toedienen van afslankmedicijnen, die hoe langer hoe meer in pilvorm te verkrijgen zullen zijn. Kinderen hebben voldoende energie en calorieën nodig voor lichamelijke activiteiten.
Het debat rond het gebruik van de kinderspuit legt vooral bloot hoe we in onze maatschappij naar lichaamsgewicht kijken, vindt Vandeputte. ‘De lichaamstevredenheid van kinderen met een maatje meer staat op dit ogenblik erg onder druk door de stigmatiserende manier waarop we over overgewicht communiceren. Tijdens de covidpandemie kregen kinderen het signaal dat ze niet te dik mochten zijn omdat ze anders ziek zouden worden. Dat was een boodschap met de beste bedoelingen, maar daardoor zijn jongeren in een heel fragiele periode in hun leven zich gaan fixeren op hun gewicht. Een kind op de vijf is in die periode in de knoop geraakt met zijn of haar voedingspatroon en een op de vijf is tijdelijk doorgeslagen in zijn of haar manier van bewegen, met eetstoornissen tot gevolg. Niet alle diëten zijn even onschuldig wanneer bepaalde voedingsmiddelen gedemoniseerd worden.’
‘In ons kenniscentrum hanteren wij het devies: “Een gezonde leefstijl is ALLES”: Afwisselend eten, Leuk bewegen, Lief zijn voor jezelf en je lichaam, Emoties reguleren en Slapen. Inspanningen om af te slanken moeten gericht zijn op je totale gezondheid, niet op je uiterlijk. Een afslankpilletje of -spuitje alleen zal een kind niet vooruithelpen.’